18 MAART 2003. - Ministerieel besluit dat de afgiftemodaliteiten bepaalt van de vergunningen die de importeurs, monteurs of bouwers van motorrijtuigen voor wegvervoer machtigen om zelf de vignetten op te stellen of de signalen door te zenden als bewijs van het regelmatig aanwezig zijn van motorrijtuigen voor wegvervoer

De Minister van Financiën, Gelet op het koninklijk besluit van 27 december 1993 met betrekking tot de verificatie van het regelmatig aanwezig zijn van motorrijtuigen voor wegvervoer, inzonderheid op artikel 8;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, Besluit :

Artikel 1.Aan de monteurs of bouwers van motorrijtuigen voor wegvervoer en de importeurs van nieuwe motorvoertuigen die beschikken over een vaste douanepost in hun inrichting mag machtiging worden verleend om de vignetten, bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 27 december 1993 betreffende de verificatie van het regelmatig aanwezig zijn van motorrijtuigen voor wegvervoer, zelf op te stellen of om een vervangend signaal door te zenden via de procedure van elektronische gegevensuitwisseling met de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer.

Art. 2.De directeur-generaal der douane en accijnzen verleent de vergunningen bedoeld in artikel 1, volgens de voorwaarden en technische voorschriften die hij vaststelt.

Art. 3.Indien de aanvrager niet beschikt over een vaste douanepost in zijn inrichting mag de directeur-generaal der douane en accijnzen, onder de voorwaarden en technische voorschriften die hij vaststelt, andere criteria toepassen voor het verlenen van de vergunningen waarvan sprake in artikel 1.

Art. 4.Het ministerieel besluit van 20 januari 1994 dat de afgiftemodaliteiten bepaalt van de vergunningen die de importeurs, monteurs of bouwers van motorvoertuigen voor wegvervoer machtigen om de vignetten die bij de aanvragen tot inschrijving moeten worden gevoegd, als bewijs van het regelmatig aanwezig zijn van motorrijtuigen voor wegvervoer, zelf op te stellen, wordt opgeheven.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 4 april 2003.

Brussel, 18 maart 2003.

D. REYNDERS