25 MAART 2003. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de vorm van de door de Staatsdienst met afzonderlijk beheer « Nationale Dienst voor Congressen, NDC » voor te stellen rekeningen

De Minister van Wetenschappelijk Onderzoek, Gelet op artikel 37 van de Grondwet;

Gelet op de gecoördineerde wetten op de Rijkscomptabiliteit, inzonderheid op artikel 140;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 augustus 1997 houdende oprichting, binnen de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden, van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer « Nationale Dienst voor Congressen, NDC »;

Gelet op het koninklijk besluit van 1 februari 2000 tot vaststelling van de organieke voorschriften voor het financieel en materieel beheer van Nationale Dienst voor Congressen als Staatsdienst met afzonderlijk beheer, inzonderheid op artikel 35;

Gelet op het ministerieel besluit van 9 juli 2002 tot vaststelling van de voorstelling van de begroting, het synthesemodel van de in de algemene uitgavenbegroting van de Staat te publiceren begroting en de wijze van aanrekening van de inkomsten en uitgaven voor de Staatsdienst met afzonderlijk beheer « Nationale Dienst voor Congressen, NDC »;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 19 april 2001;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Financiën, gegeven op 21 oktober 2002;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de NDC sinds 1 januari 2001 operationeel is zonder begrotingskader en zonder reglementaire boekhouding moet dringend de nodige reglementaire grondslag terzake worden geleverd waarvan de inwerkingtreding samenvalt met de aanvang van de activiteiten van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer NDC, in dit geval 1 januari 2001, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.De NDC voert een budgettaire boekhouding en een algemene boekhouding.

Art. 2.De NDC maakt vóór 1 maart zijn rekeningen op.

Deze omvatten de rekening van de uitvoering van de begroting, de resultatenrekening, de balans, de beheersrekening en de bijlage. HOOFDSTUK II. - De rekening van uitvoering van de begroting

Art. 3.De rekening van uitvoering van de begroting wordt opgemaakt volgens de onderafdelingen van de goedgekeurde begroting.

Art. 4.Deze rekening omvat : 1° Voor de ontvangsten : a) de raming van de vastgestelde rechten van het begrotingsjaar;b) de tijdens het begrotingsjaar vastgestelde rechten;c) de geïnde ontvangsten van het begrotingsjaar;d) het verschil tussen de vastgestelde rechten en de geïnde ontvangsten;e) het verschil tussen de raming van de vastgestelde rechten en de vastgestelde rechten;f) de tijdens het begrotingsjaar overgedragen, geannuleerde of in onbepaalde uitstel gebrachte rechten.2° Voor de uitgaven : a) de bij de begroting geopende kredieten;b) de tijdens het begrotingsjaar vastgestelde rechten;c) de betaalde uitgaven van het begrotingsjaar;d) het verschil tussen de vastgestelde rechten en de betaalde uitgaven;e) het verschil tussen de bij de begroting geopende kredieten en de uitgaven van het begrotingsjaar; De vastgestelde rechten van het begrotingsjaar die evenwel niet door NDC zijn geboekt vóór 1 maart van het volgende jaar, behoren tot het volgend begrotingsjaar.

Art. 5.De bijlage van de uitvoering van de begroting omvat een verklaring van de voornaamste begrotingsafwijkingen, een overzichtstabel met de contracten en opdrachten waarvan de uitvoeringstermijn langer duurt dan het begrotingsjaar alsook de rechten die voortvloeien uit de afsluiting van contracten voor gebruik van goederen of diensten, die de ondertekenaars verbinden voor een duur die de termijn van het begrotingsjaar overschrijdt.

De overzichtstabel omvat : a) de uitstaande verbintenissen op 1 januari;b) de aangegane verbintenissen gedurende het begrotingsjaar;c) de geannuleerde verbintenissen gedurende het begrotingsjaar;d) de uitstaande verbintenissen op 31 december;e) de tijdens het begrotingsjaar budgettair vereffende vastgestelde rechten.

Art. 6.Het eventuele begrotingsoverschot wordt overgedragen naar de volgende begrotingsjaren via een dotatie aan het reservefonds, via een dotatie aan de provisies voor risico's en lasten en via een dotatie aan de provisies voor investeringen. Het begrotingssaldo van het vorige begrotingsjaar wordt toegevoegd aan de begrotingsontvangsten in de begroting van het lopende begrotingsjaar zodra de rekening van het vorige begrotingsjaar is afgesloten.

Art. 7.De begrotingsboekhouding wordt gevoerd samen met de algemene boekhouding. Ze moet het mogelijk maken de uitvoering van de begroting permanent te volgen. HOOFDSTUK III. - De algemene boekhouding

Art. 8.De NDC voert zijn algemene boekhouding volgens de beginselen van het dubbel boekhouden.

Art. 9.Op 31 december worden de waarden van de activa en de passiva van het patrimonium van NDC herzien en wordt een algemene inventaris opgemaakt. De balans wordt opgesteld nadat de rekeningen in overeenstemming zijn gebracht met de gegevens van de inventaris.

Art. 10.Het eventuele batig saldo van het begrotingsjaar in de algemene boekhouding wordt overgedragen naar de netto activarekening op de balans, via diverse verrichtingen. Deze boeking heeft geen weerslag op de begrotingsboekhouding. HOOFDSTUK IV. - Beheersrekening

Art. 11.Op 31 december stelt de rekenplichtige een beheersrekening op waarin de saldo's op 1 januari en op 31 december zijn opgenomen, evenals het totaal van de geïnde ontvangsten en de betaalde uitgaven. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 12.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001.

Art. 13.De Secretaris-generaal van de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 25 maart 2003.

Ch. PICQUE