gepubliceerd op 08 december 2014
Ministerieel besluit tot aanwijzing van de Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
14 NOVEMBER 2014. - Ministerieel besluit tot aanwijzing van de Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992
De Minister van Financiën, Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, inzonderheid artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde;
Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992;
Gelet op de ministeriële besluiten van 19 juli 2012 tot aanwijzing van de gewestelijke directeurs van de belasting over de toegevoegde waarde die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en van de directeurs der belastingen die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992;
Rekening houdend met de samenvoeging van de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 in een enkele Beroepscommissie die bevoegd is om een onbeperkt uitstel van de invordering toe te staan, zowel inzake directe belastingen als inzake de belasting over de toegevoegde waarde;
Overwegende bijgevolg dat de ministeriële besluiten van 19 juli 2012 tot aanwijzing van de gewestelijke directeurs van de belasting over de toegevoegde waarde die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en van de directeurs der belastingen die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 moeten worden vervangen, Besluit :
Artikel 1.Worden aangewezen om zitting te hebben, in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, evenals in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 : - De heer VANHAUTE, Marc A.R., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Antwerpen 1; - De heer MULLEMAN, Georges F., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Antwerpen 2; - Mevr. NEIRYNCK, Katy M., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Oost-Vlaanderen; - De heer POPPE, Erwin-Jan, adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van West-Vlaanderen; - De heer YSEWIJN, Johan J.R., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Vlaams-Brabant; - De heer BEEKEN, Yves L.T., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Limburg; - De heer VEYS, Christophe J., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Henegouwen Noord; - De heer GILLARD, Eric, adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Henegouwen Zuid; - Mevr. PIROTTE, Béatrice M.V.G., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Luik 1; - De heer VANDEGAAR, Tony T.M.H., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Luik 2; - Mevr. DETILLOUX, Marie-Jeanne Y.G., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Namen-Luxemburg; - Mevr. WALLEZ, Anne-Françoise M.M., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Waals-Brabant; - De heer MARCKX, Paul P.W., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Brussel 1; - Mevr. VAN CAUWENBERGH, Ann M.R., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het regionaal invorderingscentrum van Brussel 2; - Mevr. RAPAILLE, Lydie F.G., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het bijzonder invorderingscentrum; - De heer VAN ROY, Marc F.A., adviseur-generaal - gewestelijk directeur van het inningscentrum.
Art. 2.De Beroepscommissie onbeperkt uitstel van de invordering van de directe belastingen en belasting over de toegevoegde waarde is bevoegd vanaf 1 januari 2014.
Art. 3.Overgangsbepaling. De op 1 januari 2014 reeds lopende procedures zijn onderworpen aan de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en aan de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, samengesteld uit de in artikel 1 aangewezen Adviseurs-generaal - gewestelijk directeurs.
Art. 4.De ministeriële besluiten van 19 juli 2012 tot aanwijzing van de gewestelijke directeurs van de belasting over de toegevoegde waarde die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en van de directeurs der belastingen die in aanmerking komen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 worden opgeheven.
Brussel, 14 november 2014.
J. VAN OVERTVELDT