gepubliceerd op 13 augustus 1999
Ministerieel besluit betreffende bijkomende tijdelijke maatregelen in het kader van de dioxinebesmetting inzake de ontleding van monsters door de erkende laboratoria
11 AUGUSTUS 1999. - Ministerieel besluit betreffende bijkomende tijdelijke maatregelen in het kader van de dioxinebesmetting inzake de ontleding van monsters door de erkende laboratoria
De Minister van Landbouw en Middenstand, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983 en 29 december 1990, het koninklijk besluit van 25 oktober 1995 en de wetten van 5 februari 1999;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 juni 1999 houdende tijdelijke maatregelen inzake de handel in landbouwproducten ingevolge de dioxinecontaminatie, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 juni 1999;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 april 1987 houdende erkenning van provinciale, gemeentelijke of particuliere laboratoria;
Gelet op het ministerieel besluit van 23 december 1997 houdende erkenning van provinciale, gemeentelijke of particuliere laboratoria;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de noodzaak om onverwijld bijkomende tijdelijke maatregelen te nemen inzake de ontleding van monsters door de erkende laboratoria voortvloeit uit de wil om de verbruikers een gezonde voeding te verzekeren en om de uitvoering van de beschikkingen van de Europese Commissie te verzekeren, Besluit :
Artikel 1.De laboratoria die werden erkend voor de bepaling van dioxines en PCB's in diervoeders of dierlijke producten verlenen voorrang aan de ontleding van monsters in het kader van de dioxinebesmetting overeenkomstig de onderrichtingen van de Inspectie-generaal Grondstoffen en Verwerkte Producten, WTC III, achtste verdieping, S. Bolivarlaan 30, 1000 Brussel.
Art. 2.De resultaten van de PCB- en dioxineontledingen worden door de laboratoria die werden erkend voor de bepaling van dioxines en PCB's in diervoeders of dierlijke producten, gelijktijdig aan de mededeling aan de aanvragers, medegedeeld aan de Inspectie-generaal Grondstoffen en Verwerkte Producten, WTC III, achtste verdieping, S. Bolivarlaan 30, 1000 Brussel.
Art. 3.De laboratoria die werden erkend voor de bepaling van dioxines en PCB's in diervoeders of dierlijke producten dienen tijdens de vakantiemaanden voldoende ontledingscapaciteit te verzekeren om het rythme van de toezending van monsters te volgen.
Art. 4.De erkende laboratoria die de bepalingen van dit besluit niet naleven verliezen het recht om af te wijken van de prijzen die vermeld zijn op het tarief dat van kracht is in de Rijksontledingslaboratoria gedurende de termijn vastgesteld door de Minister die de Landbouw onder zijn bevoegdheid heeft.
Brussel, 11 augustus 1999.
J. GABRIELS