gepubliceerd op 07 september 2001
Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee
6 SEPTEMBER 2001. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee
De Minister toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw, Gelet op de wet van 12 april 1957 waarbij de Koning wordt gemachtigd maatregelen voor te schrijven ter bescherming van de biologische hulpbronnen van de zee, gewijzigd bij de wetten van 23 februari 1971, 18 juli 1973, 22 april 1999 en 3 mei 1999;
Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983, 29 december 1990 en 5 februari 1999;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 juni 1994 tot het instellen van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 december 1994, 4 mei 1995, 4 augustus 1996, 2 december 1996, 13 september 1998, 3 februari 1999, 13 mei 1999, 20 december 1999 en 20 augustus 2000, inzonderheid artikel 18;
Gelet op het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 maart 2001, 28 maart 2001, 25 april 2001, 15 mei 2001, 31 mei 2001, 29 juni 2001 en 26 juli 2001;
Gelet op verordening (EG) nr. 1162/2001 van de Commissie van 14 juni 2001 tot vaststelling van maatregelen voor het herstel van het heek bestand in ICES-deelgebieden III, IV, V, VI en VII en in ICES-sectoren VIIIa, b, d, e en van daarmee samenhangende bepalingen inzake de controle op de activiteiten van vissersvaartuigen;
Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat voor het jaar 2001 vangstbeperkingen moeten vastgesteld worden teneinde de aanvoer te spreiden, is het bijgevolg nodig zonder verwijl behoudsmaatregelen te treffen teneinde de door de EG toegestane vangsten niet te overschrijden;
Overwegende dat een betere spreiding van de aanvoer van schol en schelvis kan bewerkstelligd worden door het instellen van maximale vangsten per vaartdag in bepaalde i.c.e.s.-gebieden;
Overwegende dat Belgische havens dienen aangewezen te worden waar krachtens de bepalingen vervat in verordening (EG) nr. 1162/2001 van de Commissie, aanlandingen door communautaire vaartuigen van meer dan 500 kg heek, dienen te gebeuren, Besluit :
Artikel 1.In het artikel 10 van het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 maart 2001, 28 maart 2001, 25 april 2001 en 26 juli 2001 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1°, § 3, wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het in het i.c.e.s.-gebied VIIf,g gedurende de periode vanaf 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 200 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in het gebied VIIf,g. »; 2°, § 4, wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het in het i.c.e.s.-gebied VIIf,g gedurende de periode vanaf 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 400 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in het gebied VIIf,g. »; 3°, § 5, wordt aangevuld met het volgend lid : » « In afwijking van vorige leden is het in het i.c.e.s.-gebied VIIa gedurende de periode vanaf 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 200 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in het gebied VIIa. »; 4°, § 6, wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorige leden is het in het i.c.e.s.-gebied VIIa gedurende de periode vanaf 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 400 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in het gebied VIIa. »
Art. 2.In hetzelfde besluit wordt volgend artikel 15bis ingevoegd : «
Art. 15bis.§ 1. In de periode van 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) verboden dat de totale schelvisvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 100 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden; § 2. In de periode van 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) verboden dat de totale schelvisvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 200 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden; § 3. In de periode van 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 is het in het i.c.e.s.-gebied VII verboden dat de totale schelvisvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 20 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in het betreffende i.c.e.s.-gebied; § 4. In de periode van 8 september 2001 tot en met 31 december 2001 is het in het i.c.e.s.-gebied VII verboden dat de totale schelvisvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 40 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in het betreffende i.c.e.s.-gebied. »
Art. 3.In hetzelfde besluit wordt volgend artikel 16bis ingevoegd : «
Art. 16bis.In uitvoering van verordening (EG) nr. 1162/2001 mogen communautaire vissersvaartuigen enkel in daartoe aangewezen havens meer dan 500 kg heek aanvoeren. De vissershavens Oostende en Zeebrugge worden hiervoor aangeduid. »
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 8 september 2001, met uitzondering van artikel 3 dat uitwerking heeft met ingang van 16 juli 2001.
Brussel, 6 september 2001.
Mevr. A.-M. NEYTS-UYTTEBROECK