gepubliceerd op 10 december 1999
Ministerieel besluit houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting
9 DECEMBER 1999. - Ministerieel besluit houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting
De Minister van Landbouw, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wet van 29 december 1990;
Gelet op het koninklijk besluit van 17 april 1992 inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 juli 1998;
Gelet op het ministerieel besluit van 7 augustus 1997 tot vaststelling van aanvullende voorwaarden tot erkenning van organismen belast met de controle op de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen;
Gelet op het ministerieel besluit van 30 oktober 1998 tot vaststelling van de voorschriften betreffende de biologische productie in de dierlijke sector;
Gelet op het ministerieel besluit van 4 oktober 1999 betreffende de ten laste name door de overheid van de kosten voor de analyses en de staalnames met het oog op de tijdelijke bijkomende certificering van pluimvee, runderen, varkens, en sommige producten ervan, in het intra-communautaire handelsverkeer en bij de uitvoer;
Gelet op het ministerieel besluit van 25 oktober 1999 houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting;
Gelet op de beslissing 1999/788/EG van de commissie van de Europese Gemeenschap betreffende de beschermingsmaatregelen wat betreft de besmetting door dioxinen bij verscheidene producten;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende de noodzakelijkheid om de huidige wetgeving aan te passen wat betreft de bescherming van de consument tegen het risico op dioxineverspreiding en -besmetting per besluit van de Commissie van de Europese Gemeenschap, Besluit :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° pluimvee : - kippen - kalkoenen - parelhoenders - eenden - ganzen - fazanten en patrijzen;2° eieren : eieren bestemd voor de menselijke consumptie en broedeieren;3° dieren : pluimvee, biggen, fokvarkens en slachtvarkens;4° landbouwbedrijf : landbouwbedrijf liggend op het Belgisch grondgebied;5° producten : pluimvee- en varkens-producten bestemd voor menselijke consumptie;6° dienst : De veterinaire Dienst van het Ministerie van Middenstand en Landbouw.
Art. 2.Het in de handel brengen door een landbouwbedrijf van dieren en eieren is toegelaten voor zover dat deze komen uit een beslag waarvan de loten dieren een staalname en analyse, overeenkomstig de instructies van de dienst, met gunstig resultaat hebben ondergaan.
Art. 3.Het in de handel brengen door een landbouwbedrijf van dieren en eieren, zonder dat aan de bepalingen van artikel 2 is voldaan is verboden.
De verantwoordelijke beschikt over een termijn van 21 kalenderdagen om zich in regel te stellen met de bepalingen van dit besluit.
Ondertussen worden de dieren, de producten en de eieren onder bewarend beslag gesteld. De analysekosten zijn ten laste van de houder. Het beslag kan enkel opgeheven worden bij de ontvangst van de testresultaten.
In het geval van weigering om zich met de bepalingen van dit artikel in regel te stellen, zal de Dienst automatisch en op kosten van betrokkene overgaan tot de vereiste staalnamen.
In het geval van een positief resultaat worden de dieren, de producten en de eieren vernietigd op de kosten van de verantwoordelijke.
Art. 4.: De verplichtingen bedoeld in artikel 2 van dit besluit zijn niet van toepassing 1° op biologische landbouwbedrijven voor zover : - dat zij voldoen aan de bepalingen van het koninklijk besluit van 17 april 1992 inzake de biologische productiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen en van de uitvoeringsbesluiten; - en zij door het erkend controleorgaan gecontroleerd zijn en een specifieke controle voor wat betreft het voeder uitgevoerd werd. 2° voor de landbouwbedrijven die minder dan 5 plaatsen hebben voor varkens.
Art. 4.Het ministerieel besluit van 25 oktober 1999 houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting wordt opgeheven.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 10 december 1999.
Brussel, 9 december 1999.
Voor de Minister van Landbouw en Middenstand, afwezig : De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, R. DAEMS