gepubliceerd op 24 januari 2018
Ministerieel besluit houdende wijziging van het ministerieel besluit van 8 april 2016 tot aanwijzing van de Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
22 DECEMBER 2017. - Ministerieel besluit houdende wijziging van het ministerieel besluit van 8 april 2016Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 08/04/2016 pub. 27/04/2016 numac 2016003141 bron federale overheidsdienst financien Ministerieel besluit houdende wijziging van het ministerieel besluit van 14 november 2014 tot aanwijzing van de Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 sluiten tot aanwijzing van de Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
De Minister van Financiën, Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, inzonderheid artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde;
Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992;
Gelet op de vervanging van de adviseur-generaal - gewestelijk directeur van vier regionale invorderingscentra;
Overwegende bijgevolg dat het ministerieel besluit van 8 april 2016Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 08/04/2016 pub. 27/04/2016 numac 2016003141 bron federale overheidsdienst financien Ministerieel besluit houdende wijziging van het ministerieel besluit van 14 november 2014 tot aanwijzing van de Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 sluiten tot aanwijzing van de Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 moet vervangen worden, Besluit :
Artikel 1.Worden aangewezen om zitting te hebben, vanaf 1 december 2017, in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, evenals in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 : - De heer EXELMANS Steven, adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum Antwerpen 1 ter vervanging van Mevrouw KUNNEN Annie J.F.; - De heer SELS Hans H.T., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum Vlaams-Brabant ter vervanging van Mevrouw CLAESSENS Imelda M.M.; - Mevr. DERKONINGEN Nele T.L., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum Limburg ter vervanging van Mevrouw SWEECK Kristel M.A.J.; - Mevr. CARTA Ersilia, adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum Luik 1 ter vervanging van Mevrouw MASSIN Isabelle F.M.
Art. 2.De andere adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs aangesteld in het koninklijk besluit van 8 april 2016 en het koninklijk besluit van 10 mei 2017 blijven in functie.
Brussel, 22 december 2017.
J. VAN OVERTVELDT