Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit
gepubliceerd op 07 september 1999

Seminarie van Doornik Studiebeurzen De administratieve commissie van de stichting van de studiebeurzen van het Seminarie van Doornik, gezien het artikel 7 van het koninklijk besluit van 19 juli 1867, kondigt het openstaan van volgende beurzen Zijn toe te kennen op de inkomsten van : 1. Verenigde stichtingen Amand-Grand'Orge, Lalieu, Liag(...)

bron
ministerie van justitie
numac
1999009860
pub.
07/09/1999
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN JUSTITIE


Seminarie van Doornik Studiebeurzen De administratieve commissie van de stichting van de studiebeurzen van het Seminarie van Doornik, gezien het artikel 7 van het koninklijk besluit van 19 juli 1867, kondigt het openstaan van volgende beurzen aan voor het dienstjaar 1999-2000.

Zijn toe te kennen op de inkomsten van : 1. Verenigde stichtingen Amand-Grand'Orge, Lalieu, Liagre en Canivez voor de studies van theologie en voorbereidende filosofie tot de theologie, ten behoeve van de minder gegoede jongelieden van het bisdom Doornik, met voorkeur voor diegenen afkomstig van de parochie Sint-Waudru te Bergen, één beurs van 20 000 F, één van 5 000 F en één van 4 000 F.2. Verenigde stichtingen Baccaert, Deblende, Harnequeau, Ranscelot, Spitaels, Sussenaire, Meersmans, Meyers en Molle voor de filosofie en de theologie ten behoeve van a) de afstammelingen van de broers en zusters van de stichter Harnequeau, de bloedverwanten van de stichters Baccaert, Deblende, Meersmans, Sussenaire, Spitaels, Rosalie en Thérèse, en G.Donckerwolcke; b) de jongens uit Bever, 's Gravenbrakel, Edingen, Everbeek, uit het kanton Vloesberg, Bergen, Geraardsbergen en Willaupuis; c) de weinig bemiddelde jongens uit het bisdom Doornik; d) de weinig bemiddelde Vlaamse jongens; e) alle Belgen, één beurs van 5 000 F en één van 3 000 F. 3. Verenigde stichtingen Baudoux, Beauvarlet, Deburges, Bertrand, Bouttiau, Collin, Connart, Crassinette, De Rousseaux XIII, De Houst, Desmette, Meunier en Jeaumotte voor de tot de theologie voorbereidende filosophie en de theologie, ten behoeve van a) de naaste bloedverwanten van de stichters Beauvarlet, J.; De Bruges, A.; en de afstammelingen van Berlier en van Delvaux, F.; de bloedverwanten van de stichters Baudoux, J.; Castiaux, R.; Dehon, S.; Dupont, P.;

Guillemin, M.; Hecquet, T.; Mormal, J.; Pierlot, G., allen vroegere geestelijken van de abdij van Oignies; de bloedverwanten van de stichters Collin, F.; Connart, P., en De Houst, J., de afstammelingen van Dufour,J., en van Therou, T.; b) de jongelieden geboren te Marcinelle, te Harmignies of te Marchienne-au-Pont; c) de jongelieden van Isières, Aat, Tourpes, Moustier, Châtelet, Couillet, Quaregnon en Frasnes-lez Buissenal, de jongens van Binche, van Gerpinnes, van Gondregnies en de naburige gemeenten, met voorkeur voor de minder bemiddelden; d) de jongelieden van het bisdom Doornik die zich voorbereiden tot het priesterschap; e) al diegenen die zich voorbereiden tot het priesterschap, één beurs van 20 000 F en één van 6 000 F. 4. Verenigde stichtingen Boel, Courtois, Lefebvre-Snyers voor de tot het priesterschap voorbereidende studies, ten behoeve van de jongelieden van het bisdom Doornik, met voorkeur voor de weinig gegoede en de meest verdienstelijksten, één beurs van 10 000 F.5. Verenigde stichtingen Bourguelle, de Vergnies, Bury, Connart, Fouret, Grandigneau, Gosseries, Lobez en Mahieu-Brose voor de theologie ten behoeve van a) de afstammelingen van de neven en nichten van de sticher Lobez, de bloedverwanten van de stichter André Joseph Connart, de weinig gegoede mannelijke bloedverwanten van de stichter Grandigneau, de bloedveranten van Jacques Mahieu en Ida Brose, de meest nabije bloedverwanten van de stichter Fouret;b) de weinig gegoede jongelieden uit Harveng, Bergen, Moustier-lez-Frasnes, Pommeroeul, Thuin (Ville Haute); c) de jongelieden uit Antoing (parochie Sint-Pieter), Boussu, Châtelineau, Elouge, Givry, Lille, Monceau-sur-Sambre, Bergen, Zinnik (parochie Sint-Vincent), Steenkerke en buurdorpen in Henegouwen; e) de Belgen en iedere kandidaat voor het priesterschap, één beurs van 5 000 F. 6. Verenigde stichtingen Caulier, de Formanoir, Duquesne en Gallez, voor de studies van theologie, tot de theologie voorbereidende filosofie en de hogere kerkelijke studies ten behoeve van a) de bloedverwanten van E.en L. Gallez; b) de jongelieden afkomstig of wonende te Templeuve, de jongelieden afkomstig of wonende te Neufvilles, de jongelieden wonende te Doornik; c) diegenen die zich tot het priesterschap voorbereiden, één beurs van 60 000 F. 7. Verenigde stichtingen Chantry, Delcoigne, du Rousseaux, X., Gorez en Duveiller, voor de theologie ten behoeve van a) de afstammelingen van M. Neute, de afstammelingen van de volle neven en nichten van H. Gorez, de bloedverwanten van F. Delcoigne en de afstammelingen van Joseph en Antoine Duveiller; b) de jongelieden uit Thiméon, Viesville, Celles, Roucourt en Péruwelz; c) de jongelieden uit de kantons Celles en Péruwelz; d) de jongelieden uit het bisdom Doornik die zich op het priesterschap voorbereiden, met voorkeur voor de weinig gegoede, één beurs van 20 000 F en één van 6 000 F. 8. Stichting Charlier voor godgeleerdheid en kerkelijk recht, ten behoeve van jongelieden van het bisdom Doornik, die tijdens drie jaren de godgeleerdheid in een seminarie gevolgd hebben, één beurs van 60 000 F en één van 40 000 F.9. Stichting Cuvelier I voor de filosofie en de voorbereidende theologie tot het priesterschap en de hogere geestelijke studies ten gunste van a) de jonge mensen geboren te La Louvière;b) de leerlingen van het Kardinaal Cardijn seminarie te Jumet; c) andere verdienstelijke jonge mensen van het bisdom Doornik, twee beurzen van 70 000 F en twee van 10 000 F. 10. Stichting d'Aubermont voor godgeleerdheid ten behoeve van belgische jongelieden, twee beurzen van 25 000 F. 11. Verenigde stichtingen De Bruges, Dessart, Le Louchier, Delcourt, Dufour, Du Rousseau I, VI, XII-II, V, VII-IV, IX, XI-VII, Francq en Houdard weduwe Claise voor de studie van de filosofie en de theologie, als voorbereiding op het priesterschap, ten behoeve van de a) de bloedverwanten van de stichters Dessart en Delcourt, P.; b) de kinderen van de heer Léon Bertiaux-Constant uit Jumet-Gohissart; c) de jongelieden uit Fontaine-l'Evêque, Gerpinnes en Thuin, met voorkeur voor de weinig gegoede; d) de jongelieden uit het bisdom; e) iedere kandidaat voor het priesterschap, één beurs van 10 000 F en één van 5 000 F. 12. Stichting Delcourt voor de filosofie, de theologie en de hogere studies, ten behoeve van jongelingen die zich tot het priesterschap voorbereiden, met voorkeur voor de missies, één beurs van 50 000 F.13. Verenigde stichtingen Dubocquet, Dumarez de Ghistelle, François weduwe Ramaix, Ghislain, Raghet, Jelain, Leclercqz en de Macquefosse voor de theologie en de filosofie ten behoeve van a) de afstammelingen van de stichters Dubocquet, Désiré François Jeanne-Isabelle en haar man J.Ramaix, en van de stichtster de Macquefosse; b) de jongelingen van Chapelle-à-Wattine en Trazegnies; koorknapen van de kerk St Julien Aat; c) de weinig gegoede jongelingen van het bidsom en speciaal van Aat, Chièvres en Leuze; d) alle Belgen, één beurs van 7 000 F. 14. Stichting Dugniolle voor de filosofie en de theologie, ten behoeve van de bloedverwanten van de stichter, en bij diens ontstentenis, de minder gegoede jongelieden, één beurs van 30 000 F.15. Stichting Angèle Fournier voor de universitaire studies van jonge priesters, één beurs van 40 000 F.16. Stichting Gruloy voor de filosofie en de theologie, ten behoeve van jongelieden van Doornik die zich tot het priesterschap voorbereiden, twee beurzen van 50 000 F en drie van 10 000 F. 17. Verenigde stichtingen Lamboux, Maries en Codron Menart voor de filosofie en de theologie, ten behoeve van a) de bloedverwanten van de stichters Martin Maries en J.J. Lamboux, de afstammelingen van M.N. Heremans-Boitte, P. Oudin, C. Meurisse, L. Bonnet, A. Pierre; b) koorknapen van Edingen, jongelieden van Thirimont en Vergnies; c) jongelieden van het bisdom Doornik zich aan het priesterschap voorbereidende, één beurs van 25 000 F en één van 10 000 F. 18. Stichting Lantener voor filosofie en theologie ten behoeve van a) jongelieden van Frasnes-lez-Gosselies en Jemappes;b) jongelieden van de provincie Henegouwen, één beurs van 15 000 F. 19. Stichting Levecq voor de filosofie en de theologie, ten behoeve van de bloedverwanten van de stichter, de jongelieden van Lens, Wodecq en Lamain, de jongelieden van het bisdom Doornik, één beurs van 10 000 F en één van 6 000 F.20. Stichting Menart voor de voorbereidende studies tot de kerkelijke staat ten behoeve van a) de afstammelingen van A.Menart-Pipart; b) de afstammelingen van P. Massart-Leroy; c) de afstammelingen van C. Meurisse; d) de afstammelingen van G. Mourman-Droissart; e) de jongelieden van Doornik of van het bisdom Doornik, één beurs van 7 000 F. 21. Verenigde stichtingen Seguin, Bataille et Du Rousseau III voor de filosofie voorbereidende studies tot de theologie en de theologie ten behoeve van a) de bloedverwanten van A.Fisseau; b) de jongelieden van Marcinelle; c) de weinig gegoede jongens van het bisdom Doornik; d) al diegene die zich tot het priesterschap voorbereiden, één beurs van 7 000 F. 22. Stichting Verdure voor de filosofie en de theologie, ten behoeve van jongelieden die zich tot het priesterschap voorbereiden, twee beurzen van 5 000 F.23. Stichting Wilmet voor de theologie, ten behoeve van a) de bloedverwanten van de stichter;b) de jongelieden uit de parochie St Elisabeth te Bergen, die studeren aan het seminarie te Doornik; c) de verdienstelijke jongelieden uit het bisdom Doornik, één beurs van 10 000 F en twee van 5 000 F. De aanvragen tot het verkrijgen van voornoemde studiebeurzen moeten voor 30 september 1999 worden gericht aan het bestuurcollege van de studiebeurzen van het Seminarie te Doornik, rue des Jésuites 28, 7500 Doornik.

In die aanvragen moeten worden vermeld : 1° de naam, de voornamen en de woonplaats van de aanvrager; de stichting waarvoor een beurs wordt aangevraagd; 3° in welke hoedanigheid de beurs wordt aangevraagd;4° de toelagen door de overheid reeds aan de aanvrager toegekend. Voor het bestuurscollege van de Studiebeurzen : De Penningmeester, F. Jonniaux

^