28 MEI 2002. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het koninklijk besluit van 17 mei 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Regie der Gebouwen

De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, Gelet op het koninklijk besluit van 17 mei 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Regie der Gebouwen;

Gelet op het met redenen omkleed advies van het Tussenoverlegcomité van de Regie der Gebouwen, gegeven op 28 maart 2002;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 september 2001 en 3 december 2001;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 1 maart 2002;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 7 februari 2002, Besluit :

Artikel 1.De betrekkingen opgenomen in artikel 1 van het koninklijk besluit van 17 mei 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Regie der Gebouwen worden onderverdeeld als volgt : A. Administratief personeel 2 van de 16 betrekkingen van ingenieur-directeur worden bezoldigd in de weddenschaal 13 E; 2 van de 7 betrekkingen van architect-directeur worden bezoldigd in de weddenschaal 13 B; 2 van de 6 betrekkingen van industrieel ingenieur-directeur worden bezoldigd in de weddenschaal 13 B; 4 van de 15 betrekkingen van adviseur worden bezoldigd in de weddenschaal 13 B; 15 van de 58 betrekkingen van ingenieur worden bezoldigd in de weddenschaal 10 F; 29 van de 58 betrekkingen van ingenieur worden bezoldigd in de weddenschaal 10 E; 15 van de 42 betrekkingen van architect worden bezoldigd in de weddenschaal 10 C; 34 van de 97 betrekkingen van industrieel ingenieur worden bezoldigd in de weddenschaal 10 C; 18 van de 52 betrekkingen van adjunct-adviseur worden bezoldigd in de weddenschaal 10 C; 1 van de 4 betrekkingen van vertaler-revisor wordt bezoldigd in de weddenschaal 10 C; 1 van de 2 betrekkingen van programmeringsanalyst wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 L; 1 van de 3 betrekkingen van eerstaanwezend directiesecretaris wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 B; 1 van de 2 betrekkingen van eerstaanwezend maatschappelijk assistent wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 F;

De betrekking van eerstaanwezend paramedicus kan worden bezoldigd in de weddenschaal 28 F; 2 van de 9 betrekkingen van eerstaanwezend boekhouder wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 D; 2 van de 6 betrekkingen van eerstaanwezend vertaler wordt bezoldigd in de weddenschaal 28 I; 19 van de 70 betrekkingen van bestuurschef worden bezoldigd in de weddenschaal 22 B; 17 van de 174 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 I; 49 van de 174 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 H; 38 van de 174 betrekkingen van klerk worden bezoldigd in de weddenschaal 30 F; 2 van de 29 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 E; 7 van de 29 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 D; 9 van de 29 betrekkingen van beambte worden bezoldigd in de weddenschaal 42 C;

B. Technisch personeel De betrekking van eerstaanwezend landschapsdeskundige kan worden bezoldigd in de weddenschaal 28 D; 2 van de 8 betrekkingen van eerstaanwezend landmeter-expert onroerende goederen worden bezoldigd in de weddenschaal 28 D; 1 van de 2 betrekkingen van hoofdtechnisch helper kan worden bezoldigd in de weddenschaal 28 D; 68 van de 272 betrekkingen van eerstaanwezend technisch assistent worden bezoldigd in de weddenschaal 28 D; 8 van de 31 betrekkingen van hoofdtechnicus worden bezoldigd in de weddenschaal 22 B; 11 van de 32 betrekkingen van technisch adjunct worden bezoldigd in de weddenschaal 30 J; 7 van de 32 betrekkingen van technisch adjunct worden bezoldigd in de weddenschaal 30 G;

C. Meesters-, vak- en dienstpersoneel 28 van de 79 betrekkingen van vakman worden bezoldigd in de weddenschaal 30 J; 17 van de 79 betrekkingen van vakman worden bezoldigd in de weddenschaal 30 G; 29 van de 61 betrekkingen van geschoold werkman worden bezoldigd in de weddenschaal 42 E.

Art. 2.In voorkomend geval beletten de ambtenaren die, met toepassing van de verordeningsbepalingen houdende het statuut van het personeel, in overtal zijn opgenomen in betrekkingen van een weddenschaal, elke bevordering door verhoging in weddenschaal die afhankelijk is van het vacant zijn van een betrekking, zolang de overtallige personeelsbezetting blijft bestaan in vergelijking met het aantal in artikel 1 vastgestelde betrekkingen.

Art. 3.Het ministerieel besluit van 15 januari 1997 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 10 januari 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Regie der Gebouwen wordt opgeheven.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op dezelfde dag als het koninklijk besluit van 17 mei 2002 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Regie der Gebouwen.

Brussel, 28 mei 2002 R. DAEMS