gepubliceerd op 25 november 2000
Ministerieel besluit houdende rectificatie van bijlage VI van het koninklijk besluit van 24 mei 1982 houdende reglementering van het in de handel brengen van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor de mens of voor zijn leefmilieu
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU
10 OKTOBER 2000. - Ministerieel besluit houdende rectificatie van bijlage VI van het koninklijk besluit van 24 mei 1982 houdende reglementering van het in de handel brengen van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor de mens of voor zijn leefmilieu
De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Gelet op de beschikking van de Commissie (2000/368/EG) van 19 mei 2000 houdende rectificatie van richtlijn 98/98/EG tot vijfentwintigste aanpassing aan de vooruitgang van de techniek van richtlijn 67/548/EEG van de Raad betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen.
Gelet op het koninklijk besluit van 24 mei 1982 houdende reglementering van het in de handel brengen van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor de mens of voor zijn leefmilieu, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 februari 1985, 14 september 1989, 19 juli 1994, 13 november 1997, 14 december 1998, 25 november 1999, 4 februari 2000 en van 28 september 2000;
Gelet op het koninklijk besluit van 13 november 1997 tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 mei 1982 houdende reglementering van het in de handel brengen van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor de mens of voor zijn leefmilieu, inzonderheid artikel 2, § 3;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid wegens de overschrijding van de termijn die op 1 juli 2000 gesteld was voor het omzetten van de rectificatie van bijlage VI bij het koninklijk besluit van 24 mei 1982 overeenkomstig de beschikking van de Commissie (2000/368/EG) van 19 mei 2000, de noodzaak tegelijk dit besluit en het koninklijk besluit van 28 september 2000 tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 mei 1982 te publiceren en het puur technische aspect van de bepalingen van dit besluit.
Gelet op het advies van de Raad van State L 30718/3 gegeven op 26 september 2000 met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit : Enig artikel. Bijlage VI van het koninklijk besluit van 24 mei 1982 houdende reglementering van het in de handel brengen van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor de mens of voor zijn leefmilieu, vervangen door het koninklijk besluit van 19 juli 1994 en gewijzigd door de koninklijke besluiten van 13 november 1997, 14 december 1998, 25 november 1999 en van 28 september 2000 wordt gerectificeerd als volgt : De teksten van punten 1.6, 1.7.2, 2.2.2.1, 3.2.3, 3.2.3.1, 3.2.6.1, 3.2.8, 4.1.2, 4.1.3, 4.1.4, 5.2.2, 5.2.2.1, 5.2.2.2, 6.2, 7.5.2 en 8 worden respectievelijk vervangen door de teksten van punten 1.6, 1.7.2, 2.2.2.1, 3.2.3, 3.2.3.1, 3.2.6.1, 3.2.8, 4.1.2, 4.1.3, 4.1.4, 5.2.2, 5.2.2.1, 5.2.2.2, 6.2, 7.5.2 en 8 opgenomen in de bijlage van dit besluit.
Brussel, 10 oktober 2000.
De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET
Bijlage 1.6. Voor stoffen kunnen de voor de indeling en het kenmerken benodigde gegevens als volgt worden verkregen : a) Als het gaat om stoffen waarvoor inlichtingen volgens bijlage VII nodig zijn, komen de meeste voor de indeling en het kenmerken benodigde gegevens voor in het « basisdossier ».De indeling en het kenmerken moeten, wanneer nieuwe gegevens beschikbaar komen (bijlage VIII), zo nodig worden herzien. b) Ten aanzien van de overige stoffen (bijvoorbeeld de stoffen als bedoeld in punt 1.5) kunnen de voor de indeling en het kenmerken benodigde gegevens in voorkomend geval worden ontleend aan een aantal uiteenlopende bronnen, zoals bijvoorbeeld de resultaten van vroeger onderzoek, inlichtingen uit hoofde van internationale regelingen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, gegevens uit referentiewerken en uit de literatuur of gegevens verkregen uit praktijkervaring. De resultaten van gevalideerde structuur/activiteit-relaties en de mening van deskundigen kunnen indien nodig ook in beschouwing worden genomen.
Voor preparaten kunnen de voor de indeling en het kenmerken benodigde gegevens als volgt worden verkregen : a) Als het gaat om fysisch-chemische gegevens, door toepassing van de in bijlage V genoemde methoden. Voor gasvormige preparaten kan voor ontvlambare en oxiderende eigenschappen een berekeningsmethode worden gebruikt (zie hoofdstuk 9); b) Als het gaat om gegevens over effecten op de gezondheid : - door toepassing van de in bijlage V genoemde methoden en/of door toepassing van de in artikel 5, § 5, onder a) tot en met i), van koninklijk besluit van 11 januari 1993 genoemde conventionele methode of in geval van R 65 door toepassing van de onder punt 3.2.3 genoemde regels; - wanneer het echter de beoordeling van kankerverwekkende, mutagene of voor de voortplanting vergiftige eigenschappen betreft, door toepassing van de in artikel 5, § 5, onder j) tot en met q), van het koninklijk besluit van 11 januari 1993 genoemde conventionele methode.
Opmerking betreffende de uitvoering van dierproeven Bij de uitvoering van dierproeven voor het verkrijgen van experimentele gegevens gelden de bepalingen van het koninklijk besluit van 14 november 1993 betreffende de bescherming van proefdieren. 1.7.2. Toepassing van de criteria voor stoffen De in deze bijlage genoemde criteria zijn rechtstreeks van toepassing wanneer de gegevens zijn verkregen met behulp van testmethoden die vergelijkbaar zijn met de testmethoden van bijlage V. In andere gevallen moeten de beschikbare gegevens worden beoordeeld door vergelijking van de gebruikte testmethoden met de testmethoden van bijlage V en met de in de onderhavige bijlage gegevens regels voor het bepalen van de juiste criteria voor de indeling en het kenmerken.
In sommige gevallen kan er twijfel zijn over de toepassing van de desbetreffende criteria, vooral wanneer daarvoor een beroep moet worden gedaan op de mening van deskundigen. In dat geval dienen de fabrikanten, de handelaars en de importeurs de stoffen voorlopig in te delen en te etiketteren op basis van een beoordeling van de gegevens door een bevoegd persoon.
Onverminderd het bepaalde in artikel 3, § 4 kan, wanneer bovengenoemde procedure is gevolgd en er bezorgdheid is over mogelijke tegenstrijdigheden, een voorstel worden ingediend om de voorlopige indeling op te nemen in bijlage I. Het voorstel moet worden ingediend bij een van de lidstaten en vergezeld gaan van de nodige wetenschappelijke gegevens (zie ook punt 4.1).
Een gelijkwaardige procedure kan worden gevolgd wanneer er gegevens komen die reden geven tot bezorgdheid over de juistheid van een bestaande vermelding in bijlage I. 2.2.2.1. Opmerkingen betreffende peroxiden Wat het ontploffingsgevaar betreft, wordt een organisch peroxide of een preparaat daarvan in de vorm waarin het op de markt wordt gebracht ingedeeld aan de hand van de onder punt 2.2.1 genoemde criteria, op basis van tests die worden uitgevoerd overeenkomstig de in bijlage V uiteengezette methoden.
Wat de oxiderende eigenschappen betreft, mogen de bestaande methoden van bijlage V niet op organische peroxiden worden toegepast. Als het gaat om stoffen, worden organische peroxiden die nog niet als ontplofbaar zijn ingedeeld, als gevaarlijk ingedeeld op basis van hun structuur (bijvoorbeeld R-O-O-H of R1 -O-O-R2).
Preparaten die nog niet als ontplofbaar zijn ingedeeld, worden ingedeeld aan de hand van de in punt 9.5 besproken berekeningsmethode die is gebaseerd op het percentage actieve zuurstof.
Een organisch peroxide of een preparaat daarvan dat nog niet als ontplofbaar is ingedeeld, wordt als oxiderend ingedeeld wanneer het peroxide of zijn formulering - meer dan 5 % organische peroxiden bevat of - meer dan 0,5 % beschikbare zuurstof uit organische peroxiden en meer dan 5 % waterstofperoxide bevat. 3.2.3. Schadelijk Stoffen en preparaten worden ingedeeld als schadelijk en gekenmerkt met het symbool « Xn » en de aanduiding « schadelijk » overeenkomstig de hieronder weergegeven criteria. Waarschuwingszinnen worden toegekend volgens de onderstaande criteria : R 22 Schadelijk bij opname door de mond Resultaten acute toxiciteit : - LD50, oraal, rat : 200 < LD50 H 2 000 mg/kg; - discriminerende dosis, oraal, rat, 50 mg/kg : 100 % overlevende dieren maar evidente toxiciteit; - minder dan 100 % overlevende dieren bij 500 mg/kg oraal, rat, vaste-dosis-methode. Raadpleeg de evaluatietabel bij testmethode B.1bis van bijlage V. R 21 Schadelijk bij aanraking met de huid Resultaten acute toxiciteit : - LD50, dermaal, rat of konijn : 400 < LD50 H 2 000 mg/kg.
R 20 Schadelijk bij inademing Resultaten acute toxiciteit : - LC50, inhalatoir, rat, voor aërosolen of deeltjes : 1 < LC50 H 5 mg/l/4 uur; - LC50, inhalatoir, rat, voor gassen of dampen : 2 < LC50 H 20 mg/l/4 uur.
R 65 Schadelijk : kan longschade veroorzaken na verslikken Vloeibare stoffen en preparaten die een inademingsgevaar opleveren voor de mens vanwege hun lage viscositeit : a) Stoffen en preparaten die alifatische, alicyclische en aromatische koolwaterstoffen in een totale concentratie van ten minste 10 % bevatten en die - hetzij een doorstroomtijd van minder dan 30s in een 3 mm ISO-beker overeenkomstig ISO-norm 2431 hebben, - hetzij een kinematische viscositeit, gemeten met een gekalibreerde glazen capillaire viscosimeter volgens ISO-norm 3104/3105, van minder dan 7 x 10-6 m2/s bij 40° C hebben, - hetzij een kinematische viscositeit, gemeten met een rotatieviscosimeter volgens ISO-norm 3129, van minder dan 7 x 10-6 m2 /s bij 40 °C hebben. Opmerking : Merk op dat stoffen en preparaten die aan bovengenoemde criteria voldoen niet als schadelijk behoeven te worden ingedeeld als hun gemiddelde oppervlaktespanning groter is dan 33 mN/m bij 25°C als gemeten met de du Nouy-tensiometer of volgens de in bijlage V, deel A, punt 5, uiteengezette testmethoden. b) Andere stoffen en preparaten of basis van praktijkervaring bij de mens. R 40 Onherstelbare effecten zijn niet uitgesloten - Sterke aanwijzingen dat een eenmalige blootstelling via een passende weg, doorgaans bij bovengenoemde doses, waarschijnlijk leidt tot onherstelbare schade, welke verschilt van de in hoofdstuk 4 bedoelde effecten. Om de toedienings/blootstellingsweg aan te geven moet een van de volgende combinaties worden gebruikt : R 40/20, R 40/21, R 40/22, R 40/20/21, R 40/20/22, R 40/21/22, R 40/20/21/22.
R 48 Gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling - Waarschijnlijk wordt ernstige schade (duidelijke functieverstoring of morfologische verandering met toxicologische betekenis) veroorzaakt door langdurige of herhaalde blootstelling via een passende weg.
Stoffen en preparaten worden ten minste als schadelijk ingedeeld wanneer deze effecten worden waargenomen bij de volgende doses : - oraal, rat H 50 mg/kg (lichaamsgewicht)/dag, - dermaal, rat of konijn H 100 mg/kg (lichaamsgewicht)/dag, - inhalatoir, rat H 0,25 mg/l, 6 uur/dag.
Deze richtwaarden zijn zonder meer van toepassing wanneer ernstige beschadigingen zijn waargenomen in een subchronische toxiciteitsproef (90 dagen). Bij de interpretatie van de resultaten van een subacute toxiciteitsproef (28 dagen) moeten deze getallen met ongeveer een factor drie worden verhoogd. Wanneer de resultaten van een chronische toxiciteitsproef (twee jaar) beschikbaar zijn dan dienen deze per geval te worden beoordeeld. Indien resultaten van studies die meer dan één termijn bestrijken beschikbaar zijn, dient men in de regel de resultaten van de langste studie te gebruiken.
Om de toedienings/blootstellingsweg aan te geven moet een van de volgende combinaties worden gebruikt : R 48/20, R 48/21, R 48/22, R 48/20/21, R 48/20/22, R 48/21/22, R 48/20/21/22. 3.2.3.1. Opmerkingen met betrekking tot vluchtige stoffen Bij bepaalde stoffen met een hoge verzadigde dampconcentratie kunnen er aanwijzingen zijn voor effecten die reden tot bezorgdheid geven.
Dergelijke stoffen kunnen niet worden ingedeeld op grond van de in deze handleiding genoemde criteria voor effecten op de gezondheid (3.2.3) of niet onder punt 3.2.8 vallen. Wanneer er echter afdoende aanwijzingen bestaan dat deze stoffen bij normaal gebruik risico's opleveren, kan het nodig zijn ze per geval in te delen in bijlage I. 3.2.6.1. Huidontsteking De volgende waarschuwingszin wordt toegekend overeenkomstig de aangegeven criteria : R 38 Irriterend voor de huid - Stoffen en preparaten die een significante huidontsteking veroorzaken die 24 uur of langer aanhoudt na blootstelling gedurende ten hoogste vier uur bij konijnen volgens de huidirritatietest van bijlage V. Een huidontsteking is significant als : a) de gemiddelde waarde van de uitslag voor de vorming van erytheem en eschara of de vorming van oedeem, berekend over alle geteste dieren, 2 of hoger is, b) of, indien de test van bijlage V is uitgevoerd op drie dieren, bij ten minste twee daarvan een gemiddelde waarde van 2 of meer, berekend voor elk dier afzonderlijk, voor de vorming van erytheem en eschara of voor de vorming van oedeem is waargenomen. In beide gevallen moeten bij elke afleestijd (24, 48 en 72 uur) alle uitslagen van een effect worden gebruikt voor de berekening van de desbetreffende gemiddelde waarden.
Een huidontsteking is eveneens significant indien zij bij ten minste twee dieren aan het einde van de observatieperiode aanhoudt. Met bijzondere effecten zoals hyperplasie, schilfering, verkleuring, kloven, korsten en alopecia moet rekening worden gehouden.
Relevante gegevens kunnen ook worden verkregen uit niet-acute dierstudies (zie de opmerkingen bij R 48, punt 2.d). Deze worden significant geacht indien de waargenomen effecten vergelijkbaar zijn met bovengenoemde; - stoffen en preparaten die op grond van praktijkwaarnemingen bij de mens bij onmiddellijk, langdurig of herhaald contact een significante huidontsteking veroorzaken; - organische peroxiden, behalve wanneer het tegendeel kan worden bewezen.
Paresthesie : Paresthesie bij de mens, veroorzaakt door contact van de huid met pyrethroïde bestrijdingsmiddelen, wordt niet beschouwd als een irriterend effect waardoor indeling als Xi; R 38 gerechtvaardigd is. Wel moet S-zin S 24 worden gebruikt voor stoffen die dit effect blijken te hebben. 3.2.8. Andere toxicologische eigenschappen Aan de stoffen en preparaten die op grond van punten 2.2.1 en met 3.2.7 en/of hoofdstukken 4 en 5 zijn ingedeeld worden aanvullende waarschuwingszinnen toegekend overeenkomstig de volgende criteria (gebaseerd op ervaring verkregen bij het samenstellen van bijlage I).
R 29 Vormt vergiftig gas in contact met water Stoffen en preparaten die in contact met water of vochtige lucht een mogelijkerwijs gevaarlijke hoeveelheid vergiftig of zeer vergiftig gas ontwikkelen; bijvoorbeeld aluminiumfosfide en fosforpentasulfide.
R 31 Vormt vergiftige gassen in contact met zuren Stoffen en preparaten die met zuur reageren en daarbij een gevaarlijke hoeveelheid vergiftig gas ontwikkelen; bijvoorbeeld natriumhypochloriet en bariumpolysulfide. Voor stoffen die door het grote publiek worden gebruikt, is aanbeveling S 50 (Niet vermengen met ... (aan te geven door de fabrikant)) meer op zijn plaats.
R 32 Vormt zeer vergiftige gassen in contact met zuren Stoffen en preparaten die met zuur reageren en daarbij een gevaarlijke hoeveelheid zeer vergiftig gas ontwikkelen; bijvoorbeeld zouten van blauwzuur en natriumazide. Voor stoffen die door het grote publiek worden gebruikt, is aanbeveling S 50 (Niet vermengen met ... (aan te geven door de fabrikant)) meer op zijn plaats.
R 33 Gevaar voor cumulatieve effecten Stoffen en preparaten waarvoor accumulatie in het menselijk lichaam waarschijnlijk is en die aanleiding geven tot bezorgdheid die echter niet voldoende is om het gebruik van R 48 te rechtvaardigen.
R 64 Kan schadelijk zijn via de borstvoeding Stoffen en preparaten die in het lichaam van de vrouw worden opgenomen en de melkafscheiding verstoren of in zodanige hoeveelheden (met inbegrip van metabolieten) in de moedermelk aanwezig zijn dat er reden is tot bezorgdheid voor de gezondheid van het kind dat de borst krijgt.
Zie voor opmerkingen met betrekking tot het gebruik van deze R-zin (en in bepaalde gevallen van R 33) punt 4.2.3.3.
R 66 Herhaalde blootstelling kan een droge of gebarsten huid veroorzaken.
Voor stoffen en preparaten die reden kunnen geven tot bezorgdheid als gevolg van droge huid, schilferen of kloven maar niet voldoen aan de criteria voor R 38, op basis van : - hetzij praktische observatie na normaal gebruik, - hetzij relevante aanwijzingen betreffende hun voorspelde effecten op de huid.
Zie ook de punten 1.6 en 1.7.
R 67 Dampen kunnen slaperigheid en duizeligheid veroorzaken Vluchtige stoffen en preparaten die dergelijke stoffen bevatten welke bij inademing duidelijke symptomen van depressie van het centraal zenuwstelsel veroorzaken en welke nog niet zijn ingedeeld ten aanzien van acute toxiciteit bij inademing (R 20, R 23, R 26, R 40/20, R 39/23 of R 39/26).
De volgende aanwijzingen kunnen worden gebruikt : a) Gegevens uit dierstudies waaruit duidelijke tekenen van depressie van het centraal zenuwstelsel blijken zoals verdovende effecten, lethargie, gebrek aan coördinatie (onder meer verlies van evenwicht) en ataxie : - hetzij bij concentratie/blootstellingstijden van niet meer dan 20 mg/l/4 u, - hetzij waarvoor de verhouding van de effectconcentratie bij H 4 u tot de verzadigde dampconcentratie bij 20 °C H 1/10 is.b) Praktijkervaring bij de mens (bijvoorbeeld verdoving, slaperigheid, verminderde waakzaamheid, verlies van reflexen, gebrek aan coördinatie, duizeligheid) uit goed gedocumenteerde rapporten onder blootstellingsvoorwaarden die vergelijkbaar zijn met bovengenoemde effecten voor dieren. Zie ook de punten 1.6 en 1.7.
Zie voor andere aanvullende waarschuwingszinnen punt 2.2.6. 4.1.2. Indien een fabrikant, handelaar of importeur informatie ter beschikking heeft die erop wijst dat een stof moet worden ingedeeld en gekenmerkt volgens de criteria van de punten 4.2.1, 4.2.2 of 4.2.3, moet hij de stof voorlopig overeenkomstig deze criteria kenmerken op basis van een beoordeling van de gegevens door een bevoegd persoon. 4.1.3. De fabrikant, handelaar of importeur moet bij één lidstaat waar de stof op de markt is gebracht zo spoedig mogelijk een document indienen waarin alle terzake dienende informatie is samengevat. Dit document dient een bibliografie te bevatten met alle terzake dienende referenties en zo veel mogelijk terzake dienende niet-gepubliceerde gegevens. 4.1.4. Daarnaast dient een fabrikant, handelaar of importeur die over nieuwe gegevens beschikt die voor het indelen en kenmerken van een stof volgens de criteria van de punten 4.2.1, 4.2.2 of 4.2.3 van belang zijn, deze gegevens zo snel mogelijk aan één lidstaat waar de stof op de markt is gebracht te verstrekken. 5.2.2. Niet-aquatisch milieu 5.2.2.1. Stoffen worden ingedeeld als gevaarlijk voor het milieu en gekenmerkt met het symbool « N » en de passende gevaarsaanduiding en krijgen waarschuwingszinnen toegekend volgens de onderstaande criteria : R 54 : Vergiftig voor planten R 55 : Vergiftig voor dieren R 56 : Vergiftig voor bodemorganismen R 57 : Vergiftig voor bijen R 58 : Kan in het milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken Stoffen die op basis van de beschikbare gegevens met betrekking tot hun eigenschappen, persistentie, accumulatievermogen en hun voorspelde of waargenomen gedrag en uiteindelijke plaats en vorm in het milieu een direct of lange-termijn en/of vertraagd gevaar kunnen vormen voor de structuur en/of werking van andere dan de onder punt 5.2.1 vallende natuurlijke ecosystemen. Gedetailleerde criteria worden later uitgewerkt. 5.2.2.2. Stoffen worden ingedeeld als gevaarlijk voor het milieu en gekenmerkt met het symbool « N » en de passende gevaarsaanduiding en krijgen waarschuwingszinnen toegekend volgens de onderstaande criteria : R 59 : Gevaarlijk voor de ozonlaag Stoffen die op basis van de beschikbare gegevens met betrekking tot hun eigenschappen en hun voorspelde of waargenomen gedrag en uiteindelijke plaats en vorm in het milieu een gevaar kunnen vormen voor de structuur en/of werking van de ozonlaag. Hieronder vallen de stoffen die zijn opgenomen in bijlage I van Verordening (EG) nr. 3093/94 van de Raad betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken (PB L 333 van 22.12.1994, blz. 1) en de wijzigingen daarvan. 6.2. Veiligheidsaanbevelingen voor stoffen en preparaten S 1 Achter slot bewaren - Toepassing : - zeer vergiftige, vergiftige en bijtende stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor bovengenoemde stoffen en preparaten indien ze aan het grote publiek worden verkocht.
S 2 Buiten bereik van kinderen bewaren - Toepassing : - alle gevaarlijke stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor alle gevaarlijke stoffen en preparaten die aan het grote publiek worden verkocht, behalve voor deze die enkel ingedeeld zijn als gevaarlijk voor het milieu.
S 3 Op een koele plaats bewaren - Toepassing : - organische peroxiden; - andere gevaarlijke stoffen en preparaten met een kookpunt H 40 °C. - Gebruikscriteria : - verplicht voor organische peroxiden, tenzij S 47 wordt gebruikt; - aanbevolen voor andere gevaarlijke stoffen en preparaten met een kookpunt H 40 °C. S 4 Verwijderd van woonruimten opbergen - Toepassing : - zeer vergiftige en vergiftige stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot zeer vergiftige en vergiftige stoffen en preparaten als wenselijke aanvulling op S 13, bijvoorbeeld wanneer inademen gevaar oplevert en de stof of het preparaat buiten woonruimten moet worden bewaard. De aanbeveling houdt niet in dat de stof of het preparaat niet op de juiste wijze in woonruimten mag worden gebruikt.
S 5 Onder ... houden (geschikte vloeistof aan te geven door fabrikant) - Toepassing : - vaste stoffen en preparaten die spontaan kunnen ontvlammen. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen zoals natrium, kalium of witte fosfor.
S 6 Onder ... houden (inert gas aan te geven door fabrikant) - Toepassing : - gevaarlijke stoffen en preparaten die in een inerte atmosfeer moeten worden bewaard. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen zoals bepaalde organometaalverbindingen.
S 7 In goed gesloten verpakking bewaren - Toepassing : - organische peroxiden; - stoffen en preparaten die zeer vergiftige, vergiftige, schadelijke of zeer licht ontvlambare gassen kunnen ontwikkelen; - stoffen en preparaten die in contact met vocht zeer licht ontvlambare gassen ontwikkelen; - licht ontvlambare vaste stoffen. - Gebruikscriteria : - verplicht voor organische peroxiden; - aanbevolen voor de overige bovengenoemde toepassingen.
S 8 Verpakking droog houden - Toepassing : - stoffen en preparaten die heftig met water kunnen reageren; - stoffen en preparaten die in contact met water zeer licht ontvlambare gassen ontwikkelen; - stoffen en preparaten die in contact met water zeer vergiftige of vergiftige gassen ontwikkelen. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bovengenoemde toepassing wanneer de waarschuwingen R 14 en R 15 in het bijzonder, en R 29 moeten worden benadrukt.
S 9 Op een goed geventileerde plaats bewaren - Toepassing : - vluchtige stoffen en preparaten die zeer vergiftige, vergiftige of schadelijke dampen kunnen ontwikkelen; - zeer licht ontvlambare of licht ontvlambare vloeistoffen en zeer licht ontvlambare gassen. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor vluchtige stoffen en preparaten die zeer vergiftige, vergiftige of schadelijke dampen kunnen ontwikkelen; - aanbevolen voor zeer licht ontvlambare en licht ontvlambare vloeistoffen of zeer licht ontvlambare gassen.
S 12 De verpakking niet hermetisch sluiten - Toepassing : - stoffen en preparaten die door het ontwikkelen van gassen of dampen de verpakking kunnen doorbreken. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bovengenoemde bijzondere gevallen.
S 13 Verwijderd houden van eet- en drinkwaren en van diervoeder - Toepassing : - zeer vergiftige, vergiftige en schadelijke stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - aanbevolen wanneer die stoffen en preparaten waarschijnlijk ook door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 14 Verwijderd houden van ... (stoffen waarmee contact vermeden dient te worden aan te geven door de fabrikant) - Toepassing : - organische peroxiden. - Gebruikscriteria : - verplicht voor en doorgaans beperkt tot organische peroxiden. Bij uitzondering echter ook in andere gevallen bruikbaar wanneer contact met bepaalde andere stoffen een bijzonder gevaar oplevert.
S 15 Verwijderd houden van warmte - Toepassing : - stoffen en preparaten die onder invloed van warmte kunnen ontleden of spontaan kunnen reageren. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen zoals monomeren, maar niet wanneer de waarschuwingszinnen R 2, R 3, en/of R 5 al zijn toegekend.
S 16 Verwijderd houden van ontstekingsbronnen - niet roken - Toepassing : - zeer licht ontvlambare of licht ontvlambare vloeistoffen en zeer licht ontvlambare gassen. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor bovengenoemde stoffen en preparaten maar niet wanneer de waarschuwingszinnen R 2, R 3 en/of R 5 al zijn toegekend.
S 17 Verwijderd houden van brandbare stoffen - Toepassing : - stoffen en preparaten die samen met brandbare stoffen ontplofbare of spontaan ontvlambare mengsels kunnen vormen. - Gebruikscriteria : - beschikbaar voor gebruik in bijzondere gevallen, bijvoorbeeld om R 8 en R 9 te benadrukken.
S 18 Verpakking voorzichtig behandelen en openen - Toepassing : - stoffen en preparaten die in de verpakking een overdruk kunnen ontwikkelen; - stoffen en preparaten die ontplofbare peroxiden kunnen vormen. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bovengenoemde gevallen wanneer er gevaar bestaat voor beschadiging van de ogen en/of wanneer de stoffen en preparaten waarschijnlijk ook door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 20 Niet eten of drinken tijdens gebruik - Toepassing : - zeer vergiftige, vergiftige en bijtende stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen (bijvoorbeeld arseen en arseenverbindingen, fluoracetaten), vooral wanneer deze stoffen en preparaten waarschijnlijk ook door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 21 Niet roken tijdens gebruik - Toepassing : - stoffen en preparaten die bij verbranding giftige producten vormen. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen zoals gehalogeneerde verbindingen.
S 22 Stof niet inademen - Toepassing : - alle vaste stoffen en preparaten die gevaarlijk zijn voor de gezondheid. - Gebruikscriteria : - verplicht voor bovengenoemde stoffen en preparaten waaraan R 42 is toegekend, - aanbevolen voor bovengenoemde stoffen en preparaten die in de vorm van inhaleerbaar stof worden geleverd en waarvoor de gezondheidsrisico's bij inademing onbekend zijn.
S 23 Gas/rook/damp/spuitnevel niet inademen (toepasselijke term(en) aan te geven door de fabrikant) - Toepassing : - alle vloeibare of gasvormige stoffen en preparaten die gevaarlijk zijn voor de gezondheid. - Gebruikscriteria : - verplicht voor bovengenoemde stoffen en preparaten waaraan R 42 is toegekend; - verplicht voor stoffen en preparaten bedoeld om te spuiten. In aanvulling hierop moet S 38 of S 51 worden toegekend; - aanbevolen wanneer de aandacht van de gebruiker moet worden gevestigd op inademingsgevaar dat niet in de toegekende waarschuwingszinnen is vermeld.
S 24 Aanraking met de huid vermijden - Toepassing : - alle stoffen en preparaten die gevaarlijk zijn voor de gezondheid. - Gebruikscriteria : - verplicht voor de stoffen en preparaten waaraan R 43 is toegekend tenzij S 36 ook al is toegekend; - aanbevolen wanneer de aandacht van de gebruiker moet worden gevestigd op gevaar van huidcontact (bijvoorbeeld paresthesie) dat niet in de toegekende waarschuwingszinnen is vermeld. Ook bruikbaar om dergelijke waarschuwingszinnen te benadrukken.
S 25 Aanraking met de ogen vermijden - Toepassing : - alle stoffen en preparaten die gevaarlijk zijn voor de gezondheid. - Gebruikscriteria : - aanbevolen wanneer de aandacht van de gebruiker moet worden gevestigd op gevaar van oogcontact dat niet in de toegekende waarschuwingszinnen is vermeld. Ook bruikbaar om dergelijke waarschuwingszinnen te benadrukken; - aanbevolen voor stoffen waaraan R 34, R 35, R 36 of R 41 is toegekend en die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 26 Bij aanraking met de ogen onmiddellijk met overvloedig water afspoelen en deskundig medisch advies inwinnen - Toepassing : - bijtende of irriterende stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor bijtende stoffen en preparaten en voor stoffen en preparaten waaraan R 41 al is toegekend; - aanbevolen voor irriterende stoffen en preparaten waaraan R 36 al is toegekend.
S 27 Verontreinigde kleding onmiddellijk uittrekken - Toepassing : - zeer vergiftige, vergiftige of bijtende stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor zeer vergiftige stoffen en preparaten waaraan R 27 is toegekend en die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt; - aanbevolen voor zeer vergiftige stoffen en preparaten waaraan R 27 is toegekend en die in de industrie worden gebruikt. Deze veiligheidsaanbeveling evenwel niet gebruiken indien S 36 is toegekend; - aanbevolen voor vergiftige stoffen en preparaten waaraan R 24 is toegekend en bijtende stoffen en preparaten die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 28 Na aanraking met de huid onmiddellijk wassen met veel ... (aan te geven door de fabrikant) - Toepassing : - zeer vergiftige, vergiftige of bijtende stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor zeer vergiftige stoffen en preparaten; - aanbevolen voor de overige bovengenoemde stoffen en preparaten, vooral wanneer water niet de meest geschikte vloeistof is om mee te spoelen; - aanbevolen voor bijtende stoffen en preparaten die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 29 Afval niet in de gootsteen werpen - Toepassing : - zeer licht ontvlambare of licht ontvlambare vloeistoffen die niet mengbaar zijn met water; - zeer vergiftige en vergiftige stoffen en preparaten; - stoffen die gevaarlijk voor het milieu zijn. - Gebruikscriteria : - verplicht voor milieugevaarlijke stoffen waaraan het symbool « N » is toegekend en die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt, tenzij dit het beoogde gebruik is; - aanbevolen voor de overige bovengenoemde stoffen en preparaten die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt, tenzij dit het beoogde gebruik is.
S 30 Nooit water op deze stof gieten - Toepassing : - stoffen en preparaten die heftig met water reageren. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen (bijvoorbeeld zwavelzuur) en eventueel bruikbaar om R 14 te benadrukken of te vervangen teneinde de duidelijkst mogelijke informatie te geven.
S 33 Maatregelen treffen tegen ontladingen van statische elektriciteit - Toepassing : - zeer licht ontvlambare of licht ontvlambare stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor stoffen en preparaten die in de industrie worden gebruikt en geen vocht absorberen. Vrijwel nooit gebruikt voor stoffen en preparaten die in de handel worden gebracht om door het grote publiek te worden gebruikt.
S 35 Deze stof en de verpakking op veilige wijze afvoeren - Toepassing : - alle gevaarlijke stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor stoffen en preparaten waarvoor speciale aanwijzingen nodig zijn om te zorgen dat zij adequaat worden verwijderd.
S 36 Draag geschikte beschermende kleding - Toepassing : - organische peroxiden; - zeer vergiftige, vergiftige of schadelijke stoffen en preparaten; - bijtende stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor zeer vergiftige en bijtende stoffen en preparaten; - verplicht voor stoffen en preparaten waaraan R 21 of R 24 is toegekend; - verplicht voor kankerverwekkende, mutagene en voor de voortplanting vergiftige stoffen van categorie 3, tenzij de effecten uitsluitend optreden na inademing van de stof of het preparaat; - verplicht voor organische peroxiden; - aanbevolen voor vergiftige stoffen en preparaten indien de LD50-waarde (dermaal) onbekend is maar de stof of het preparaat bij huidcontact waarschijnlijk toxisch is; - aanbevolen voor stoffen en preparaten die in de industrie worden gebruikt en die bij langdurige blootstelling waarschijnlijk de gezondheid schaden.
S 37 Draag geschikte handschoenen - Toepassing : - zeer vergiftige, vergiftige, schadelijke of bijtende stoffen en preparaten; - organische peroxiden; - stoffen en preparaten die de huid irriteren of sensibiliserend zijn bij huidcontact. - Gebruikscriteria : - verplicht voor zeer vergiftige en bijtende stoffen en preparaten; - verplicht voor stoffen en preparaten waaraan R 21, R 24 of R 43 is toegekend; - verplicht voor kankerverwekkende, mutagene en voor de voortplanting vergiftige stoffen van categorie 3, tenzij de effecten uitsluitend optreden na inademing van de stof of het preparaat; - verplicht voor organische peroxiden; - aanbevolen voor vergiftige stoffen en preparaten indien de LD50-waarde (dermaal) onbekend is maar de stof of het preparaat bij huidcontact waarschijnlijk schadelijk is; - aanbevolen voor stoffen en preparaten die de huid irriteren.
S 38 Bij ontoereikende ventilatie een geschikte adembescherming dragen - Toepassing : - zeer vergiftige of vergiftige stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen waarin zeer vergiftige of vergiftige stoffen en preparaten in de industrie of in de landbouw worden gebruikt.
S 39 Een bescherming voor de ogen/voor het gezicht dragen - Toepassing : - organische peroxiden; - bijtende stoffen en preparaten, met inbegrip van irriterende stoffen die gevaar voor ernstig oogletsel opleveren; - zeer vergiftige en vergiftige stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor stoffen en preparaten waaraan R 34, R 35 of R 41 is toegekend; - verplicht voor organische peroxiden; - aanbevolen wanneer de aandacht van de gebruiker moet worden gevestigd op gevaar voor oogletsel dat niet in de toegekende waarschuwingszinnen is vermeld; - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen voor zeer vergiftige en vergiftige stoffen en preparaten die kans op spatten geven en die waarschijnlijk gemakkelijk door de huid worden geabsorbeerd.
S 40 Voor de reiniging van de vloer en alle voorwerpen verontreinigd met dit materiaal ... gebruiken (aan te geven door de fabrikant) - Toepassing : - alle gevaarlijke stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot de gevaarlijke stoffen en preparaten waarvoor water niet het meest geschikte reinigingsmiddel is (bijvoorbeeld wanneer absorptie door poedervormig materiaal of oplossen met een oplosmiddel nodig is) en waarbij met het oog op de gezondheid en/of de veiligheid een waarschuwing op het etiket van belang is.
S 41 In geval van brand en/of explosie inademen van rook vermijden - Toepassing : - gevaarlijke stoffen en preparaten die bij verbranding zeer vergiftige of vergiftige gassen ontwikkelen. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen.
S 42 Tijdens de ontsmetting/bespuiting een geschikte adembescherming dragen (geschikte term(en) door de fabrikant aan te geven) - Toepassing : - stoffen en preparaten die voor een dergelijk gebruik bedoeld zijn maar die, indien geen goede voorzorgsmaatregelen worden getroffen, de gezondheid en de veiligheid van de gebruiker in gevaar kunnen brengen. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen.
S 43 In geval van brand ... gebruiken (blusmiddelen aan te duiden door de fabrikant. Indien water het risico vergroot toevoegen : « Nooit water gebruiken ») - Toepassing : - zeer licht ontvlambare, licht ontvlambare en ontvlambare stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor stoffen en preparaten die in contact met water of vochtige lucht zeer licht ontvlambare gassen ontwikkelen; - aanbevolen voor zeer licht ontvlambare, licht ontvlambare en ontvlambare stoffen en preparaten, in het bijzonder wanneer deze niet mengbaar zijn met water.
S 45 Bij een ongeval of indien men zich onwel voelt, onmiddellijk een arts raadplegen (indien mogelijk hem dit etiket tonen) - Toepassing : - zeer vergiftige stoffen en preparaten; - vergiftige en bijtende stoffen en preparaten; - stoffen en preparaten die sensibiliserend zijn bij inademing. - Gebruikscriteria : - verplicht voor bovengenoemde stoffen en preparaten.
S 46 In geval van inslikken, onmiddellijk een arts raadplegen en verpakking of etiket tonen - Toepassing : - alle andere gevaarlijke stoffen en preparaten dan die welke zeer vergiftig, vergiftig, bijtend of gevaarlijk voor het milieu zijn. - Gebruikscriteria : - verplicht voor alle bovengenoemde gevaarlijke stoffen en preparaten die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt, tenzij inslikken, in het bijzonder voor kinderen, geen enkel gevaar oplevert.
S 47 Bewaren bij een temperatuur beneden ...°C (aan te geven door de fabrikant) - Toepassing : - stoffen en preparaten die bij een bepaalde temperatuur instabiel worden. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen (bijvoorbeeld bepaalde organische peroxiden).
S 48 Inhoud vochtig houden met ... (middel aan te geven door de fabrikant) - Toepassing : - stoffen en preparaten die bij opdrogen zeer gevoelig kunnen worden voor vonken, wrijving of stoten. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot bijzondere gevallen zoals nitrocellulosen.
S 49 Uitsluitend in de oorspronkelijke verpakking bewaren - Toepassing : - stoffen en preparaten die gevoelig zijn voor katalytische ontleding. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot stoffen en preparaten die gevoelig zijn voor katalytische ontleding (zoals bepaalde organische peroxiden).
S 50 Niet vermengen met ... (aan te geven door de fabrikant) - Toepassing : - stoffen en preparaten die met de aangegeven stof kunnen reageren onder vorming van zeer vergiftige of vergiftige gassen; - organische peroxiden. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor bovengenoemde stoffen en preparaten die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt, wanneer dit de voorkeur verdient boven R 31 of R 32; - verplicht voor bepaalde peroxiden die met versnellers of promotors een heftige reactie kunnen geven.
S 51 Uitsluitend op goed geventileerde plaatsen gebruiken - Toepassing : - stoffen en preparaten die al of niet bedoeld damp, rook, nevel, stof en dergelijke kunnen vormen, die gevaar bij inademing of brand- of ontploffingsgevaar opleveren. - Gebruikscriteria : - aanbevolen wanneer het gebruik van S 38 minder geschikt is. Vooral belangrijk wanneer dergelijke stoffen en preparaten waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 52 Niet voor gebruik op grote oppervlakken in woon- en verblijfruimtes - Toepassing : - vluchtige zeer vergiftige, vergiftige en schadelijke stoffen en preparaten die deze stoffen bevatten. - Gebruikscriteria : - aanbevolen wanneer langdurige blootstelling hieraan door verdamping uit grote behandelde oppervlakken in woon- en verblijfruimten waarschijnlijk gezondheidsschade veroorzaakt.
S 53 Blootstelling vermijden - vóór gebruik speciale aanwijzingen raadplegen - Toepassing : - kankerverwekkende, mutagene en/of voor de voortplanting vergiftige stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor bovengenoemde stoffen en preparaten waaraan ten minste een van de volgende R-zinnen is toegekend : R 45, R 46, R 49, R 60 of R 61.
S 56 Deze stof en de verpakking naar een inzamelpunt voor gevaarlijk of bijzonder afval brengen - Toepassing : - alle gevaarlijke stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor alle gevaarlijke stoffen en preparaten die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt en die op een bijzondere manier moeten worden verwijderd.
S 57 Neem passende maatregelen om verspreiding in het milieu te voorkomen - Toepassing : - stoffen waaraan het symbool « N » is toegekend. - Gebruikscriteria : - doorgaans beperkt tot stoffen die waarschijnlijk niet door het grote publiek zullen worden gebruikt.
S 59 Raadpleeg fabrikant/leverancier voor informatie over terugwinning/recycling - Toepassing : - alle gevaarlijke stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - verplicht voor stoffen die gevaarlijk zijn voor de ozonlaag; - aanbevolen voor andere stoffen en preparaten waarvan terugwinning/recycling wordt aanbevolen.
S 60 Deze stof en/of de verpakking als gevaarlijk afval afvoeren - Toepassing : - alle gevaarlijke stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor stoffen en preparaten die waarschijnlijk niet door het grote publiek zullen worden gebruikt en waaraan S 35 niet is toegekend.
S 61 Voorkom lozing in het milieu. Vraag om speciale instructies/veiligheidskaart - Toepassing : - stoffen die gevaarlijk zijn voor het milieu. - Gebruikscriteria : - doorgaans gebruikt voor stoffen waaraan het symbool « N » is toegekend; - aanbevolen voor alle andere dan bovenstaande stoffen die gevaarlijk voor het milieu zijn.
S 62 Bij inslikken niet het braken opwekken; direct een arts raadplegen en de verpakking of het etiket tonen - Toepassing : - stoffen en preparaten die als schadelijk zijn ingedeeld en waaraan overeenkomstig de in punt 3.2.3 aangegeven criteria R 65 is toegekend; - niet van toepassing op stoffen en preparaten die in spuitbussen (of in houders die zijn voorzien van een vaste verstuiver) op de markt worden gebracht; zie de punten 8 en 9. - Gebruikscriteria : - verplicht voor bovengenoemde stoffen en preparaten indien ze aan het grote publiek worden verkocht of waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt, behalve wanneer S 45 of S 46 verplicht is; - aanbevolen voor bovengenoemde stoffen en preparaten wanneer die in de industrie worden gebruikt, behalve wanneer S 45 of S 46 verplicht is.
S 63 Bij een ongeval door inademing : slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten - Toepassing : - zeer vergiftige en vergiftige stoffen en preparaten (gassen, dampen, deeltjes, vluchtige vloeistoffen); - stoffen en preparaten die sensibiliserend zijn bij inademing - Gebruikscriteria : - verplicht voor stoffen en preparaten waaraan R 26, R 23 of R 42 is toegekend en die waarschijnlijk zodanig door het grote publiek zullen worden gebruikt dat inademing mogelijk is.
S 64 Bij inslikken mond met water spoelen (alleen als de persoon bij bewustzijn is) - Toepassing : - bijtende of irriterende stoffen en preparaten. - Gebruikscriteria : - aanbevolen voor bovengenoemde stoffen en preparaten die waarschijnlijk door het grote publiek zullen worden gebruikt en waarbij bovengenoemde behandeling geschikt is. 7.5.2. Keuze van veiligheidsaanbevelingen De uiteindelijke keuze van veiligheidsaanbevelingen moet zijn afgestemd op de op het etiket aangebrachte waarschuwingszinnen en op het beoogde gebruik van de stof of het preparaat : - in het algemeen is een maximum van vier S-zinnen voldoende om de meest geschikte veiligheidsaanbeveling te formuleren; hierbij worden de gecombineerde zinnen van bijlage IV steeds als één zin beschouwd; - in geval van S-zinnen met betrekking tot verwijdering moet één S-zin worden gebruikt, tenzij duidelijk is dat verwijdering van de stof en de verpakking geen gevaar voor de gezondheid van de mens of het milieu inhoudt. Met name is advies over een veilige verwijdering van belang voor stoffen en preparaten die aan het grote publiek worden verkocht; - bepaalde R-zinnen worden overbodig indien een zorgvuldige selectie van S-zinnen wordt gemaakt en vice versa; S-zinnen die duidelijk overeenkomen met R-zinnen worden alleen op het etiket vermeld als het de bedoeling is de nadruk op een bepaalde waarschuwing te leggen; - bijzondere aandacht bij de keuze van veiligheidsaanbevelingen moet worden geschonken aan de verwachte gebruiksomstandigheden van bepaalde stoffen en preparaten, bijvoorbeeld sproeien of andere aërosoleffecten. Bij de keuze van de zinnen moet op het beoogde gebruik worden gelet; - de veiligheidsaanbevelingen S 1, S 2 en S 45 zijn verplicht voor alle zeer vergiftige, vergiftige en bijtende stoffen en preparaten die aan het grote publiek worden verkocht; - de veiligheidsaanbevelingen S 2 en S 46 zijn verplicht voor alle andere gevaarlijke stoffen en preparaten die aan het grote publiek worden verkocht, met uitzondering van degene die uitsluitend als « gevaarlijk voor het milieu » zijn ingedeeld.
Als de volgens de strikte criteria van punt 6.2 gekozen aanbevelingen overbodig, dubbelzinnig of duidelijk onnodig zijn gezien het specifieke product of de specifieke verpakking, kunnen bepaalde zinnen worden weggelaten. 8. SPECIALE GEVALLEN : Stoffen 8.1. Mobiele gascilinders Voor mobiele gascilinders geldt dat aan de etiketteringseisen geacht wordt te zijn voldaan wanneer die in overeenstemming zijn met artikel 8, § 1 of artikel 8, § 2, 6°, onder b).
In afwijking van artikel 8 § 2,1° en 2°, kan bij gascilinders met een watercapaciteit van 150 l of minder één van de volgende alternatieven worden gebruikt : - het formaat en de afmetingen van het etiket kunnen voldoen aan de voorschriften van ISO-norm ISO/DP 7225; - de in artikel 8, § 1, gespecificeerde informatie kan geleverd worden middels duurzaam op de cilinder aangebrachte informatie in de vorm van een schijf of etiket. 8.2. Gascilinders, bedoeld voor propaan, butaan of vloeibaar petroleumgas (LPG) Deze stoffen zijn ingedeeld in bijlage I. Hoewel zij zijn ingedeeld overeenkomstig artikel 1, § 4, vormen zij geen gevaar voor de volksgezondheid wanneer zij als brandstof in gesloten navulbare cilinders of in niet-navulbare patronen in de zin van EN 417 op de markt worden gebracht, waarbij zij alleen vrijkomen voor verbranding.
Deze cilinders of patronen moeten worden gekenmerkt met het passende symbool en de R- en S-zinnen voor ontvlambaarheid. Op het etiket behoeft geen informatie over de effecten op de gezondheid van de mens te worden vermeld. De informatie over de effecten op de gezondheid van de mens die op het etiket zou moeten hebben gestaan, dient evenwel door de persoon die verantwoordelijk is voor het in de handel brengen van de stof, in de vorm als bedoeld in artikel 9, § 2, aan de professionele gebruiker te worden verstrekt. Aan de consument moet voldoende informatie worden verstrekt om hem in staat te stellen alle in artikel 12, § 3, van het koninklijk besluit van 11 januari 1993, omschreven maatregelen met het oog op de bescherming van de veiligheid en gezondheid te nemen. 8.3. Metalen in massieve vorm Deze stoffen zijn ingedeeld in bijlage I of zullen in overeenstemming met artikel 3, § 4, van dit besluit, worden ingedeeld. Enkele van deze stoffen vormen, hoewel ze zijn ingedeeld overeenkomstig artikel 1, § 4, van dit besluit, in de vorm waarin ze in de handel zijn gebracht echter geen gevaar voor de gezondheid van de mens bij inademing, opname door de mond of aanraking met de huid of voor het aquatische milieu. Dergelijke stoffen hebben op grond van artikel 8, § 1 , van dit besluit geen etiket nodig. Alle informatie die op het etiket zou moeten hebben gestaan, dient evenwel door de persoon die verantwoordelijk is voor het in de handel brengen van het metaal, in de vorm als bedoeld in artikel 9, § 2, van bovengenoemd besluit aan de gebruiker te worden verstrekt. 8.4. Stoffen waaraan zin R 65 is toegekend Stoffen die op basis van gevaren bij inademing als schadelijk zijn ingedeeld, behoeven niet als schadelijk met toekenning van R 65 te worden ingedeeld wanneer zij in spuitbussen of houders met een vaste verstuiver op de markt worden gebracht. ».
Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 10 oktober 2000.
De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET