Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit
gepubliceerd op 13 januari 2010

Bindende unanieme beslissing nr. 16 van 19 september 2006 van de stuurgroep van de provinciale registratiecommissies genomen in uitvoering van artikel 16, § 2, tweede lid van het koninklijk besluit van 26 december 1998 tot uitvoering van de ar Advies met betrekking tot de schrapping van een aannemer op grond van de niet-betaling van de socia(...)

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2009022537
pub.
13/01/2010
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

Bindende unanieme beslissing nr. 16 van 19 september 2006 van de stuurgroep van de provinciale registratiecommissies genomen in uitvoering van artikel 16, § 2, tweede lid van het koninklijk besluit van 26 december 1998 tot uitvoering van de artikelen 400, 401, 403, 404 en 406 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders Advies met betrekking tot de schrapping van een aannemer op grond van de niet-betaling van de sociale bijdragen van de werkende vennoten.

Vraagstelling : Een onderneming is geregistreerd als aannemer. De werkende vennoten zijn zelfstandigen, maar verzuimen de door hen verschuldigde sociale bijdragen te betalen aan hun sociale verzekeringskas. Er wordt een schrappingsvoorstel opgesteld. Hoe moet de provinciale registratiecommissie reageren op het schrappingsvoorstel ? Elementen van antwoord : Artikel 9, § 1 van het koninklijk besluit van 26 december 1998 vermeldt de gevallen waarin de registratiecommissie overgaat tot schrapping van de registratie. Volgens de letter van de wet is de schrapping in deze gevallen niet facultatief, maar wel verplicht.

Wettelijke basis voor de schrapping :

Artikel 9.§ 1. De registratie wordt geschrapt : 1°wanneer de betrokkene zijn werkzaamheden volledig stopzet; 2° wanneer blijkt dat de registratie verleend werd op grond van door de betrokkene verstrekte onjuiste of onvolledige inlichtingen of verklaringen;3° wanneer de betrokkene ten achteren is met de betaling van lonen of van belastingen, voorheffingen, sociale bijdragen of voorschotten op die bijdragen, te innen door een instelling van sociale zekerheid of bijdragen te innen door of voor een fonds voor bestaanszekerheid krachtens de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid;de bedragen waarvoor een afbetalingsplan bestaat en wordt nageleefd, worden niet als achterstallige bedragen aangemerkt; 4° wanneer de betrokkene herhaaldelijk of op ernstige wijze in overtreding is geweest op het stuk van de fiscale, sociale en loonverplichtingen of op het stuk van de wettelijke en reglementaire bepalingen in verband met de uitoefening van in artikel 1 bedoelde werkzaamheden. Sociale Bijdragen Op de vraag of de door de zelfstandige verschuldigde bijdragen het karakter hebben van sociale bijdragen zoals bedoeld in art. 9, § 1, 3° van het koninklijk besluit van 26 december 1998, dient affirmatief geantwoord te worden.

De verklaring daarvoor is te vinden in het koninklijk besluit van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen.

Artikel 1 van het koninklijk besluit van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen, bepaalt : "Dit besluit richt het sociaal statuut in ten voordele van de zelfstandigen en de helpers. » Bovendien worden de bijdragen geïnd door een sociale verzekeringskas, zoals bepaald in artikel 15, § 1.

Artikel 15.§ 1. « De bijdragen zijn verschuldigd bij vierden in de loop van ieder kalenderkwartaal; ze worden geïnd door de sociale verzekeringskas bedoeld in artikel 20, § 1, of § 3, waarbij de onderworpene is aangesloten. » Verder dient nagegaan te worden wie er als zelfstandige onderworpen is aan de bijdrageplicht.

Artikel 10.§ 1. Behalve in de gevallen bedoeld in § 2, 5°, is ieder persoon die aan dit besluit is onderworpen, ertoe gehouden aan te sluiten bij één der sociale verzekeringskassen voor zelfstandigen waarvan sprake in artikel 20, § 1 of bij de Nationale Hulpkas bedoeld in artikel 20, § 3.

Wie moet aansluiten bij een sociaalverzekeringsfonds ? Artikel 3, § 1 bepaalt welke personen er aan het bedoelde koninklijk besluit zijn onderworpen.

Artikel 3.§ 1. « Dit besluit verstaat onder zelfstandige ieder natuurlijk persoon, die in België een beroepsbezigheid uitoefent uit hoofde waarvan hij niet door een arbeidsovereenkomst of door een statuut verbonden is. Wordt geacht, tot bewijs van het tegendeel, zich in de in het vorig lid bedoelde voorwaarden tot onderwerping te bevinden, ieder persoon die in België een beroepsbezigheid uitoefent, die inkomsten kan opleveren bedoeld in (artikel 23, § 1, 1° of 2°, of in (artikel 30, 2°) van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992. » Zelfstandigen Een zelfstandige oefent een beroepsactiviteit uit voor eigen rekening en is bijgevolg niet gebonden door een arbeidsovereenkomst of een statuut. Het is dus iemand die geen werknemer of ambtenaar is.

Voorbeelden : landbouwers, handelaars, dokters, bestuurders van vennootschappen, werkende vennoten, enz.

De schuldenaar van de sociale bijdragen Wanneer is bepaald wie er onderworpen is, heeft de wetgever ook bepaald wie de schuldenaar is van deze bijdragen.

Bijdrageplicht « Als zelfstandige bent u verplicht om sociale bijdragen te betalen aan uw sociaal verzekeringsfonds. Per kwartaal betaalt u een globale som die volgens de reële behoeften verdeeld wordt over de sectoren »

Artikel 15.§ 1. De bijdragen zijn verschuldigd bij vierden in de loop van ieder kalenderkwartaal; ze worden geïnd door de sociale verzekeringskas bedoeld in artikel 20, § 1, of § 3, waarbij de onderworpene is aangesloten. De Koning bepaalt de wijze waarop de driemaandelijkse bijdragen worden geïnd.

De zelfstandige is, samen met de helper, hoofdelijk gehouden tot de betaling van de door deze laatste verschuldigde bijdragen. Hetzelfde geldt voor de rechtspersonen voor de bijdragen verschuldigd door hun vennoten of mandatarissen.

Conclusie : Indien de vennoten van een onderneming, die als aannemer geregistreerd is, hun sociale bijdragen als zelfstandige niet betalen, zijn de vennoten en de rechtspersoon waarvan zij vennoot zijn, hoofdelijk gehouden tot de betaling van de sociale bijdragen (artikel 15, § 1, koninklijk besluit 27 juli 1967).

Indien de onderneming in gebreke blijft deze sociale bijdragen te betalen, is voldaan aan de voorwaarde gesteld in artikel 9, § 1, 3°, koninklijk besluit 26 december 1998, en is de betrokkene (de aannemer) ten achteren met de betaling van de sociale bijdragen.

Derhalve dient de sanctie van artikel 9 koninklijk besluit 26 december 1998, namelijk de schrapping, zonder meer te worden toegepast.

Voor de stuurgroep : De voorzitter, S. LEO Samenstelling van de stuurgroep : - Een vertegenwoordiger van de Federatie van Algemene Bouwaannemers - Een vertegenwoordiger van het ACLVB - Een vertegenwoordiger van CSC Bâtiment et Industrie - Een vertegenwoordiger van ACV Bouw en Industrie - Een vertegenwoordiger van Agoria - Een vertegenwoordiger van BOUWUNIE - Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg - Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Financiën - Een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid - Een vertegenwoordiger van CGSLB - Een vertegenwoordiger van de Centrale générale FGTB - Een vertegenwoordiger van de Confederatie Bouw - Een vertegenwoordiger van het ABVV

^