Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 09 december 2024
gepubliceerd op 11 december 2024

Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 2 van het koninklijk besluit van 20 december 1999 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2024011348
pub.
11/12/2024
prom.
09/12/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

9 DECEMBER 2024. - Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 2 van het koninklijk besluit van 20 december 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/12/1999 pub. 29/12/2016 numac 2016000839 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand


De Minister van Justitie, Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, artikel 508/19, § 4, ingevoegd bij de wet 21 december 2018;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 december 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/12/1999 pub. 29/12/2016 numac 2016000839 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand, artikel 2, eerste lid, 4°, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 februari 2024;

Gelet op de advies van de inspecteur van Financiën nr. IFJUST 2024/2668 gegeven op 29 oktober 2024 en 2024/2668bis, gegeven op 5 november 2024;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de informatie betreffende de prestaties van advocaten die de in artikel 488 van Gerechtelijk Wetboek bedoelde overheden op 1 juli 2024 via e-mail aan de minister van Justitie hebben bezorgd, overeenkomstig artikel 2, 4°, van hetzelfde koninklijk besluit;

Overwegende dat het bedrag van de begroting van de Federale Overheidsdienst Justitie dat bestemd is voor de vergoeding van de advocaten die juridische tweedelijnsbijstand hebben verleend, voor het gerechtelijk jaar 2022-2023 vastgesteld is op 179.336.000,00 euro verdeeld in 168.938.000,00 euro voor de limitatieve kredieten en 10.398.000,00 euro voor het fonds voor juridische bijstand en dat na de eerste betaling 10 juni 2024 van een bedrag van 144.906.132,28 euro voor de limitatieve kredieten en 10.398.000,00 euro voor het fonds voor juridische bijstand, er een bedrag van 18.242.867,00 euro aan limitatieve kredieten overblijft;

Overwegende dat zich met betrekking tot de vergoeding van advocaten voor het gerechtelijk jaar 2021-2022 binnen de Ordre des Barreaux Francophones et Germanophone (OBFG) een computerprobleem heeft voorgedaan waardoor de punten van één advocaat per ongeluk niet konden worden meegeteld, dat deze advocaat daardoor nadeel heeft geleden en dat het daarom van belang is dat dit besluit de vergoeding van deze advocaat regelt;

Overwegende dat de waarde van het punt, op 1 februari 2024 geïndexeerd overeenkomstig artikel 2bis van voormeld koninklijk besluit van 20 december 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/12/1999 pub. 29/12/2016 numac 2016000839 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, 93,97 euro bedraagt;

Overwegende dat de advocaten die prestaties hebben geleverd ten behoeve van de minvermogenden, op passende wijze moeten worden vergoed maar met de discretie die van hun ambt moet worden verwacht;

Overwegende dat de advocaten die juridische tweedelijnsbijstand hebben verleend, binnen een redelijke termijn moeten worden vergoed, Besluit :

Artikel 1.Aan de in artikel 488 van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde overheden wordt een bedrag van zeventien miljoen zeshonderdachtenzestigduizend driehonderdvijfennegentig euro (17.668.395 euro) toegekend voor de vergoeding van prestaties van de advocaten in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand. Dit betreft de prestaties uitgevoerd in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand met de volgende kenmerken: - afgesloten in de periode van 1 juli tot en met 31 december 2023 en na controle en eventuele audit uiterlijk aanvaard op 30 juni 2024. - of die betrekking hebben op het gerechtelijk jaar 2021-2022 en waarvoor nog geen betaling heeft plaatsgevonden.

Art. 2.Het in artikel 1 bedoelde bedrag wordt als volgt verdeeld tussen de in artikel 488 van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde autoriteiten : - een bedrag van drie miljoen zevenhonderd éénentachtigduizend vierhonderd negenenzestig euro en negenennegentig cent (3.781.469,99 euro) wordt toegekend aan de Ordre des barreaux francophones et germanophone ; - een bedrag van dertien miljoen achthonderd zesentachtigduizend negenhonderd vijfentwintig euro en één cent (13.886.925,01 euro) wordt toegekend aan de Orde van Vlaamse Balies.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 9 december 2024.

P. VAN TIGCHELT


^