Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 10 september 2015
gepubliceerd op 26 oktober 2015

Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector

bron
waalse overheidsdienst
numac
2015204765
pub.
26/10/2015
prom.
10/09/2015
ELI
eli/besluit/2015/09/10/2015204765/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

10 SEPTEMBER 2015. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector


De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, Gelet op Verordening (EU) Nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad;

Gelet op Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad;

Gelet op Verordening (EU) nr.1310/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende bepaalde overgangsbepalingen inzake steun aan plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO), houdende wijziging van Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft middelen en de verdeling ervan met betrekking tot 2014, houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad en de Verordeningen (EU) nr. 1307/2013, (EU) nr. 1306/2013 en (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de toepassing ervan in 2014;

Gelet op Verordening (EU) nr. 807/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake bijstand voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) en tot invoering van overgangsbepalingen;

Gelet op Verordening (EU) Nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard;

Gelet op de uitvoeringsverordening (EU) nr. 808/2014 van de Commissie van 17 juli 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo);

Gelet op het Waalse Landbouwwetboek, de artikelen D.4, D.242, D.243, D.245 en D.246;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector, de artikelen 4, derde lid 3, 11, § 2, 18, derde lid 3, 19, § 2, tweede lid, 25, derde lid, 28, tweede lid 2, 33, vijfde lid, 41, 43, 44, § 1, tweede lid, 45, 46, derde lid, 47, vijfde lid 5, 58, § 2, tweede lid, en § 3, tweede lid, 61, 65, § 6, tweede lid, 71;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 mei 2015;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 10 september 2015;

Gelet op het rapport van 22 april 2015 opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;

Gelet op het overleg tussen de Gewestregeringen en de federale overheid d.d. 23 april 2015 en 18 juni 2015;

Gelet op het advies nr. 57.865/2/V van de Raad van State, gegeven op 26 augustus 2015, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap van 27 mei 1993 betreffende de opleiding en de bijscholing van de personen die in de landbouw werkzaam zijn;

Overwegende dat de toekenning van de overheidsgarantie een vrijgestelde staatssteun vormt overeenkomstig Verordening nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie op 1/07/2014 onder referte "PB L 193 van 1.7.2014, blz. 1-75", in het bijzonder overeenkomstig hoofdstuk I en de artikelen 14 en 18, Besluit : HOOFDSTUK I. - Bepalingen betreffende de indiening, de behandeling en de betaling van de steunaanvraag

Artikel 1.Onder "besluit van de Waalse Regering van 10 September 2015" wordt verstaan : het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector.

Art. 2.Overeenkomstig artikel 4, derde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, eindigt de behandeling van het dossier uiterlijk de laatste dag van de volgende selectieperiode.

Art. 3.Overeenkomstig artikel 11, § 2, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, komen niet in aanmerking voor de steun : 1° de aankoop van grond, eenjarige planten, bedrijfstoeslagrechten, quota, dieren, klein gereedschap alsook tweedehands materiaal;2° de vervanging;3° de irrigatie en de drainering van landbouwgronden;4° de belastingen;5° de studiekosten, de erelonen van de architect, de notaris, de revisor, en de landmeter;6° de uitrustingen in de weilanden;7° de "terreinauto's" of van het type "quad". HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen betreffende de selectiecriteria

Art. 4.§ 1. Overeenkomstig artikel 28, tweede lid, en artikel 44, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, stelt het betaalorgaan een lijst op van de steunaanvragen die voor een selectieperiode in aanmerking komen. De indieningsdatum bepaalt de selectieperiode waarop het dossier betrekking heeft. § 2. Als de fondsen ontoereikend zijn, wordt de begroting toegekend aan de dossiers in de volgorde van de lijst opgesteld in functie van hun notering, van de hoogste naar de laagste en in geval van samenloop in de noteringen, in functie van de indieningsdatum.

Deze lijst wordt voor elke selectieperiode opgesteld. § 3. De selectieperiodes bedoeld in paragraaf 1 lopen van 1 januari tot 31 maart, van 1 april tot 30 juni, van 1 juli tot 30 september en van 1 oktober tot 31 december. HOOFDSTUK III. - Steun voor de vestiging door overname of oprichting Afdeling 1. - De subsidiabiliteitscriteria

Art. 5.Voor de toepassing van artikel 18, derde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 oefent een jonge landbouwer die niet uitsluitend bedrijfshoofd is, een effectieve controle uit als hij aan de volgende cumulatieve voorwaarden voldoet : 1° zijn handtekening is noodzakelijk of voldoende voor het beheer van het bedrijf;2° zijn deelname is niet beperkt in de tijd;3° zijn deelname aan de risico's en winsten is evenredig met zijn deelname in de entiteit;4° hij is landbouwer in hoofdberoep;5° hij is beheerder van de rechtspersoon, in voorkomend geval;6° hij ondertekent een overeenkomst waarin hij de verbintenis aangaat om bedrijfshoofd te zijn.

Art. 6.Overeenkomstig artikel 19, § 2, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, beschikt een jonge landbouwer over een voldoende kwalificatie in de zin van artikel 19, § 2, eerste lid, 2°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 om een steun voor de vestiging te krijgen, als hij houder is, hetzij van : 1° een bachelordiploma of een master in een agronomische oriëntatie of een gelijkwaardig diploma erkend door een Lidstaat van de Europese Unie;2° een door een Staatsjury gehomologeerd of uitgereikt getuigschrift van het hoger secundair onderwijs, afgekort CESS, en het kwalificatiegetuigschrift van het 6de jaar van het secundair onderwijs, afgekort CQ6, met een oriëntatie landbouw of tuinbouw of de gelijkwaardige getuigschriften erkend door een Lidstaat van de Europese Unie;3° een "CESS" behaald aan het einde van het technisch doorstromingsonderwijs in de agronomische wetenschappen of het gelijkwaardige diploma erkend door een Lidstaat van de Europese Unie;4° een CESS of CQ6 in een landbouw- of tuinbouworiëntatie of het gelijkwaardige diploma erkend door een Lidstaat van de Europese Unie alsook een getuigschrift van postschoolse landbouwopleiding van het type B of het door de Duitstalige of Vlaamse Gemeenschap uitgereikte opleidingsgetuigschrift voor landbouwers, of een aanvullend beroepsopleidingsgetuigschrift voor landbouwers uitgereikt aan het einde van een programma van minstens honderd vijftig uren, aangevuld met ofwel twee jaar praktijkervaring in hoofdberoep als medewerker of meewerkend echtgenoot, ofwel twee jaar praktijkervaring voltijds als loontrekkende in de landbouw- of tuinbouwsector;5° een diploma van het hoger of universitair onderwijs met een niet-agronomische oriëntatie of het gelijkwaardige diploma erkend door een Lidstaat van de Europese Unie alsook een getuigschrift van postschoolse landbouwopleiding van het type B of het door de Duitstalige of Vlaamse Gemeenschap uitgereikte opleidingsgetuigschrift voor landbouwers, of een aanvullend beroepsopleidingsgetuigschrift voor landbouwers uitgereikt aan het einde van een programma van minstens honderd vijftig uren, aangevuld met ofwel twee jaar praktijkervaring in hoofdberoep als medewerker of meewerkend echtgenoot, ofwel twee jaar praktijkervaring voltijds als loontrekkende in de landbouw- of tuinbouwsector;6° een CESS buiten een landbouw- of tuinbouworiëntatie of het gelijkwaardige diploma erkend door een Lidstaat van de Europese Unie alsook een getuigschrift van postschoolse landbouwopleiding van het type B of het door de Duitstalige of Vlaamse Gemeenschap uitgereikte opleidingsgetuigschrift voor landbouwers, of een aanvullend beroepsopleidingsgetuigschrift voor landbouwers uitgereikt aan het einde van een programma van minstens honderd vijftig uren, aangevuld met ofwel twee jaar praktijkervaring in hoofdberoep als medewerker of meewerkend echtgenoot, ofwel twee jaar praktijkervaring voltijds als loontrekkende in de landbouw- of tuinbouwsector; Bij gebrek aan een kwalificatie bedoeld in het eerste lid, heeft de jonge landbouwer een voldoende kwalificatie als hij : 1° over een praktijkervaring van minstens vijf jaar beschikt, hetzij in hoofdberoep als medewerker, meewerkend echtgenoot, hetzij voltijds als loontrekkende in de landbouw- of tuinbouwsector en;2° houder is van één van de volgende getuigschriften : a.een getuigschrift van postschoolse landbouwopleiding van het type B; b. een door de Duitstalige of Vlaamse Gemeenschap uitgereikt opleidingsgetuigschrift voor landbouwers;c. een aanvullend beroepsopleidingsgetuigschrift voor landbouwers uitgereikt aan het einde van een programma van minstens honderd vijftig uren.

Art. 7.§ 1. De minimumdrempel van levensvatbaarheid bedoeld in artikel 25, eerste lid, 2°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 wordt bereikt wanneer de inkomsten per AE bij aanvang van het ondernemingsplan niet negatief zijn en wanneer de infrastructuren operationeel zijn;

De maximumdrempel bedoeld in artikel 25, eerste lid, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 wordt nageleefd wanneer de inkomsten per AE bij aanvang van het ondernemingsplan niet meer dan vijftigduizend euro bedragen.

De drempel van levensvatbaarheid bedoeld in artikel 25, eerste lid, 5°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 wordt bereikt wanneer de inkomsten per AE aan het einde van het ondernemingsplan ten minste gelijk is aan vijftienduizend euro. § 2. De minimumdrempel bedoeld in artikel 25, eerste lid, 6°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 bedraagt vijfentwintig duizend euro. Overeenkomstig artikel 25, derde lid, van hetzelfde besluit, bedraagt de drempel echter twaalfduizend vijfhonderd euro als het ondernemingsplan de verwerking en de afzet met rechtstreekse verkoop voorziet van de productie van het bedrijf.

De maximumdrempel bedoeld in artikel 25, eerste lid, 6°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 bedraagt achthonderd duizend euro. Afdeling 2. - De selectiecriteria

Art. 8.§ 1. Overeenkomstig artikel 28, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, onderzoekt het betaalorgaan de criteria betreffende de aanvrager om over te gaan tot de selectie van de steunaanvragen voor de installatie.

De notering toegekend in functie van de criteria betreffende de aanvrager verschilt naar gelang van : 1° de praktische ervaring, hetzij minder dan zes maanden, hetzij gelijk aan of hoger dan 6 maanden en minder dan 12 maanden, hetzij gelijk aan of hoger dan 12 maanden en minder dan 24 maanden, hetzij 24 maanden of meer;2° het aantal stagedagen bedoeld in de artikelen 6 tot 12 van het besluit van de Waalse Regering van 18 september 2008 ter uitvoering van het decreet van 12 juli 2001 betreffende de beroepsopleiding in de landbouw of in het besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap van 27 mei 1993 betreffende de opleiding en de bijscholing van de personen die in de landbouw werkzaam zijn, hetzij meer dan 20 werkdagen en minder dan 40 werkdagen, hetzij gelijk aan of hoger dan 40 werkdagen en minder dan 60 werkdagen, hetzij 60 werkdagen of meer;3° het aantal prestatiedagen via een vervangdienst in de landbouw is hetzij lager dan 2 maanden, hetzij gelijk aan of hoger dan 2 maanden en minder dan 4 maanden, hetzij gelijk aan of hoger dan 4 maanden en minder dan 6 maanden, hetzij hoger dan of gelijk aan 6 maanden; 4° de relevantie van zijn project t.o.v. de doelstellingen van het Waals programma voor plattelandsontwikkeling.

Het aantal punten toegekend aan deze criteria wordt bepaald in bijlage 1, hoofdstuk I. De dagen bedoeld in de punten 2° en 3° van het eerste lid zijn niet cumulatief.

Voor de toepassing van het tweede lid is het cijfer geldig als de aanvrager in aanmerking komt voor de steun en minstens 25 percent van het bedrijf bezit. § 2. Overeenkomstig artikel 28, lid 2, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, is de minimale notering om een steun voor de vestiging te krijgen 15 punten. HOOFDSTUK IV. - Steun voor de investering Afdeling 1 - De subsidiabiliteitscriteria

Art. 9.Overeenkomstig artikel 33, lid 5, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, is de minimumdrempel van levensvatbaarheid bedoeld in artikel 33, eerste lid, 6°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 bereikt als de inkomsten per AE vóór investering niet negatief zijn. De maximumdrempel bedoeld in artikel 33, eerste lid, 6°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 wordt nageleefd wanneer de inkomsten per AE lager zijn dan of gelijk zijn aan vijftigduizend euro.

Overeenkomstig artikel 33, lid 6, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, is de drempel van levensvatbaarheid bedoeld in artikel 33, eerste lid, 7°, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 bereikt als de inkomsten per AE na investering minstens gelijk zijn aan vijftienduizend euro.

Art. 10.§ 1. Overeenkomstig artikel 41 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, komen voor een aanvrager, natuurlijke of rechtspersoon, alleen de volgende investeringen uitgevoerd op het landbouwbedrijf in aanmerking : 1° de aankoop van nieuw materieel bestemd voor de ontwikkeling of de oprichting van een een land- of tuinbouwactiviteit, met inbegrip van de eerste verwerking van de landbouwproducten en de verkoop van landbouproducten;2° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen;3° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen en de aankoop van nieuw materieel om hernieuwbare energie te produceren, met inbegrip van de biomethanisatie, in hoeveelheden beperkt tot het eigen verbruik;4° de inrichtingen die een vermindering van de emissies van vervuilende landbouwgassen mogelijk maken;5° de installatie van systemen voor de filtering van de ventilatielucht in de dierengebouwen, alsook hun ventilatiesystemen met gemengde lucht;6° de uitvoeringswerken voor de winning van grondwater bij de vestiging van een nieuw veegebouw en op voorwaarde dat er geen leiding van distributiewater beschikbaar is en dit in samenhang met de beheersplannen van de waterhulpbronnen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid en dat deze monsterneming het voorwerp uitmaakt van een toestemming die een winningsvolume vermeldt en dit in samenhang met de beheerplannen van de waterhulpbronnen in het kader van Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid;7° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen en de aankoop van nieuw materieel dat specifiek is voor de productie van biobrandstoffen of vloeibare biomassa met producten of bijproducten van de landbouwactiviteit in hoeveelheden beperkt tot het eigen verbruik;8° de waarnemings- en waarschuwingssystemen in het kader van de geïntegreerde bestrijding; 9° de aanpassing van de gebouwen, met inbegrip van de uitrustingen binnen, die bestaan om te voldoen aan de EU normen overeenkomstig de paragrafen 5 en 6 van artikel 17 van verordening (EU) nr.1305/2013.

Wat betreft de punten 2°, 3° en 6°, komt de aankoop van een gebouw niet in aanmerking tussen de leden van eenzelfde partner in de zin van artikel 1, 13° en 14° van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015.

Art. 11.Overeenkomstig artikel 41 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 komen, voor een CVGL, uitsluitend de volgende investeringen in aanmerking : 1° de aankoop van nieuw materiaal dat nodig is voor de productie, het vervoer, de tractie, de behandeling of de oogst van de producties van de partners van de CVGL;2° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen die dienen om het materieel van de CVGL te herbergen. Wat betreft punt 2°, komt de aankoop van een gebouw niet in aanmerking tussen de leden van eenzelfde partner in de zin van artikel 1, 13° en 14° van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015.

Art. 12.Overeenkomstig artikel 41 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 komen, voor een CVAV, uitsluitend de volgende investeringen in aanmerking : 1° de aankoop van nieuw materieel dat nodig is voor het vervoer, de behandeling, de opslag, de verwerking of de afzet van de producties van de partners van de CVAV;2° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen die hetzij worden gebruik voor de opslag, verwerking en afzet van de producties van de partners van de CVAV, hetzij om het materieel van de CVAV te herbergen. Wat betreft punt 2°, komt de aankoop van een gebouw niet in aanmerking tussen de leden van eenzelfde partner in de zin van artikel 1, 13° en 14° van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015.

Art. 13.Overeenkomstig artikel 43 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 moet een investering betrekking hebben op een minimaal bedrag van 5.000 euro om in aanmerking te komen. Het maximale bedrag dat in aanmerking komt voor de investering bedraagt 350.000 euro. Afdeling 2. - Selectiecriteria

Art. 14.Eenzelfde landbouwer kan uitsluitend twee steunaanvragen voor investering indienen per selectieperiode.

Art. 15.§ 1. Overeenkomstig artikel 44, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, onderzoekt het betaalorgaan criteria met betrekking tot de aanvrager, het bedrijf en de investering om de selectie van de steunaanvragen voor investering te verrichten. § 2. Het cijfer toegekend aan de aanvrager bedraagt 10 punten als ten minste één van de natuurlijke personen minder dan veertig jaar oud is op de datum van de indiening.

Het cijfer is geldig als de natuurlijke persoon die tot de partner behoort in aanmerking komt voor de steun en minstens 25 percent van het bedrijf bezit. § 3. Het cijfer toegekend in functie van de criteria betreffende het bedrijf verschilt naar gelang van het feit dat : 1° het bedrijf volledig, gedeeltelijk of geenszins bestemd is voor de biologische productie;2° het bedrijf al dan niet bestemd is voor de productie van producten van gedifferentieerde kwaliteit;3° het bedrijf gelegen is in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is;4° het percentage van oppervlakte in blijvend grasland hetzij lager is dan 50, hetzij hoger dan of gelijk aan 50;5° het bruikbare landbouwoppervlakte van het gezinsbedrijf per AE hetzij lager is dan 60 hectaren, hetzij hoger dan of gelijk aan 60 hectaren;6° het bedrijf zijn teelten varieert, met een minimum van vijf speculaties. Het aantal punten toegekend aan deze criteria wordt in bijlage 1, hoofdstuk II, 1°, bepaald. § 4. Het cijfer toegekend in functie van de investering verschilt volgens de lage, gemiddelde of hoge waarde die aan de investering wordt toegekend.

De waarde van de investeringen wordt in bijlage 3 bepaald.

Overeenkomstig artikel 44, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, bedraagt de minimale notering om een steun voor investering te krijgen 7,5 punten.

Art. 16.§ 1. In afwijking van artikel 15, wanneer de aanvrager een coöperatieve vennootschap is, wordt het cijfer toegekend in functie van de volgende criteria : 1° het aantal partners die in aanmerking komen in de coöperatieve vennootschap is hetzij lager dan vier, hetzij gelijk aan of hoger dan vier en lager dan zes, hetzij hoger dan of gelijk aan zes;2° alle partners die in aanmerking komen : a.hebben de stappen ondernomen voor de melding van het geheel van hun activieteit in de biologische landbouw bij een controleorgaan dat erkend is overeenkomstig artikel 6 van het besluit van de Waalse Regering van 11 februari 2010 inzake de productiemethode en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van het besluit van de Waalse Regering van 28 februari 2008 en; b. zijn gecertificeerd bij een controleorgaan bij de betaling. Het aantal punten toegekend aan deze criteria wordt in bijlage 1, hoofdstuk III, 1°, bepaald. § 2. Het cijfer toegekend in functie van de investering verschilt volgens de lage, gemiddelde of hoge waarde die aan de investering wordt toegekend.

De waarde van de investeringen wordt in bijlage 3 bepaald. § 3. Voor de CVAV wordt een cijfer van 5 of 0 toegekend naargelang de investering een al dan niet innoverend karakter heeft.

Overeenkomstig artikel 44, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, bedraagt de minimale notering om een steun voor investering te krijgen 12,5 punten.

Art. 17.Overeenkomstig artikel 45 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 wordt, voor de programmeringsperiode 2014-2020, de gecumuleerde bovengrens van de investeringssteun en van de steun voor niet-agrarische diversificatie, op tweehonderd duizend euro vastgesteld. Afdeling 3. - Het niveau van de steun

Art. 18.Voor de natuurlijke of rechtspersonen met uitsluiting van de CVGL en de CVAV wordt de steun samengesteld uit een kapitaalsubsidie dat een percentage van het bedrag van de in aanmerking komende investering vertegenwoordigt. Dit percentage bestaat uit een basispercentage van 10 percent verhoogd met de eventuele volgende verhogingen : 1° 10 percent als een natuurlijke persoon van minder dan 40 jaar die tot de partner behoort in aanmerking komt voor de steun en minstens 25 percent van het bedrijf bezit;2° 10 percent als de investering in ketens past van erkende kwaliteitsproducten of in een keten van de biologische landbouw;3° 10 percent als de investering zeer gunstig is voor een evolutie van het bedrijf naar meer duurzaamheid;4° 5 percent als de investering gunstig is voor een evolutie van het bedrijf naar meer duurzaamheid;5° 5 percent als het bedrijf 5 verschillende teelten heeft;6° 5 percent als de aanvrager gelegen is in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is;7° 2,5 percent als het bruikbare landbouwoppervlakte van het bedrijf per AE lager is dan 60 ha;8° 2,5 percent als het bedrijf minstens de helft van zijn bruikbare landbouwoppervlakte als blijvend grasland gebruikt. De voorwaarde vermeld in punt 3° wordt vervuld als de investering in bijlage 3 wordt aangegeven en de letter "H" bevat in de kolom "Waarde voor de natuurlijke personen".

De voorwaarde vermeld in punt 4° wordt vervuld als de investering in bijlage 3 wordt aangegeven en de letter "M" bevat in de kolom "Waarde voor de natuurlijke personen".

Het aantal punten toegekend aan de criteria bedoeld in het eerste lid wordt in bijlage 2 bepaald.

Art. 19.Voor de CVGL wordt de steun samengesteld uit een kapitaalsubsidie dat een percentage van het bedrag van de in aanmerking komende investering vertegenwoordigt. Dit percentage bestaat uit een basispercentage van 20 percent verhoogd met de eventuele volgende verhogingen : 1° 10 percent als de investering zeer gunstig is voor een evolutie van het bedrijf naar meer duurzaamheid;2° 5 percent als de investering gunstig is voor een evolutie van het bedrijf naar meer duurzaamheid;3° 5 percent als het aantal landbouwers hoger is dan 6;4° 2,5 percent als het aantal landbouwers tussen 4 en 6 ligt. De voorwaarde vermeld in punt 1° wordt vervuld als de investering in bijlage 3 wordt aangegeven en de letter "H" bevat in de kolom "Waarde voor de coöperatieve vennootschappen".

De voorwaarde vermeld in punt 2° wordt vervuld als de investering in bijlage 3 wordt aangegeven en de letter "M" bevat in de kolom "Waarde voor de coöperatieve vennootschappen".

Het aantal punten toegekend aan de criteria bedoeld in het eerste lid wordt in bijlage 2 bepaald.

Art. 20.Voor de CVAV wordt de steun samengesteld uit een kapitaalsubsidie dat een percentage van het bedrag van de in aanmerking komende investering vertegenwoordigt. Dit percentage bestaat uit een basispercentage van 20 percent verhoogd met de eventuele volgende verhogingen : 1° 10 percent als de investering zeer gunstig is voor een evolutie van het bedrijf naar meer duurzaamheid;2° 5 percent als de investering gunstig is voor een evolutie van het bedrijf naar meer duurzaamheid.3° 5 percent als het aantal landbouwers hoger is dan 6;4° 2,5 percent als het aantal landbouwers tussen 4 en 6 ligt. De voorwaarde vermeld in punt 1° wordt vervuld als de investering in bijlage 3 wordt aangegeven en de letter "H" bevat in de kolom "Waarde voor de natuurlijke personen".

De voorwaarde vermeld in punt 2° wordt vervuld als de investering in bijlage 3 wordt aangegeven en de letter "M" bevat in de kolom "Waarde voor de natuurlijke personen".

Het aantal punten toegekend aan de criteria bedoeld in het eerste lid wordt in bijlage 2 bepaald. HOOFDSTUK V. - Steun voor niet-agrarische diversificatie Afdeling 1. - Subsidiabiliteit van de investeringen

Art. 21.§ 1. Overeenkomstig artikel 47, vijfde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 februari 2015, komen in aanmerking voor de steun voor niet-agrarische diversificatie in een landelijk gebied, de investeringen die op het bedrijf worden uitgevoerd en die betrekking hebben op : 1° de aankoop van nieuw materiaal bestemd voor de voortzetting, de ontwikkeling of de schepping van een niet-agrarische diversificatie-activiteit, met inbegrip van de verwerking en de verkoop op de hoeve van niet-agrarische producten uit het bedrijf, met inbegrip van de informatica-uitrustingen i.v.m. deze investeringen; 2° de bouw en de inrichting vastegeled in een onroerend goed bestemd voor de niet-agrarische diversificatie, met inbegrip van de verwerking en de verkoop op de hoeve van niet-agrarische producten uit het bedrijf. Wat betreft punt 2°, wordt het aantal investeringen beperkt tot de opvangcapaciteit van de activiteit.

De aankoop van een gebouw komt niet in aanmerking tussen de leden van eenzelfde partner in de zin van artikel 1, 13° en 14° van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015. § 2. Onverminderd artikel 3, overeenkomstig artikel 47, vijfde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, komen de investeringen voor de bouw en de aankoop van gebouwen i.v.m. een project van agritoerisme niet in aanmerking. Afdeling 2. - Selectiecriteria

Art. 22.Eenzelfde landbouwer kan uitsluitend twee steunaanvragen voor investering indienen per selectieperiode.

Art. 23.§ 1. Overeenkomstig artikel 44, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, onderzoekt het betaalorgaan de criteria met betrekking tot de aanvrager, het bedrijf en de investering om de selectie van de steunaanvragen voor investering in de niet-agrarische diversificatie te verrichten. § 2. Het cijfer toegekend aan de aanvrager bedraagt 10 punten als ten minste één van de natuurlijke personen minder dan veertig jaar oud is.

Het cijfer is geldig als de natuurlijke persoon die tot de partner behoort in aanmerking komt voor de steun en minstens 25 percent van het bedrijf bezit. § 3. Het cijfer toegekend in functie van de criteria betreffende het bedrijf verschilt naar gelang van het feit dat : 1° het bedrijf volledig, gedeeltelijk of geenszins bestemd is voor de biologische productie;2° het bedrijf al dan niet bestemd is voor de productie van kwaliteitsproducten;3° het bedrijf gelegen is in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is;4° het bruikbare landbouwoppervlakte van het gezinsbedrijf per AE hetzij lager is dan 60 hectaren, hetzij hoger dan of gelijk aan 60 hectaren; Het aantal punten toegekend aan de criteria bedoeld in het eerste lid wordt in bijlage 1, hoofdstuk IV bepaald. § 4. Overeenkomstig artikel 44, § 1, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, bedraagt de minimale notering om een steun voor investering te krijgen 2,5 punten.

Art. 24.Voor de natuurlijke of rechtspersonen met uitsluiting van de CVGL en de CVAV wordt de steun samengesteld uit een kapitaalsubsidie dat een percentage van het bedrag van de in aanmerking komende investering vertegenwoordigt. Dit percentage bestaat uit een basispercentage van 20 percent verhoogd met de eventuele volgende verhogingen : 1° 10 percent als een jonge landbouwer die tot de partner behoort in aanmerking komt voor de steun en minstens 25 percent van het bedrijf bezit;2° 10 percent als de investering in een keten past van de biologische landbouw of in ketens van erkende kwaliteitsproducten;3° 5 percent als de aanvrager gelegen is in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is;4° 2,5 percent als het bruikbare landbouwoppervlakte van het bedrijf per AE lager is dan 60 ha; Het aantal punten toegekend aan de criteria bedoeld in het eerste lid wordt in bijlage 2 bepaald. HOOFDSTUK VI. - Bijkomende steun voor de investering in de verwerking en de afzet van landbouwproducten of de ontwikkeling van landbouwproducten, alsook voor de investering voor de ondernemingen in de sector van de eerste houtverwerking

Art. 25.§ 1. Overeenkomstig artikel 58, § 2, lid 2, van het besluit van de Waalse Regering van 10 februari 2015, komen de volgende investeringen in aanmerking : 1° de aankoop van nieuw materiaal dat nodig is voor de verwerking en de afzet van de producties van de partners van de CVAV;2° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen op voorwaarde dat ze nuttig zijn voor de producties van de partners van de CVAV;3° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen die nodig zijn voor het materieel van de CVAV. Wat betreft de punten 2° en 3°, komt de aankoop van een gebouw niet in aanmerking tussen de leden van eenzelfde partner in de zin van artikel 1, 13° en 14° van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015. § 2. Overeenkomstig artikel 58, § 2, lid 2, van het besluit van de Waalse Regering van 10 februari 2015, komen de volgende investeringen niet in aanmerking : 1° de aankoop van grond, eenjarige planten, dieren, alsook tweedehands materiaal;2° het huren van grond, gebouwen en materieel;3° de eenvoudige vervangingsverrichting;4° de irrigatie, de waterwinningen en de drainering van landbouwgronden;5° de belastingen;6° de studiekosten en de erelonen van de architect, de notaris, de revisor, en de landmeter.

Art. 26.§ 1. Overeenkomstig artikel 58, § 3, lid 2, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, komen de volgende investeringen in aanmerking : 1° de aankoop van nieuw materiaal dat nodig is voor de verwerking en de afzet van de producties van de ondernemingen;2° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen die voor de opslag en de verwerking van landbouw- of houtproducten worden gebruikt, alsook voor de afzet van de producties van de onderneming;3° de bouw, aankoop of renovatie van onroerende goederen die dienen om het materieel van de onderneming te herbergen; 4° de bijkomende investeringen i.v.m. de uitgaven bedoeld in de punten 2° en 3° binnen de twaalf percent grens van deze kosten. Wat betreft de punten 2° en 3°, komt de aankoop van een gebouw niet in aanmerking tussen de leden van eenzelfde partner in de zin van artikel 1, 16° en 17° van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015.

De bijkomende investeringen bedoeld in punt 4° zijn de erelonen van de architect, de bezoldigingen van ingenieurs en adviseurs, alsook de kosten i.v.m. de haalbaarheidsstudies, de aankoop van brevetten en het verkrijgen van licenties. § 2. Overeenkomstig artikel 58, § 3, lid 2, van het besluit van de Waalse Regering van 10 februari 2015, komen de volgende investeringen niet in aanmerking : 1° de investeringen die vooral betrekking hebben op de kleinhandel of de groothandel, alsook de investeringen van de distributiesector en zijn dochterondernemingen;2° de aankoop van grond en de kosten die ermee verbonden zijn;3° de aankoop van gebouwen zonder verbetering van de structuur;4° de verfraaiings- of vrijetijdsactiviteiten;5° de investeringen betreffende woningen of delen van woningen zoals de conciërgewoningen;6° de aankoop van meubilair en kantoorbenodigdheden;7° de herstellingen en onderhoudswerken;8° de aankoop van tweedehands materiaal;9° de vervanging van een ander materiaal dat reeds toebehoort aan de onderneming door een nieuw materiaal dat identiek of soortgelijk is;10° de belastingen;11° de vervoermiddelen die geen deel uitmaken van de activiteit. Overeenkomstig artikel 61 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 wordt het maximumbedrag van de bijkomende steun toegekend aan eenzelfde begunstigde voor de programmeringsperiode 2014-2020, op vijfhonderd duizend euro vastgesteld. HOOFDSTUK VII. - Garantie

Art. 27.Het brutosubsidie-equivalent van de garantie bedoeld in artikel 71 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 wordt berekend volgens de methode omschreven in de volgende bepalingen.

Art. 28.Overeenkomstig artikel 5, § 4, c), i), van Verordening nr. 702/2014, en de Mededeling van 20 juni 2008 van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun in de vorm van garanties, komt het brutosubsidie-equivalent overeen met : de som van jaarlijkse subsidie-equivalenten berekend volgens artikel 29 voor elk jaar waarin de garantie wordt toegekend, geactualiseerd overeenkomstig artikel 32.

Art. 29.De jaarlijkse subsidie-equivalent komt overeen met de jaarlijkse safe-harbour-premie vermeld in artikel 30 vermenigvuldigd door het totaal van de bedragen die effectief gedekt zijn tijdens het betrokken jaar, berekend overeenkomstig artikel 31.

Art. 30.Overeenkomstig de Mededeling van 20 juni 2008 van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun in de vorm van garanties, zoals rechtgezet door de Rectificatie van 25 september van de mededeling van de Commissie betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op staatssteun in de vorm van garanties, wordt de jaarlijkse safe harbour-premie omschreven volgens de kredietkwaliteit, volgens de volgende tabel :

Kredietkwaliteit

Jaarlijkse safe harbour-premie

Hoogste kwaliteit

0,4 %

Zeer sterke betalingscapaciteit

0,55 %

Sterke betalingscapaciteit

0,8 %

Toereikende betalingscapaciteit

2 %

Betalingscapaciteit gevoelig voor ongunstige omstandigheden

3,8 %

Betalingscapaciteit dreigt in het gedrang te komen door ongunstige omstandigheden

6,3 %


In afwijking van het eerste lid, voor een bedrijf zonder kredietverleden of waarvan de rating op grond van een balansbenadering wordt bepaald, wordt de safe harbour-premie op 3,8 % bepaald. Deze premie kan nimmer lager zijn dan de premie die voor de moederonderneming of moederondernemingen zou gelden.

Art. 31.Het totaal van de bedragen die effectief gedekt zijn door de garantie tijdens het betrokken jaar komt overeen met de som van de volgende elementen : 1° het gewaarborgd kapitaal, verminderd overeenkomstig artikel 70 van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, berekend op de eerste dag van de betrokken jaarlijkse periode;2° het interestensaldo berekend op de eerste dag van de betrokken jaarlijkse periode, overeenkomstig de overeenkomst, naar rato van het kapitaalsaldo dat gewaarborgd blijft;3° de jaarlijkse interesten tegen de wettelijke rentevoet van het betrokken jaar berekend naar rato van het saldo dat gewaarborgd blijft, berekend op de eerste dag van de betrokken jaarlijkse periode;4° de kredietkosten naar rato van het kapitaalsaldo dat gewaarborgd blijft, berekend op de eerste dag van de betrokken jaarlijkse periode, met uitsluiting van de kosten betaald vóór de toekenning van de kredietfondsen.

Art. 32.De jaarlijkse subsidie-equivalenten van andere jaren dan het eerste jaar worden volgens de volgende berekening geactualiseerd : ESAA = ESA x (1+ disconteringspercentage)x Waarin : 1° ESA is de jaarlijkse subsidie-equivalent van het betrokken jaar;2° ESAA is de geactualiseerde jaarlijkse subsidie-equivalent;3° het disconteringspercentage is de laatste Euribor-rentevoet op 1 jaar bekendgemaakt door de Nationale Bank van België op de dag van de toekenning van de garantie, verhoogd met 100 punten, overeenkomstig de Mededeling van de Europese Commissie van 19 januari 2008 over de herziening van de methode waarmee de referentie- en disconteringspercentages worden vastgesteld;4° X is het aantal volledige jaren die afgelopen zijn sinds de toekenning van de garantie.

Art. 33.Overeenkomstig artikel 65, § 6, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015, wordt de overeenkomstige tabel van de kredietkwaliteit in bijlage 4 vastgelegd.

Namen, 10 september 2015.

R. COLLIN BIJLAGE 1 HOOFDSTUK I. - Punten toegekend aan de selectiecriteria betreffende de aanvrager voor vestigingssteun

Ervaring* (M = maand)

Punten

M<6

0

6<=M<12

10

12<=M<24

15

M<=24

20

Stage* (S = werkdagen)

Punten

20

15

40<=S<60

30

S>=60

45

Prestaties in vervangdienst (M = maand)

Punten

M<2

2

2<=M<4

5

4<=M<6

10

M<=6

15

Relevantie van het project

Relevantie van het project

Niet relevant

0

Relevant

5

Zeer relevant

10


HOOFDSTUK II. - Selectiecriteria betreffende de investeringssteun 1° Punten toegekend aan de criteria i.v.m. het bedrijf

BIO bedrijf

Punten

Nee

0

Gedeeltelijk

2,5

Geheel

5

Bedrijf kwaliteitsproducten

Punten

Nee

0

Ja

2,5

Bedrijf in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is

Punten

NEE

0

JA

5

Blijvend grasland (X = het percentage oppervlakte in blijvend grasland)

Punten

X<50

0

X<=50

2,5

Gezinsbedrijf (X=SAU/UT)

Punten

X<60

2,5

X>=60

0

Gewasdiversificatie

Punten

NEE

0

JA

5


2° Punten toegekend aan de criteria i.v.m. de investering

Omvang van de investering zoals vermeld in bijlage 3

Punten

Laag

5

Gemiddeld

10

Hoog

12,5


HOOFDSTUK III. - Selectiecriteria betreffende de coöperatieve vennootschappen 1° Punten toegekend aan de criteria i.v.m. de aanvrager

Aantal leden van de coöperatieve

Punten

X<4

0

4=

5

X>=6

12,5

Alle leden van de coöperatieve die in de biologische landbouw zijn gecertificeerd

Alle leden van de coöperatieve die in de biologische landbouw zijn gecertificeerd

NEE

0

JA

5


2° Punten toegekend aan de criteria i.v.m. de investering

Omvang van de investering zoals vermeld in bijlage 3

Punten

Laag

12,5

Gemiddeld

17,5

Hoog

22,5


HOOFDSTUK IV. - Selectiecriteria betreffende de niet-agrarische diversificatie

BIO bedrijf

Punten

Nee

0

Gedeeltelijk

2,5

Geheel

5

Bedrijf kwaliteitsproducten

Punten

Nee

0

Ja

2,5

Bedrijf in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is

Punten

NEE

0

JA

5

Gezinsbedrijf (X = SAU/UT)

Punten

X<60

2,5

X>=60

0


Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 10 september 2015 tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector.

Namen, 10 september 2015 De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, R. COLLIN

BIJLAGE 2 HOOFDSTUK I. - Verhoging voor de natuurlijke of rechtspersonen met uitsluiting van de CVGL en de CVAV bedoeld in artikel 18

Leeftijd

Punten

X< = 40

10

X> 40

0

Bio of kwaliteitsproducten

Punten

NEE

0

JA

10

Duurzaamheid

Punten

Gunstig

5

Zeer gunstig

10

Gewasdiversificatie

Punten

X=<4

0

X>=5

5

Bedrijf in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is

Punten

NEE

0

JA

5

Blijvend grasland (X = het percentage oppervlakte in blijvend grasland)

Punten

X<50

0

X>=50

2,5

Gezinsbedrijf (X=SAU/UT)

Punten

X<60

2,5

X>=60

0


HOOFDSTUK II. - Verhoging voor de CVGL bedoeld in artikel 19

Duurzaamheid

Punten

Gunstig

5

Zeer gunstig

10

Aantal leden van de coöperatieve

Punten

X<4

0

4

2,5

X>=6

5


HOOFDSTUK III. - Verhoging voor de CVAV bedoeld in artikel 20

Duurzaamheid

Punten

Gunstig

5

Zeer gunstig

10

Aantal leden van de coöperatieve

Punten

X<4

0

4

2,5

X>=6

5


HOOFDSTUK IV. - Verhoging voor de natuurlijke of rechtspersonen met uitsluiting van de CVGL en de CVAV bedoeld in artikel 23

Leeftijd

Punten

X< = 40

10

X> 40

0

Bio of kwaliteitsproducten

Punten

NEE

0

JA

10

Bedrijf in een gebied dat aan een bijzondere milieudruk onderhevig is

Punten

NEE

0

JA

5

Gezinsbedrijf (X=SAU/UT)

Punten

X<60

2,5

X>=60

0


Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 10 september 2015 tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector.

Namen, 10 september 201 5.

De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, R. COLLIN

BIJLAGE 3 De waarde van de investeringen wordt verdeeld als volgt :

Waarde voor de natuurlijke personen

Waarde voor de coöperatieve vennootschappen

Subsidiabele investering

Omschrijving

X

X

Drinkbak type waterschaal in niet prioritair gebied

Bak van minsten 1m3 waterbevoorrading inbegrepen (max 1 drinkbak per schijf van 3 hectaren)

X

X

Drinkbak type waterschaal in prioritair gebied

Bak van minsten 1m3 waterbevoorrading inbegrepen (max 1 drinkbak per schijf van 3 hectaren)

H

H

Toebehoren

Bijkomend werktuig voor de basismachine (telescopische heftruck, tractor, uitkuilmachine,...) banden, velgen en rupsbanden uitgesloten

H

F

Aankoop van gebouwen

Aankoop van de eigendom, de blote eigendom, het vruchtgebruik, de agrarische opleg van een gebouw

X

X

Aankoop van vee

Aankoop van vee op factuur - komt niet in aanmerking

M

X

Verbetering van de omgeving

Binnenplaats, weg, subsidiabel landschap als de stedenbouwkundige vergunning iets oplegt

H

X

Grondverbetering

Oprichting met de toelating van de winning van waterputten onder de voorwaarde van de vestiging van een nieuw veegebouw en op voorwaarde dat er geen leiding van distributiewater beschikbaar is.

H

H

Tuinbouwinrichtingen

Gebouw met uitrusting voor het wassen, de verpakking, de opslag vóór het in de handel brengen

H

H

Inrichting van gebouwen

Inrichting, renovatie, modernisering van elk beroepsgebouw

X

X

Drinkbak type weidepomp in niet prioritair gebied

Weidepomp waterbevoorrading inbegrepen (max 1 drinkbak per schijf van hectare)

X

X

Drinkbak type weidepomp in prioritair gebied

Weidepomp, waterbevoorrading inbegrepen (max 1 drinkbak per schijf van hectare)

M

M

Hooikeerder enkel/dubbel

Enkel, dubbel, frontaal, achterin, gedragen of gesleept

H

M

Graanpletmachine

Kneuzer voor veevoeder

F

H

Zelfrijdende aardappelrooier


M

H

Aardappelrooier


M

H

Bieten/cichoreirooier


F

H

Zelfrijdende bieten/cichoreirooier


M

H

Oraapwagen


X

X

Dekzeil

Dekzeil type toptex - komt niet in aanmerking

M

M

Transportband

Voor de oogst of de opslag van goederen

F

F

Verplaatsbare bascule


M

M

Bouw van een landbouwgebouw (multifunctioneel)

Gebouw met minstens 2 doeleinden (vb : Opslagloods met veeteelt)

X

X

Aankoop van gebouwen (vestiging)

In het kader van de vestiging, aankoop van de eigendom, de blote eigendom, het vruchtgebruik, de agrarische opleg van een gebouw

F

M

Laadbak/Aanhangwagen

Standaard, hydraulisch, met één of meerdere rompen, met hefinrichting of zonder hefinrichting

H

H

Verplaatsbare bascule


H

H

Veewagen

Standaard of hydraulisch

H

H

Wiedmachine/Draaiende schoffelmachine/ Mechanische onkruidwieder


M

H

Borstel/Veegborstel

Om de omgeving of de weg te reinigen (zelfrijdend of manueel)

X

X

Brucellose


M

H

Aanaardwerktuig

Wortel, aardappel, asperge

M

H

Aanhangwagen voor silage


X

X

Sorteermachine

Eieren, fruit en groenten BAT

H

X

Compacte lader/grupreiniger

Verschillend van schilschop, schaffer, gearticuleerd

X

X

Frontale lader

ACCES

F

H

Zelfrijdende bieten/ cichoreilader


M

H

Ploeg

schijven, scharen

F

X

Bouw stal fokpaarden


X

X

Blijvende omheining in niet prioritair gebied


X

X

Blijvende omheining in prioritair gebied


M

H

Verschillende werktuigen

Inzaaien, oogst, onderhoud

X

X

Verpakkingsmateriaal

BAT

F

M

Mestcontainer

Volume hoger dan in een mesttank, men kan verschillende mesttanken ter plaatse bevoorraden

H

F

Verplaatsbare box


H

X

Vaste box

Met of zonder regelingssysteem

F

F

Oogstcontainer/Pallox


X

X

Eerste vestiging (oprichting)


F

M

Bosmaaier

Met ketting of hamer

M

H

Stoppelploeg

Getande, met schijven, shizzel (frontaal, achterin)

H

H

Bodemverluchter/Woeler

Getande

M

H

Verplaatsbare reiniger

Aardappel, bieten

H

F

Afwikkelmachine


H

H

Foelie en dekzeil afroller

Voor de silo's, de hopen bieten en de bescherming van de gewassen

F

F

Schommelende chemische wiedmachine


H

M

Kuilvoersnijder

Verdeler, zelfrijdend,...

X

X

Mechanische wiedmachine

BINEU

H

H

Thermische wiedmachine/ loofklapper met gas


M

H

Aardappelreiniger


F

X

Niet-agrarische diversificatie/ Dienstprestatie

Box voor paarden met dienstprestatie

M

M

Machine om koeiendrek uit te spreiden


H

H

Topper


M

M

Ontbladeraar

Voor de bieten

M

H

Verpakkingsmachine/ Bindmachine


H

X

Hernieuwbare energie voor beroepsdoeleinden

Biometh 10, Biomethanisatie < 10kW, Fotovoltaïsch, Windenergie, ...

Voor eigen verbruik

X

X

Hernieuwbare energie voor beroepsdoeleinden en overtollig

De vestigingen met doorverkoop van de energie komen niet in aanmerking

F

H

Zelfrijdende ensileermachine


F

F

Ensileermachine


M

H

Materiaal onderhoud tuinbouwteelten

Snoeischaar, elevator, gondel,...

M

M

Mestspreider


M

M

Meststrooimachine


M

M

Siloverspreider


H

X

Uitrusting koeienstal

Veeteelt, vetmesting, melk, gemengd

H

X

Uitrusting stal fokpaarden


H

X

Uitrusting stal kleinvee BIO of gedifferentieerde kwaliteit

Gevogelte,...Alles behalve runderen, varkens, paarden en hun derivaten BIO of gedifferentieerde kwaliteit

H

X

Uitrusting stal kleinvee

Alles behalve runderen, varkens, paarden en hun derivaten

H

X

Uitrusting varkensstal BIO of gedifferentieerde kwaliteit

Veeteelt of vetmesting BIO of gedifferentieerde kwaliteit

H

X

Uitrusting varkensstal

Veeteelt of vetmesting

H

X

Uitrusting serres


H

X

Bouw stal voor runderen

Veeteelt, vetmesting, melk, gemengd

X

X

Etiketteermachine

BAT

M

M

Hooimachine/Schudder


M

M

Frontale/laterale maaimachine

Met messen

M

H

Maaier-kneuzer


F

H

Zelfrijdende maaier-kneuzer


M

M

Weidebloter/Grondbreker

Met schijven

X

X

Materieel voor fertigatie

BAT

M

H

Bouw koelruimte

Koelkamer/opslaghal met aiconditioning

H

X

Toerisme op de hoeve


H

H

GPS/Geleidingssysteem/ Precisielandbouw


F

F

Kraan


F

M

Opslagloods en berplaats materieel


H

H

Onkruideg


M

H

Roterende eg


M

H

Eg

Vibrocultivator, met kam, niet-bewegende eg (gedragen of frontaal)

X

X

Eerste vestiging : Aankoop van vee (opvulling)

Aankoop van vee op factuur tijdens de 12 eerste maanden

X

X

Eerste vestiging : Aankoop van materieel (opvulling)

Aankoop van nieuw materieel op factuur tijdens de 12 eerste maanden

F

F

Onroerend goed


M

M

Electronisch/informatica materieel voor beroepsdoeleinden


X

X

Tweede fase vestiging


X

X

Eerste vestiging (overname)


F

H

Integraal bieten/cichorei


X

X

Irrigatiemateriaal


F

M

Vorkhefwagen/Klark


H

X

Functionele melkstal, melkinstallatie en koeler

Carrousel, melkrobot, melktank/koeler

X

X

Wasmachine

BAT

X

X

Mankracht voor het aanleggen van een omheining in niet prioritair gebied


X

X

Mankracht voor het aanleggen van een omheining in prioritair gebied


X

X

In overeenstemming brengen van de opslagaccommodatie


H

F

Mengmachine


H

F

Zelfrijdende mengmachine


F

F

Verplaatsbare mestmixer


F

F

Roerend goed


M

H

Maaidorser


X

X

Gondel

ENTRH

H

X

Kalveren hokken

Aankoop van een partij

X

X

Werktuigen

Materiaal voor de werkplaats, hoge drukreiniger, generator, lasapparaat, compressor...

H

F

Zelfrijdende stroverspreider


H

F

Stroverspreider


X

X

Palletstapelaar

BAT

H

X

Pedagogische of sociale hoeve


F

F

Graafmachine/Bulldozer


X

X

Weegbak

BAT

H

X

Bouw stal kleinvee BIO of gedifferentieerde kwaliteit

Gevogelte,...Alles behalve runderen, varkens, paarden en hun derivaten BIO of gedifferentieerde kwaliteit

H

X

Bouw stal kleinvee

Gevogelte, ...Alles behalve runderen, varkens, paarden en hun derivaten

M

X

Beplantingen


M

H

Plantmachine


M

H

Aardappelpoter


H

H

Velgen en banden lage druk


X

X

Dubbele velgen en bandenmontage


F

M

Weegbrug


H

X

Bouw varkensstal BIO of gedifferentieerde kwaliteit

Veeteelt of vetmesting BIO of gedifferentieerde kwaliteit

H

X

Bouw varkensstal

Veeteelt of vetmesting

M

H

Balenpers

Rond, vierkantig, kleine balen, met of zonder messen, met of zonder draad

X

X

Verwerking of afzet van zuivelproducten

Melkcrisis (L2)

M

X

Beschermingssysteem tegen vorst en slecht weer

Anti-hagelnet

M

H

Zelfrijdende spuitmachine


M

H

Spuitmachine


M

H

Materieel voor tuinbouwoogst


X

X

Opstelling van het plan


F

M

Platte aanhangwagen


M

H

Materieel voor uitplanting in de tuinbouw


X

X

Latere overname van het bedrijf

Overname onder overeenkomst van een buitenbedrijf

M

H

Zwadkeerder


H

X

Robot om de stal te reinigen


X

X

Rotovator/Frees

HERRO

M

H

Rol/Vorenpakker


M

H

Rijenzaaimachine/multigranen

Met graangewassen

M

H

Precisiezaaimachine/één graan

Maïs, bieten, cichorei,...

H

H

Zaaimachine zonder te ploegen


M

X

Verplaatsbare serre

Tunnel

H

X

Bouw van serre


F

X

Openbare dienstprestatie

Zout, sneeuwopruiming, onderhoud van de openbare hagen

H

X

Verplaatsbare silo


H

X

Torensilo/vultrechter


X

X

Woeler

DECOM

X

X

Opslag van mest

MCIS

X

X

Opvolging van de uitvoering van het plan


H

H

Automatisch systeem voor het regelen van de druk in de banden


X

X

Vorenpakker

ROULE

M

X

Melktaxi


H

M

Telescopische heftruck

Zelfrijdende heftruck met een telecopische arm die al dan niet beweegt

X

X

Aankoop van grond

Aankoop van grond op akte

H

H

Mengmesttank met chassis/ oprit/injector


F

F

Watervat


M

H

Mengmesttank met pallet/ schommelend


M

H

Tractor


X

X

Verplaatsbare melkmachine

BAT

X

H

Vervoer

Vervoer grondstof en eindproduct (vrachtwagen,...)

H

X

Verwerking richtsnoer 3 : agrarische diversificatie

Bouw en inrichting van een gebouw met : Boter, yoghurt,...

H

X

Verwerking richtsnoer 3 : niet-agrarische diversificatie

Bouw en inrichting van een gebouw met : bakkerij, ijs, koekjes en deegwaren

X

X

Sorteermachine

BAT

M

X

Bedrijfsvoertuigen

Voertuig voor de rechtstreekse verkoop (koelbestelwagen,...) - behalve 4x4 en quad

H

X

Rechtstreekse verkoop agrarische diversificatie

Boter, yoghurt,...

H

X

Rechtstreekse verkoop niet-agrarische diversificatie

Restaurantbedrijf, bakkerij, ijs, koekjes en deegwaren

X

X

Vibrocultivator/Cultivator

DECHA


Verklaring : X : nihil F : laag M : gemiddeld H : hoog Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 10 september 2015 tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector.

Namen, 10 september 2015.

De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, R. COLLIN

BIJLAGE 4 De overeenkomstige tabel van de kredietkwaliteit bedoeld in artikel 65, § 6, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector wordt als volgt bepaald :

Kredietkwaliteit

Standard & Poor's

Fitch

Moody's

Hoogste kwaliteit

AAA AA+ AA AA-

AAA AA+ AA AA-

Aaa Aa1 Aa2 Aa3

Zeer sterke betalingscapaciteit

A+ A A-

A+ A A-

A1 A2 A3

Sterke betalingscapaciteit

BBB+ BBB BBB- BB+

BBB+ BBB BBB- BB+

Baa1 Baa2 Baa3 Ba1

Toereikende betalingscapaciteit

BB BB-

BB BB-

Ba2 Ba3

Betalingscapaciteit gevoelig voor ongunstige omstandigheden

B+ B

B+ B

B1 B2

Betalingscapaciteit dreigt in het gedrang te komen door ongunstige omstandigheden

B-

B-

B3

Betalingscapaciteit afhankelijk van aanhoudend gunstige omstandigheden

CCC+ CCC CCC- CC

CCC+ CCC CCC- CC C

Caa1 Caa2 Caa3

In of bijna in een situatie van wanbetaling

SD D

DDD DD D

Ca C


De tabel bedoeld in het eerste lid verwijst naar de ratingklassen van de ratingbureaus die het vaakst gebruikt worden door de banksector en laat aan de erkende kredietinstelling toe om de overeenstemming van de kredietkwaliteit met haar eigen ratingsysteem te evalueren.

Er wordt geen rating vereist van de kredietaanvrager door de ratingbureaus vermeld in de tabel bedoeld in het eerste lid.

Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 10 september 2015 tot uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 10 september 2015 betreffende steun voor ontwikkeling en investering in de landbouwsector.

Namen, 10 september 2015.

De Minister van Landbouw, Natuur, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme en Sportinfrastructuren, afgevaardigde voor de Vertegenwoordiging bij de Grote Regio, R. COLLIN

^