Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 14 december 2021
gepubliceerd op 22 februari 2022

Ministerieel besluit tot vaststelling van diverse sjablonen en richtsnoeren voor monitoring en rapportage door BKG-installaties voor de periode 2021-2030

bron
vlaamse overheid
numac
2022030004
pub.
22/02/2022
prom.
14/12/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

VLAAMSE OVERHEID

Omgeving


14 DECEMBER 2021. - Ministerieel besluit tot vaststelling van diverse sjablonen en richtsnoeren voor monitoring en rapportage door BKG-installaties voor de periode 2021-2030


Rechtsgrond(en) Dit besluit is gebaseerd op: -het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, artikel 8.2.1, § 2; - het besluit van 6 september 2019 over verhandelbare emissierechten voor broeikasgassen voor vaste installaties voor de periode 2021-2030, artikel 68;

Vormvereiste(n) De volgende vormvereiste(n) zijn vervuld: - de Raad van State heeft advies 68.968/1 gegeven op 2 april 2021.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - de start van de periode 2021-2030 voor het Europese emissiehandelssysteem voor BKG-installaties gaat gepaard met nieuwe regels, en impliceert het ter beschikking stellen voor exploitanten van BKG-installaties van diverse nieuwe sjablonen die verband houden met hun monitoring- en rapportageverplichtingen van BKG-emissies en activiteitsniveaus; - de sjablonen die op de website van het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap ter beschikking worden gesteld, zijn gebaseerd op sjablonen die door de lidstaten werden vastgesteld op het in artikel 44, lid 1, a) van Verordening (EU) 2018/1999 van 11 december 2018 inzake de governance van de energie-unie en van de klimaatactie bedoelde Comité klimaatverandering; - ook de (specifiek Vlaamse) procedures voor de indiening en goedkeuring van deze rapporteringsverplichtingen moeten met oog op de start van de periode 2021-2030 worden vernieuwd en/of hernieuwd;

Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 2003 tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van richtlijn 96/61/EG van de Raad; - gedelegeerde verordening (EU) 2019/331 van de Commissie van 19 december 2018 tot vaststelling van een voor de hele Unie geldende overgangsregeling voor de geharmoniseerde kosteloze toewijzing van emissierechten overeenkomstig artikel 10 bis van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad; - uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066 van de Commissie van 19 december 2018 inzake de monitoring en rapportage van de emissies van broeikasgassen overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie; - uitvoeringsverordening (EU) nr. 2018/2067 van de Commissie van 19 december 2018 inzake de verificatie van gegevens en de accreditatie van verificateurs krachtens Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad; - uitvoeringsverordening (EU) 2019/1842 van de Commissie van 31 oktober 2019 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de verdere regelingen voor de aanpassingen van de kosteloze toewijzing van emissierechten als gevolg van veranderingen in het activiteitsniveau betreft.

DE VLAAMSE MINISTER VAN JUSTITIE EN HANDHAVING, OMGEVING, ENERGIE EN TOERISME BESLUIT:

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066: uitvoeringsverordening (EU) nr.2018/2066 van de Commissie van 19 december 2018 inzake de monitoring en rapportage van de emissies van broeikasgassen overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie; 2° monitoringplan: een document dat bedoeld is voor het bewaken van BKG-emissies en dat opgesteld is conform uitvoeringsverordening (EU) nr.2018/2066; 3° installatie van categorie A: een installatie als vermeld in artikel 19, lid 2, punt a), van uitvoeringsverordening (EU) nr.2018/2066; 4° installatie van categorie B: een installatie als vermeld in artikel 19, lid 2, punt b), van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066;5° installatie van categorie C: een installatie als vermeld in artikel 19, lid 2, punt c), van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066;6° significante wijzigingen monitoringplan: wijzigingen aan het monitoringplan als vermeld in artikel 15, lid 3, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066;7° niet-significante wijzigingen monitoringplan: alle wijzigingen aan het monitoringplan die geen significante wijzigingen zijn en minstens de wijzigingen, vermeld in artikel 14, lid 2, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066;8° logboek niet-significante wijzigingen monitoringplan: het logboek waarin voor alle niet-significante wijzigingen aan het monitoringplan de documentatie, vermeld in artikel 16, lid 3, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066 wordt bewaard;9° tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode: wijzigingen aan de monitoringmethode als vermeld in artikel 23 van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066;10° logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode: het logboek waarin voor alle tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode de documentatie, vermeld in artikel 23, lid 2, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066 wordt bewaard;11° verbeteringsverslag: het verslag vermeld in artikel 69, lid 1, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066;12° gedelegeerde verordening (EU) 2019/331: gedelegeerde verordening (EU) 2019/331 van 19 december 2018 tot vaststelling van een voor de hele Unie geldende overgangsregeling voor de geharmoniseerde kosteloze toewijzing van emissierechten overeenkomstig artikel 10bis van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad;13° rapport over de activiteitsniveaus: een rapport over de activiteitsniveaus van de BKG-installatie tijdens het voorgaande kalenderjaar, dat is opgesteld conform artikel 3 v an uitvoeringsverordening (EU) 2019/1842 van de Commissie van 31 oktober 2019 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de verdere regelingen voor de aanpassingen van de kosteloze toewijzing van emissierechten als gevolg van veranderingen in het activiteitsniveau betreft;14° monitoringmethodiekplan: een document dat bedoeld is voor het bewaken van de activiteitniveaus en is opgesteld conform artikel 8 van de gedelegeerde verordening (EU) 2019/331;15° significante wijzigingen monitoringmethodiekplan: wijzigingen aan het monitoringmethodiekplan als vermeld in artikel 9, lid 5, van de gedelegeerde verordening (EU) 2019/331;16° niet-significante wijzigingen monitoringmethodiekplan: alle wijzigingen aan het monitoringmethodiekplan die geen significante wijzigingen zijn en minstens de wijzigingen, vermeld in artikel 9, lid 2, van de gedelegeerde verordening (EU) 2019/331;17° logboek niet-significante wijzigingen monitoringmethodiekplan: het logboek waarin voor alle niet-significante wijzigingen aan het monitoringmethodiekplan de documentatie, vermeld in artikel 9, lid 6, van de gedelegeerde verordening (EU) 2019/331 wordt bewaard;18° tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode: wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode als vermeld in artikel 12, lid 1, van de gedelegeerde verordening (EU) 2019/331;19° logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode: het logboek waarin voor alle tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode documentatie wordt bewaard;20° verificatiebureau: de organisatie die is aangesteld om de correcte uitvoering van de energiebeleidsovereenkomst te bewaken, en daarover adviezen te verstrekken en verslag uit te brengen, vermeld in artikel 4 van de energiebeleidsovereenkomst voor de verankering van en voor blijvende energie-efficiëntie in de Vlaamse energie-intensieve industrie (VER-bedrijven), goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 4 april 2014;21° VEKA: Vlaams Energie- en Klimaatagentschap.

Art. 2.Bij het opstellen en actueel houden van het monitoringplan volgt de exploitant van een BKG-installatie de richtsnoeren die zijn opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 3.Voor het opstellen en actueel houden van het monitoringmethodiekplan volgt de exploitant van een BKG-installatie de richtsnoeren die zijn opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 4.De exploitant van een BKG-installatie gebruikt, waar nodig, de volgende sjablonen waarvan de modellen ter beschikking worden gesteld op de website van het VEKA: 1° het sjabloon voor het monitoringplan;2° het sjabloon voor het meldingsformulier significante wijzigingen monitoringplan;3° het sjabloon logboek niet-significante wijzigingen monitoringplan;4° het sjabloon logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode;5° het sjabloon voor het meldingsformulier tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode;6° het sjabloon voor het verbeteringsverslag;7° het sjabloon voor het monitoringmethodiekplan;8° het sjabloon voor het meldingsformulier significante wijzigingen monitoringmethodiekplan;9° het sjabloon logboek niet-significante wijzigingen monitoringmethodiekplan;10° het sjabloon logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode;11° het sjabloon voor het meldingsformulier tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode;12° het sjabloon voor het rapport over de activiteitsniveaus;

Art. 5.Het sjabloon voor het verificatierapport bij verificatie van het rapport over de activiteitsniveaus wordt ter beschikking gesteld op de website van het VEKA.

Art. 6.De landspecifieke niveau 2a factoren, vermeld in uitvoeringsverordening (EU) nr. 2018/2066, zijn opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd .

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Brussel, 14 december 2021.

De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR

Bijlage 1. - Richtsnoeren voor het opstellen en actueel houden van het monitoringplan voor de periode 2021-2030 als vermeld in artikel 2 1. Monitoringplan De exploitant van een BKG-installatie met maximum drie bronstromen, zoals gedefinieerd in artikel 3, punt 4°, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066, dient uiterlijk op 8 maart 2021 een voorstel van monitoringplan 2021-2025 in bij het verificatiebureau.De exploitant van een BKG-installatie met meer dan drie bronstromen dient uiterlijk op 16 april 2021 een voorstel van monitoringplan 2021-2025 in bij het verificatiebureau.

De indiening van het voorstel van monitoringplan 2021-2025 bij het verificatiebureau gebeurt via e-mail aan vbbv@vbbv.be.

Het verificatiebureau bezorgt het ingediende monitoringplan en een gemotiveerde beoordeling ervan aan het VEKA. Het VEKA keurt het ingediende monitoringplan al dan niet goed en brengt de exploitant van een BKG-installatie op elektronische wijze op de hoogte van haar beslissing.

In voorkomend geval bezorgt het VEKA het goedgekeurde monitoringplan aan de exploitant van een BKG-installatie. 2. Significante en niet-significante wijzigingen aan het monitoringplan De exploitant van een BKG-installatie brengt het verificatiebureau onverwijld op de hoogte van elk voorstel tot significante wijziging aan het monitoringplan.Hiertoe bezorgt hij via e-mail een aangepaste versie van het monitoringplan en een ingevuld meldingsformulier significante wijziging monitoringplan aan het verificatiebureau.

Het verificatiebureau bezorgt het voorstel tot significante wijziging aan het monitoringplan en een gemotiveerde beoordeling ervan aan het VEKA. Het VEKA keurt de significante wijziging aan het monitoringplan al dan niet goed en brengt de exploitant van een BKG-installatie op elektronische wijze op de hoogte van haar beslissing. In voorkomend geval bezorgt het VEKA het goedgekeurde aangepaste monitoringplan aan de exploitant van een BKG-installatie.

De exploitant van een BKG-installatie neemt onverwijld elke niet-significante wijziging aan het monitoringplan op in het logboek niet-significante wijzigingen monitoringplan.

Als er zich in een bepaald kalenderjaar niet-significante wijzigingen voordoen, actualiseert de exploitant van een BKG-installatie het monitoringplan op het einde van het desbetreffende kalenderjaar.

Hiertoe bezorgt hij uiterlijk op 31 december via e-mail de geactualiseerde versie van het monitoringplan en het logboek niet-significante wijzigingen monitoringplan aan het verificatiebureau. 3. Tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode Als de exploitant van een BKG-installatie een tijdelijke wijziging aan de monitoringmethode toepast, neemt hij alle elementen vermeld in artikel 23, lid 2, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066, op in het logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode.Hiertoe bezorgt hij onverwijld via e-mail aan het verificatiebureau het logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethode en een ingevuld meldingsformulier tijdelijke wijziging aan de monitoringmethode. Het verificatiebureau keurt de ingediende tijdelijke wijziging al dan niet goed en brengt de exploitant van een BKG-installatie op elektronische wijze op de hoogte van haar beslissing. 4. Verbeteringsverslag Als de exploitant van een BKG-installatie conform artikel 69, lid 4, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066 een verbeteringsverslag moet opstellen, bezorgt hij dit uiterlijk op 30 juni van het jaar waarin het verificatierapport een verbeteringsverslag vereist via e-mail aan het verificatiebureau. Als de exploitant van een BKG-installatie conform artikel 69, lid 1, van uitvoeringsverordening (EU) 2018/2066 een verbeteringsverslag moet opstellen, bezorgt hij dit via e-mail aan het verificatiebureau binnen de volgende termijn: 1° voor een installatie van categorie A, om de vier jaar uiterlijk op 30 juni;2° voor een installatie van categorie B, om de twee jaar uiterlijk op 30 juni;3° voor een installatie van categorie C, elk jaar uiterlijk op 30 juni. In voorkomend geval keurt het VEKA het ingediende verbeteringsverslag al dan niet goed en brengt de exploitant van een BKG-installatie op elektronische wijze op de hoogte van haar beslissing.

Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 14 december 2021 tot vaststelling van diverse sjablonen en richtsnoeren voor monitoring en rapportage door BKG-installaties voor de periode 2021-2030.

Brussel, 14 december 2021.

De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR

Bijlage 2. - Richtsnoeren voor het opstellen en actueel houden van het monitoringmethodiekplan voor de periode 2021-2030 als vermeld in artikel 3 1. Monitoringmethodiekplan De exploitant van een BKG-installatie die een aanvraag voor kosteloze toewijzing van emissierechten indient, stelt een monitoringmethodiekplan 2021-2025 op.De indiening van het monitoringmethodiekplan 2021-2025 gebeurt bij het verificatiebureau via e-mail aan vbbv@vbbv.be.

Het verificatiebureau bezorgt het ingediende monitoringmethodiekplan en een gemotiveerde beoordeling ervan aan het VEKA. Het VEKA keurt het ingediende monitoringmethodiekplan al dan niet goed en brengt de exploitant van een BKG-installatie op elektronische wijze op de hoogte van haar beslissing.

In voorkomend geval bezorgt het VEKA het goedgekeurde monitoringmethodiekplan aan de exploitant van een BKG-installatie. 2. Significante en niet-significante wijzigingen aan het monitoringmethodiekplan De exploitant van een BKG-installatie brengt het verificatiebureau onverwijld op de hoogte van elk voorstel tot significante wijziging aan het monitoringmethodiekplan.Hiertoe bezorgt hij via e-mail een aangepaste versie van het monitoringmethodiekplan en een ingevuld meldingsformulier significante wijziging monitoringmethodiekplan aan het verificatiebureau.

Het verificatiebureau bezorgt het voorstel tot significante wijziging aan het monitoringmethodiekplan en een gemotiveerde beoordeling ervan aan het VEKA. Het VEKA keurt de significante wijziging aan het monitoringmethodiekplan al dan niet goed en brengt de exploitant van een BKG-installatie op elektronische wijze op de hoogte van haar beslissing.

In voorkomend geval bezorgt het VEKA het goedgekeurde aangepaste monitoringmethodiekplan aan de exploitant van een BKG-installatie.

De exploitant van een BKG-installatie neemt onverwijld elke niet-significante wijziging aan het monitoringmethodiekplan op in het logboek niet-significante wijzigingen monitoringmethodiekplan.

Als er zich in een bepaald kalenderjaar niet-significante wijzigingen voordoen, actualiseert de exploitant van een BKG-installatie het monitoringmethodiekplan op het einde van het desbetreffende kalenderjaar. Hiertoe bezorgt hij uiterlijk op 31 december via e-mail de geactualiseerde versie van het monitoringmethodiekplan en het logboek niet-significante wijzigingen monitoringmethodiekplan aan het verificatiebureau. 3. Tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode Als de exploitant van een BKG-installatie een tijdelijke wijziging aan de monitoringmethodiekmethode toepast, neemt hij alle elementen, vermeld in artikel 9, lid 6, van de van de gedelegeerde verordening (EU) 2019/331, op in het logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode.Hiertoe bezorgt hij onverwijld via e-mail het logboek tijdelijke wijzigingen aan de monitoringmethodiekmethode en een ingevuld meldingsformulier tijdelijke wijziging aan de monitoringmethodiekmethode aan het verificatiebureau.

Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 14 december 2021 tot vaststelling van diverse sjablonen en procedures voor monitoring en rapportage door BKG-installaties voor de periode 2021-2030.

Brussel, 14 december 2021.

De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR

Bijlage 3. - Landspecifieke 2a factoren vermeld in artikel 6

Standaard- emissiefactor

Standaard calorische onderwaarde

Soortelijk gewicht

Brandstof

tCO2/TJovw

GJovw/ton

ton/1.000 liter of ton/m3


Lamppetroleum (turbojets)

71,900

43,800

0,800

Lichte stookolie

74,100

43,000

0,850

Propaan

63,100

47,300

0,510

(extra) Zware stookolie

77,400

40,400

0,950


Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 14 december 2021 tot vaststelling van diverse sjablonen en procedures voor monitoring en rapportage door BKG-installaties voor de periode 2021-2030.

Brussel, 14 december 2021.

De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, Z. DEMIR

^