27 APRIL 2012. - Ministerieel besluit betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen

De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor het Landbouwbeleid, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990, 5 februari 1999 en 1 maart 2007, en het koninklijk besluit van 22 februari 2001;

Gelet op het Besluit van de Brussels Hoofdstedelijk Regering van 22 oktober 2009 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen, artikelen 1, eerste lid, 1°, 6 en 7, § 1;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 28 maart 2012;

Gelet op het advies nr. 51.232/3 van de Raad van State, gegeven op 24 april 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder het besluit : het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijk Regering van 22 oktober 2009 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen.

Art. 2.De bevoegde entiteit, vermeld in artikel 1, 1°, van het besluit, is de dienst bevoegd voor landbouw binnen het Bestuur Economie en Werkgelegenheid.

Art. 3.De producent die wil gebruikmaken van een beschermde oorsprongsbenaming of beschermde geografische aanduiding, meldt dat vooraf aan de bevoegde entiteit.

Een producent die van plan is om voor het eerst een gegarandeerde traditionele specialiteit te produceren, meldt dat van tevoren, zoals vermeld in artikel 16, 1, van Verordening (EG) nr. 509/2006 van 20 maart 2006 inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen, aan de bevoegde entiteit.

Art. 4.De adviescommissie, vermeld in artikel 1, 9°, van het besluit, bestaat uit vijf stemgerechtigde leden.

De adviezen worden uitgebracht bij meerderheid van stemmen.

De adviescommissie kan een of meer experts met raadgevende stem uitnodigen om de beraadslagingen bij te wonen.

De commissie wordt voorgezeten door de directeur-generaal van het Bestuur Economie en Werkgelegenheid of door een door hem gemachtigde ambtenaar.

Het secretariaat wordt verzorgd door de dienst bevoegd voor landbouw binnen het Bestuur Economie en Werkgelegenheid.

Art. 5.De volgende personen worden benoemd tot lid van de adviescommissie : Mevr. Liane Deweghe;

Mevr. Géraldine Mariaul;

Mevr. Annick Masson of haar plaatsvervanger Pascal Brabant;

De heer Luc De Vuyst of zijn plaatsvervanger de heer Frederic Leroy.

Brussel, 27 april 2012.

B. CEREXHE