Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 21 januari 2004
gepubliceerd op 12 maart 2004

Ministerieel besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Opvolgingscommissie voor de controlegeneeskunde

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2003202119
pub.
12/03/2004
prom.
21/01/2004
ELI
eli/besluit/2004/01/21/2003202119/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 JANUARI 2004. - Ministerieel besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Opvolgingscommissie voor de controlegeneeskunde


De Staatssecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het werk, Gelet op de wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde, inzonderheid op artikel 4, § 1;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 juni 2001 betreffende de samenstelling en de werking van de Opvolgingscommissie opgericht door de wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde, inzonderheid op artikel 1;

Overwegende dat de Opvolgingscommissie voor de controlegeneeskunde haar reglement heeft goedgekeurd op 28 juni 2002, Besluit : Enig artikel. Het huishoudelijk reglement van de Opvolgingscommissie voor de controlegeneeskunde, bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 juni 2001 betreffende de samenstelling en de werking van de Opvolgingscommissie opgericht door de wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde, gevoegd in de bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd.

Brussel, 21 januari 2004.

Mevr. K. VAN BREMPT

BIJLAGE HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE OPVOLGINGS- COMMISSIE VOOR DE CONTROLEGENEESKUNDE HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder : 1° de Commissie : de Opvolgingscommissie voor de controlegeneeskunde;2° de leden : de personen bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 juni 2001 betreffende de samenstelling en de werking van de Opvolgingscommissie opgericht door de wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde. HOOFDSTUK II. - Zetel van de commissie

Art. 2.De zetel van de Commissie is gevestigd in de federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en sociaal Overleg te Brussel.

Het secretariaat van de Commissie is gevestigd in de lokalen van de Directie Humanisering van de arbeid. HOOFDSTUK III. - Voorzitterschap en secretariaat

Art. 3.De vergaderingen van de Commissie worden voorbereid door de voorzitter, de ondervoorzitter, de secretaris en de adjunct-secretaris.

Zij beslissen over de ontvankelijkheid van de inschrijvingsaanvragen op de lijst van de artsen-scheidsrechters en over de ontvangen klachten. Zij informeren de Commissie over de aanvragen en de klachten die onontvankelijk werden verklaard.

Art. 4.De voorzitter stelt de agenda van de vergadering op en legt de datum vast. Hij bepaalt de inhoud van de dossiers en van de eraan toe te voegen inlichtingen.

Hij roept de leden en, in voorkomend geval, de betrokken partijen of hun vertegenwoordigers op, leidt de debatten, zorgt voor de goede werking van de Commissie en vertegenwoordigt haar bij de overheid.

In geval van verhindering wordt de voorzitter vervangen door de ondervoorzitter.

In geval van gelijktijdige verhindering van de voorzitter en de ondervoorzitter wordt het voorzitterschap van de vergadering waargenomen door een ambtenaar van minimum rang 13 en gemandateerd door de voorzitter.

Art. 5.De secretaris neemt deel aan de vergaderingen, stelt de notulen op, houdt de minuut bij van de adviezen en beslissingen van de Commissie, verstrekt de uitgifte ervan en verzekert de bewaring van het archief.

De adjunct-secretaris staat de secretaris bij in de uitoefening van zijn opdrachten en vervangt hem bij verhindering. HOOFDSTUK IV. - Werkingsregels

Art. 6.De Commissie vergadert op uitnodiging van de voorzitter of op aanvraag van ten minste twee effectieve stemgerechtigde leden.

De uitnodiging wordt ten minste vijftien kalenderdagen vóór de vergadering aan de leden gestuurd. Ze geeft de plaats, de datum en het uur van de vergadering alsook van de agenda aan.

De dossiers met betrekking tot materies die voorkomen op de agenda worden gevoegd bij de uitnodiging of worden aan de leden, per uitzondering en wegens hoogdringendheid, ten gepaste tijde overgemaakt.

Art. 7.Ieder werkend lid dat verhinderd is een vergadering bij te wonen, duidt zelf een vervanger aan onder de plaatsvervangende leden.

De voorzitter wordt hiervan op de hoogte gebracht.

Een plaatsvervangend lid mag niet meer dan één werkend lid vervangen.

Art. 8.De leden van de Commissie verbinden zich ertoe de inlichtingen waarvan zij door de uitoefening van hun functie kennis hebben gekregen, niet openbaar te maken.

Art. 9.De notulen van de vergadering vermelden de feiten en de elementen waarop de Commissie zich heeft gesteund om haar advies te geven, de standpunten van de leden en, in voorkomend geval, van de andere betrokken partijen, evenals het gemotiveerd advies van de Commissie.

De notulen worden aan de leden gestuurd en worden ter goedkeuring voorgelegd op een volgende vergadering. HOOFDSTUK V. - Bijzondere regels met betrekking tot het onderzoek van betwistingen

Art. 10.De partij die de zaak bij de Commissie aanhangig maakt, dient een dossier in met alle stukken betreffende de betwisting en bezorgt al de bijkomende documenten of inlichtingen die de voorzitter vraagt.

Art. 11.Het dossier dat aan de leden wordt overgemaakt, omvat : 1° de vraag dat de Commissie wordt gevat;2° de documenten die het dossier uitmaken 3° het onderzoekverslag van de ambtenaar belast met het onderzoek van de betwisting, Art.12. Het dossier wordt voorgesteld door de ambtenaar die belast is met het onderzoek van de betwisting en die tevens de verslaggever is.

Art. 13.De partijen die betrokken zijn bij de betwisting worden gehoord door de Commissie. De partij die de zaak aanhangig heeft gemaakt bij de Commissie wordt het eerst gehoord.

De partijen mogen zich laten bijstaan door een raadsman.

Het advies van de Commissie wordt door een bij de post aangetekend schrijven aan de partijen meegedeeld. HOOFDSTUK VI. - Bijzondere regels betreffende de andere opdrachten van de commissie

Art. 14.De Commissie kan in haar schoot specifieke werkgroepen oprichten die belast zijn met het voorbereiden van de adviesformuleringen en voorstellen van de Commissie over de werking van de controlegeneeskunde. HOOFDSTUK VII. - Bijzondere bepalingen met betrekking tot de herziening van het reglement

Art. 15.De Commissie kan bij eenparigheid van stemmen wijzigingen aanbrengen.

Art. 16.Het onderhavig reglement is van toepassing tot onbepaalde datum.

Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 21 januari 2004.

De Staatsecretaris voor Arbeidsorganisatie en Welzijn op het Werk, Mevr. K. VAN BREMPT

^