VLAAMSE OVERHEID

Landbouw en Visserij

3 MAART 2021. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 februari 2021Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/02/2021 pub. 08/03/2021 numac 2021020411 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de gegevens die de sectoren moeten bezorgen met het oog op het verhogen van de markt- en prijstransparantie in de landbouw- en voedselmarkt sluiten tot bepaling van de gegevens die de sectoren moeten bezorgen met het oog op het verhogen van de markt- en prijstransparantie in de landbouw- en voedselmarkt

Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 4, 1°, a) en d), ingevoegd bij het decreet van 26 april 2019 houdende diverse bepalingen inzake omgeving, natuur en landbouw, en artikel 4, 2°, a) ; - het besluit van de Vlaamse Regering van 12 februari 2021Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/02/2021 pub. 08/03/2021 numac 2021020411 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de gegevens die de sectoren moeten bezorgen met het oog op het verhogen van de markt- en prijstransparantie in de landbouw- en voedselmarkt sluiten tot bepaling van de gegevens die de sectoren moeten bezorgen met het oog op het verhogen van de markt- en prijstransparantie in de landbouw- en voedselmarkt, artikel 6, 18, 21, 26, 27, 28, 29 en 31.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 17 november 2020. - De Raad van State heeft advies 68.612/3 gegeven op 2 februari 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad; - gedelegeerde verordening (EU) 2017/1183 van de Commissie van 20 april 2017 tot aanvulling van de Verordeningen (EU) nr. 1307/2013 en (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de aan de Commissie te melden informatie en documenten; - uitvoeringsverordening (EU) 2019/1746 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van de Verordeningen (EU) nr. 1307/2013 en (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de aan de Commissie te melden informatie en documenten.

DE VLAAMSE MINISTER VAN ECONOMIE, INNOVATIE, WERK, SOCIALE ECONOMIE EN LANDBOUW BESLUIT:

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder besluit van 12 februari 2021: het besluit van de Vlaamse Regering van 12 februari 2021Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 12/02/2021 pub. 08/03/2021 numac 2021020411 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de gegevens die de sectoren moeten bezorgen met het oog op het verhogen van de markt- en prijstransparantie in de landbouw- en voedselmarkt sluiten tot bepaling van de gegevens die de sectoren moeten bezorgen met het oog op het verhogen van de markt- en prijstransparantie in de landbouw- en voedselmarkt.

Art. 2.Ter uitvoering van artikel 6 van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen de marktdeelnemers of de erkende organisaties de gegevens via e-mail aan de bevoegde entiteit.

De bevoegde entiteit kan voorzien in een informaticasysteem om de gegevens elektronisch te bezorgen. Als de bevoegde entiteit dat informatiesysteem aanbiedt, gebruiken de marktdeelnemers of de erkende organisaties dat systeem om de gevraagde gegevens te bezorgen.

De bevoegde entiteit neemt technische en organisatorische maatregelen om de vertrouwelijkheid, integriteit, beschikbaarheid en veerkracht van het informaticasysteem te garanderen.

Art. 3.Ter uitvoering van artikel 18, vierde lid, van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen alleen de varkensslachthuizen met meer dan één miljoen slachtingen van varkens per jaar de gegevens, vermeld in artikel 18, eerste lid, van het voormelde besluit, rechtstreeks aan de bevoegde entiteit conform artikel 18, eerste lid, van het voormelde besluit.

Art. 4.Ter uitvoering van artikel 21, derde lid, van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen alleen de runderslachthuizen met minstens twintigduizend slachtingen van runderen per jaar en de natuurlijke personen of rechtspersonen met minstens tienduizend slachtingen van runderen per jaar de gegevens, vermeld in artikel 21, eerste lid, van het voormelde besluit, en de bijbehorende gegevens over de verkochte hoeveelheid rechtstreeks aan de bevoegde entiteit conform artikel 21, eerste lid, van het voormelde besluit.

In het eerste lid wordt verstaan onder runderen: runderen met een minimumleeftijd van acht maanden.

Art. 5.Ter uitvoering van artikel 26, vierde lid, van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen alleen de schapenslachthuizen met minstens zevenduizendvijfhonderd slachtingen van schapen per jaar de gegevens, vermeld in artikel 26, eerste lid, van het voormelde besluit, rechtstreeks aan de bevoegde entiteit conform artikel 26, eerste lid, van het voormelde besluit.

Art. 6.Ter uitvoering van artikel 27, vierde lid, van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen alleen de pluimveeslachthuizen met minstens twintig miljoen slachtingen van braadkuikens per jaar de gegevens, vermeld in artikel 27, eerste lid, van het voormelde besluit, rechtstreeks aan de bevoegde entiteit conform artikel 27, eerste lid, van het voormelde besluit.

Art. 7.Ter uitvoering van artikel 28, vierde lid, van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen alleen de biologisch gecertificeerde pluimveeslachthuizen met minstens één miljoen slachtingen van braadkuikens per jaar de gegevens, vermeld in artikel 28, eerste lid, van het voormelde besluit, rechtstreeks aan de bevoegde entiteit conform artikel 28, eerste lid, van het voormelde besluit.

Art. 8.Ter uitvoering van artikel 29, derde lid, van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen alleen de pakstations die beschikken over een sorteercapaciteit van minimaal tienduizend eieren per uur, de gegevens, vermeld in artikel 29, eerste lid, van het voormelde besluit, rechtstreeks aan de bevoegde entiteit conform artikel 29, eerste lid, van het voormelde besluit als ze voldoen aan minstens een van de volgende voorwaarden: 1° het pakstation verhandelt op jaarbasis minstens vijfhonderdduizend eieren die afkomstig zijn van biologisch gehouden leghennen;2° het pakstation verhandelt op jaarbasis minstens twintig miljoen eieren die afkomstig zijn van leghennen met vrije uitloop;3° het pakstation verhandelt op jaarbasis minstens honderd miljoen eieren die afkomstig zijn van leghennen in scharrelhuisvesting;4° het pakstation verhandelt op jaarbasis minstens vijfentwintig miljoen eieren die afkomstig zijn van leghennen in verrijkte kooien.

Art. 9.Ter uitvoering van artikel 31, vierde lid, van het besluit van 12 februari 2021 bezorgen alleen de producenten van consumptiemelk die jaarlijks minstens vijf miljoen liter halfvolle melk produceren, de gegevens, vermeld in artikel 31, tweede lid, van het voormelde besluit, rechtstreeks aan de bevoegde entiteit conform artikel 31, tweede lid, van het voormelde besluit.

Brussel, 3 maart 2021.

De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw, H. CREVITS