gepubliceerd op 16 februari 2024
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2023 betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers
31 JANUARI 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij ter ondertekening aan Uwe Majesteit voorleggen wijzigt twee koninklijke besluiten.
Hoofdstuk 1 wijzigt artikel 17sexies van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, vervangen door het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers.
Artikel 1 schrapt de ondergrens van 45 euro voor de amateurkunstenvergoeding.
Na overleg met de beleidscel is gebleken dat het wenselijk is om deze ondergrens voor de AKV te schrappen.
Dit naar aanleiding van opmerkingen vanuit de amateurkunstensector, die geen voorstander is van deze drempel.
Bovendien rechtvaardigt het verslag aan de Koning bij het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten deze minimumdrempel door te stellen dat "het minimumbedrag 45 euro is, om hoger te zijn dan het dagelijks forfait voor vrijwilligerswerk". Dit impliceert dat het onder dit bedrag mogelijk is om vrijwilligersvergoedingen te gebruiken, ook al beperkt de wet op vrijwilligers het toepassingsgebied tot "elke feitelijke vereniging of private of publieke rechtspersoon zonder winstoogmerk", wat betekent dat andere organisaties of personen geen gebruik kunnen maken van deze betalingsmethode, zelfs niet voor kleine bedragen.
Hoofdstuk 2 heeft tot doel om enkele correcties door te voeren aan het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers.
Het besluit dat in dit hoofdstuk gewijzigd wordt, betreft een uitvoeringsbesluit van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten tot oprichting van de Kunstwerkcommissie en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers.
De wijzigingen die per voorliggend ontwerp aan het bovengenoemde koninklijk besluit worden doorgevoerd, raken niet aan de essentie van de tekst. Wel gaat het om een combinatie van materiële rechtzettingen, preciseringen die tot doel hebben een verschil in interpretatie van de tekst te vermijden, en het opvullen van lacunes waar noodzakelijk.
Artikel 2 van het besluit wijzigt de paragrafen 4 en 5 van artikel 4 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten.
In artikel 4 § 4 van het voornoemd koninklijk besluit wordt ingevoegd dat de verwijzing van een aanvraag van een kamer in beperkte samenstelling naar de kamer in uitgebreide samenstelling niet enkel zal gebeuren bij het niet-behalen van een consensus, maar zal gebeuren wanneer er geen consensus kon worden bereikt, of wanneer geen beslissing genomen kon worden omdat het quorum niet werd bereikt in twee opeenvolgende vergaderingen van dezelfde kamer.
Het idee blijft aldus behouden dat aanvragen worden behandeld door een eentalig kamer, zetelend in een beperkte samenstelling, en dat in geval geen beslissing met eenparigheid van stemmen kan genomen worden, de aanvraag wordt behandeld door de kamer in uitgebreide samenstelling.
Door een verwijzing naar een kamer in uitgebreide samenstelling ook mogelijk te maken voor de situatie waarbij het quorum tijdens twee opeenvolgende vergaderingen niet werd bereikt, wordt tegemoetgekomen aan het aan het probleem van de "lege stoel". Hiermee wordt voorkomen dat dossiers geblokkeerd zouden raken en niet behandeld kunnen worden bij afwezigheid van een of meerdere leden van de Commissie.
Met de invoeging van de a) die foutief bleek te zijn weggevallen, wordt opnieuw verduidelijkt dat het evocatierecht zoals bedoeld in dit artikel uitsluitend toekomt aan de vertegenwoordigers van de openbare instellingen van sociale zekerheid die een zetel hebben in de Commissie.
De wijziging in § 5 betreft een loutere materiële wijziging. Het gaat hierbij om de rechtzetting van het geslacht van een voorzetsel in de Franstalige versie van de tekst.
Eenzelfde probleem van de "lege stoel" stelt zich in artikel 5 van het voornoemd koninklijk besluit. Artikel 3 komt hieraan tegemoet door in te voegen dat wanneer de Commissie in uitgebreide kamer geen beslissing kan nemen omdat het quorum niet is bereikt, zij geacht wordt geldig te hebben beraadslaagd, ongeacht de samenstelling ervan, indien ook in de volgende vergadering het quorum niet wordt bereikt.
Hiermee wordt opnieuw een blokkering van dossiers vermeden in het geval van afwezigheid van een of meerdere leden van de Commissie. Om misbruik te voorkomen, specificeert artikel 3 evenwel dat de twee vergaderingen waarop het quorum niet wordt gehaald, niet op dezelfde dag mogen worden gehouden.
De kunstwerker die een kunstwerkattest "plus" wenst te bekomen, dient te voldoen aan bepaalde inkomensvereisten. Artikel 4 voert een wijziging door in artikel 12, paragraaf 8 van voornoemd koninklijk besluit om te preciseren dat het niet-cumulatieve voorwaarden betreft.
Het woord 'of' wordt tweemaal ingevoegd om een verschil in interpretatie van de tekst te vermijden. Hiermee wordt tevens tegemoetgekomen aan een discrepantie tussen de Franstalige en de Nederlandstalige versie van de tekst.
Via de toevoeging "onverminderd de bepalingen van artikel 18, § 1, eerste lid" verduidelijkt artikel 5 dat het maximum van twee aanvragen per kalenderjaar geen afbreuk doet aan de termijnen die gelden voor de aanvraag van een nieuw attest wanneer de kunstwerker in het bezit is van een geldend kunstwerkattest.
Artikel 6 past de verwijzingen in artikel 17 van het voornoemd koninklijk besluit aan, teneinde deze in overeenstemming te brengen met de inhoud en de nummering van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten.
Artikel 7 vervangt paragraaf 1 van artikel 18 van het bovengenoemde koninklijk besluit door een nieuwe paragraaf die rekening houdt met het verschil in situatie tussen een kunstwerker die in het bezit is van een geldig kunstwerkattest "plus" of "starter", en een kunstwerker die in het bezit is van een geldig gewoon kunstwerkattest.
Wanneer een kunstwerker een gewoon kunstwerkattest heeft verkregen ten gevolge van de automatische overgangsmaatregel uit artikel 38 van het bovengenoemde besluit, zal hij of zij onmiddellijk en zonder enige wachttermijn een nieuwe aanvraag kunnen formuleren. Het idee hierachter is dat deze categorie van kunstwerkers anders geconfronteerd zou worden met de onmogelijkheid om een kunstwerkattest "plus" te bekomen gedurende een periode van 3 jaar, ongeacht of zij gedurende deze termijn al dan niet aan de (inkomens)voorwaarden voor een kunstwerkattest "plus" zouden voldoen.
Een gelijkaardige redenering gaat op voor kunstwerkers die buiten enigerlei overgangsmaatregel om een gewoon kunstwerkattest hebben bekomen. Indien deze categorie van kunstwerkers op zijn vroegst twee jaar voor het einde van de geldigheidsduur van hun geldige attest een nieuwe aanvraag zouden kunnen indienen, riskeren zij gedurende drie jaar geblokkeerd te zijn in hun mogelijkheid om een kunstwerkattest "plus" te bekomen, ongeacht of zij gedurende deze termijn aan de (inkomens)voorwaarden zouden voldoen. Voor deze categorie van personen wordt bepaald dat zij na een periode van 1 jaar een nieuwe aanvraag kunnen indienen.
Hiermee worden in twee afwijkingen voorzien op de algemene regel dat een aanvraag voor een nieuw kunstwerkattest op zijn vroegst twee jaar voor het einde van de geldigheidsduur van het geldige attest kan worden ingediend.
De verwijzingen in paragraaf 2 van artikel 18 van het bovengenoemde besluit worden aangepast om deze in overeenstemming te brengen met de inhoud van de nieuwe paragraaf 1.
In Artikel 8 wordt in de Nederlandse versie van artikel 19, paragraaf 6, eerste lid, van voornoemd koninklijk besluit het woord "betekening" vervangen door het woord "kennisgeving". Het is nooit de intentie geweest van de wetgever om de beslissing tot nietigverklaring via betekening aan de kunstwerker mede te delen. Het ging hier over een foutieve vertaling van de Franse term 'notification' (kennisgeving) die bij dezen wordt rechtgezet. De kennisgeving van de beslissing ligt in lijn met de overige procedurele werking van de Kunstwerkcommissie.
In artikel 9 van het besluit worden de modaliteiten van het aantekenen van een intern beroep tegen een beslissing van de Commissie aangepast naar een procedure die exclusief via het digitale platform verloopt.
Hiermee wordt de wijze waarop een beroep kan worden aangetekend op dezelfde wijze gedigitaliseerd als de initiële aanvraag voor het bekomen van een kunstwerkattest.
Artikel 10 voert een correctie uit aan twee verwijzingen uit artikel 17 van het voornoemd koninklijk besluit teneinde deze in overeenstemming te brengen met de bedoeling van de tekst.
Artikel 11 van het voorliggend ontwerp voert drie wijzigingen door aan artikel 28 van het voornoemde koninklijk besluit.
Ten eerste worden in paragraaf 2 de woorden "naargelang van de taal waarin het kunstwerkattest werd afgeleverd" vervangen door "naargelang de taal waarin de registratie heeft plaatsgevonden". Dit artikel heeft immers betrekking op de amateurkunstenvergoeding en niet op het kunstwerkattest.
Hoewel dit geenszins is uitgesloten, beschikken noch de uitvoerder noch de opdrachtgever die in dit artikel worden bedoeld noodzakelijk over een kunstwerkattest.
Ten tweede wordt paragraaf 5 ingetrokken. Deze paragraaf voorzag in een schorsende werking van het beroep tot annulatie tot de annuleringsbeslissing genomen door de Commissie. Terecht werd opgemerkt dat de schorsing van de registratie als uitvoerder of opdrachtgever waardoor betrokkene in afwachting van een beslissing geen gebruik kan maken van de amateurkunstenvergoeding, een onevenredige beperking vormt van de rechten van de uitvoerder dan wel van de opdrachtgever, naargelang voorkomend geval, die voorwerp is van het annulatieberoep zonder dat hier een beoordeling door de Commissie aan is voorafgegaan.
Tot slot wordt ook hier - net zoals het geval is in artikel 19 van het koninklijk besluit - het woord "betekening" vervangen door het woord "kennisgeving". Het gaat hier over een foutieve vertaling van de Franse term 'notification'. De Franse versie van de tekst is correct.
Artikelen 12, 13 en 14 schrappen elk, respectievelijk in artikel 33, paragraaf 2, tweede lid en paragraaf 3, tweede lid, artikel 34, paragraaf 2, eerste lid en paragraaf 3, tweede lid, en artikel 35, paragraaf 2, vierde lid, van het voornoemd koninklijk besluit, de woorden "per brief". Het betreft hier telkens de communicatie tussen het secretariaat van de Kunstwerkcommissie, verzorgd binnen de Federale overheidsdienst sociale zekerheid, en de bij koninklijk besluit erkende kunstenfederaties bedoeld in artikel 2, 3°, van de wet. De schrapping van de woorden "per brief" heeft tot doel ook andere communicatievormen toe te laten.
Naast de schrapping van de woorden "per brief", uniformiseren artikelen 12 en 13 van voorliggend ontwerp eveneens de startdatum van de termijn waarbinnen het secretariaat van de Commissie een voorstel dient voor te leggen aan de ministers voor de benoeming van de hierboven genoemde kunstenfederaties. Volgens de bepaling in de eerste versie van de tekst was de ontvangstbevestiging doorslaggevend voor het aanvangen van deze termijn. Dit heeft echter tot gevolg dat het verstrijken van de termijn potentieel verschillend is voor elke individuele kunstenfederatie, aangezien deze op een verschillende datum hun kandidatuur kunnen hebben ingediend. Daar het wenselijk is om een eengemaakt voorstel tot benoeming over te maken aan de ministers, is het bijgevolg ook wenselijk om de startdatum waarop deze termijn aanvang neemt, te uniformiseren.
Artikel 15 van het wijzigingsbesluit voorziet in een uitwerking op datum van 1 januari 2024. Hiermee wordt gekozen om bovenvermelde wijzigingen uitwerking te verlenen op datum van inwerkingtreding van het gewijzigde koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten.
Wij hebben de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE De Minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE
RAAD VAN STATE, afdeling Wetgeving, advies 74.870/1 van 8 december 2023 over een ontwerp van koninklijk besluit 'tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers' Op 13 november 2023 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Sociale Zaken verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit 'tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers'.
Het ontwerp is door de eerste kamer onderzocht op 30 november 2023. De kamer was samengesteld uit Marnix VAN DAMME, kamervoorzitter, Brecht STEEN en Tim CORTHAUT, staatsraden, Michel TISON, assessor, en Greet VERBERCKMOES, griffier.
Het verslag is uitgebracht door Lennart NIJS, adjunct-auditeur.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Brecht STEEN, staatsraad.
Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 8 december 2023. 1. Met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich beperkt tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan. STREKKING EN RECHTSGROND VAN HET ONTWERP 2. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt ertoe om een aantal verduidelijkingen en rechtzettingen aan te brengen in het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten 'betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers'. 3.1. Voor het ontwerp kan in beginsel rechtsgrond worden gevonden in de artikelen 3, § 4, 2°, en § 7, artikel 7, § § 2 en 7, en artikel 13, § 1, derde lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten 'tot oprichting van de Kunstwerkcommissie en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers', in artikel 1bis van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten 'tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders', en in artikel 108 van de Grondwet, gelezen in samenhang met artikel 3, § 4, 10°, van voormelde wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten. [1] Deze bepalingen worden alle in de aanhef vermeld. 3.2.1. De tevens in de aanhef vermelde artikelen 2, 3°, 3, § 2, § 3, 7° (lees: § 4, 7°), 5, vierde lid, 10, tweede lid, 11, tweede lid, 12, tweede lid, en 19 van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten strekken het ontwerp evenwel niet tot rechtsgrond. 3.2.2. Geen enkele bepaling van het ontwerp vindt rechtsgrond in artikel 2, 3°, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten, ook niet wanneer die bepaling wordt gelezen in samenhang met de algemene uitvoeringsbevoegdheid ex artikel 108 van de Grondwet. [2] In advies 72.704/1 van 9 januari 2023 werd weliswaar aangenomen dat artikel 2, § 7, van het ontwerp (dat artikel 2, § 7, van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten is geworden), in zoverre het een subdelegatie aan de minister bevatte om de procedurele regels vast te stellen inzake de erkenning van de kunstenfederaties, rechtsgrond vond in deze bepalingen, maar geen van de bepalingen van het ontwerp wijzigt het genoemde artikel 2, § 7. 3.2.3. Artikel 3, § 2, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten machtigt de Koning om te bepalen welke opdrachten aan het secretariaat worden gedelegeerd. Artikel 3, § 4, 7°, van voornoemde wet stelt dat de Koning de inhoud bepaalt van het digitaal register van houders van een kunstwerkattest. Deze aangelegenheden worden niet geregeld door het ontwerp, zodat geen enkele bepaling van het ontwerp in deze artikelen rechtsgrond vindt. 3.2.4. Aangezien artikel 5, vierde lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten, niet bestaat, kan die bepaling geen rechtsgrond vormen voor het ontwerp. 3.2.5. De artikelen 10, tweede lid, en 11, tweede lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten machtigen de Koning om, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de nadere regels inzake de elektronische registratie van de opdrachtgever, resp. de uitvoerder van de artistieke activiteiten te bepalen. Volgens de gemachtigde bieden deze bepalingen rechtsgrond voor artikel 10 van het ontwerp dat artikel 28 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten beoogt te wijzigen. Artikel 28 heeft echter geen betrekking op de registratie zelf, maar op de annulatie en de schorsing van deze registratie, zodat een wijziging van die bepaling geen rechtsgrond vindt in de artikelen 10, tweede lid, en 11, tweede lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten. 3.2.6. Artikel 12, tweede lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten machtigt de Koning om, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de nadere regels te bepalen inzake de aangifte, de rechtzetting en de annulatie van de activiteiten en de bijhorende vergoedingen. Deze bepaling biedt rechtsgrond voor artikel 26 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten dat door het ontwerp evenwel niet wordt gewijzigd. Aldus strekt artikel 12, tweede lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten het ontwerp evenmin tot rechtsgrond. 3.2.7. Artikel 19 van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten heeft artikel 172 van de programmawet (I) van 24 december 2002 opgeheven. Artikel 108 van de Grondwet, in samenhang met voormeld artikel 19, vormde de rechtsgrond voor artikel 36 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten, dat voorzag in de opheffing van diverse uitvoeringsbesluiten van artikel 172 van voormelde programmawet. Aangezien geen enkele van de ontworpen bepalingen betrekking heeft op deze opheffing, vindt het ontwerp geen rechtsgrond in het genoemde artikel 19. 3.3.1. Artikel 8 van het ontwerp, dat een wijziging aanbrengt aan de wijze waarop het beroep moet worden ingesteld tegen bepaalde beslissingen inzake het kunstenaarsattest, vindt rechtsgrond in artikel 5, derde lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten, en niet in het vierde lid van dat artikel zoals in de aanhef wordt vermeld (zie opmerking 3.2.4). Het is immers het derde lid dat de Koning machtigt om de nadere regels vast te stellen voor het indienen van het beroep en de procedure voor de behandeling ervan. 3.3.2. Artikel 10 van het ontwerp (ontworpen artikel 28, § § 2, 5 en 7, van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten), dat een wijziging aanbrengt in de bepaling over de schorsing en de annulatie van de registratie, vindt geen rechtsgrond in de artikelen 10, tweede lid, en 11, tweede lid, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten (zie opmerking 3.2.5.), maar wel in artikel 108 van de Grondwet, gelezen in samenhang met artikel 3, § 4, 10°, van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten.
Laatstgenoemde bepaling draagt de Commissie op de registratie van een opdrachtgever of uitvoerder te schorsen of te annuleren in geval van misbruik. [3] VOORAFGAANDE VORMVEREISTEN 4. Het advies van de Nationale Arbeidsraad, waarvan melding wordt gemaakt in het tiende lid van de aanhef, werd pas verleend op 28 november 2023, nadat het ontwerp voor advies aan de Raad van State werd voorgelegd.Indien de aan de Raad van State voorgelegde tekst ten gevolge van het inwinnen van het voornoemde advies van de Nationale Arbeidsraad nog wijzigingen zou ondergaan, [4] moeten de gewijzigde of toegevoegde bepalingen, ter inachtneming van het voorschrift van artikel 3, § 1, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, aan de afdeling Wetgeving worden voorgelegd.
ONDERZOEK VAN DE TEKST Aanhef 5. Gelet op wat hierboven sub 3.2.1 tot 3.3.2 werd opgemerkt over de rechtsgrond, dient het derde lid van de aanhef te worden vervangen als volgt: "Gelet op de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten tot oprichting van de Kunstwerkcommissie en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers, artikel 3, § 4, 2° en 10° en § 7, artikel 5, derde lid, artikel 7, § § 2 en 7, gewijzigd bij de wet van XXX, en artikel 13, § 1, derde lid;".
Indien de ontworpen regeling doorgang vindt en zou worden afgekondigd en bekendgemaakt vooraleer de ontworpen wijziging van artikel 7 van de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten doorgang vindt [5], dient uiteraard geen melding te worden gemaakt van de wijziging bij de "wet van XXX".
Artikel 2 6.1. Het ontworpen artikel 5, § 2, derde lid, van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten bepaalt dat de Kunstwerkcommissie, zetelend in uitgebreide kamer, geacht wordt geldig te hebben beraadslaagd ongeacht haar samenstelling, indien twee opeenvolgende vergaderingen het in het eerste lid bepaalde quorum niet wordt bereikt. 6.2.1. De afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde met betrekking tot een gelijkaardige regeling reeds dat niet zonder meer kan worden besloten dat geen nieuwe oproeping vereist zou zijn alvorens geldig te kunnen besluiten zonder dat het quorum dient te worden gerespecteerd. Daar anders over oordelen zou erop neerkomen dat de vereiste dat, om geldig te beslissen, ten minste het voorgeschreven aantal leden aanwezig moet zijn, zinledig wordt, aangezien in dat geval op dezelfde dag hoe dan ook, los van de vereiste aanwezigheid, geldig kan worden beslist. [6] 6.2.2. Gevraagd of de ontworpen bepaling waarborgt dat de "volgende vergadering" waarop het quorum niet wordt bereikt op een andere dag moet worden georganiseerd, antwoordde de gemachtigde: [7] "Deze bepaling werd toegevoegd om de Commissie in staat te stellen te kunnen blijven beslissen over aan haar voorgelegde aanvragen.
In het verleden is het immers voorgekomen dat leden van de Commissie Kunstenaars staakten, waardoor het werk van de Commissie volledig stil kwam te liggen en aanvragen wekenlang niet in behandeling konden worden genomen. Het achterliggende idee van deze bepaling is bijgevolg om te voorkomen dat een dergelijke situatie zich opnieuw zou kunnen voordoen.
Aangezien het kunstwerkattest een noodzakelijk toegang vormt voor verscheidene doelgroepspecifieke regelingen voor kunstwerkers binnen de Belgische sociale zekerheid (zoals de mogelijkheid om te werken onder toepassing van artikel 1bis, de verlenging van de verlaagde sociale bijdragen in kader van de primostartermaatregel voor beginnende zelfstandigen in hoofdberoep, en de toegang tot de kunstwerkuitkering binnen de werkloosheidsreglementering), kan een vertraging in de besluitvorming van de commissie een zeer sterk nadelige impact hebben op individuele dossiers.
Het ontwerp van huishoudelijk reglement bepaalt dat uitnodigingen voor vergaderingen in de praktijk altijd minstens een week van tevoren naar de leden moeten worden verstuurd. Dit belet niet dat leden voor twee vergaderingen op dezelfde dag kunnen worden uitgenodigd.
Om misbruik te voorkomen en om ervoor te zorgen dat deze mogelijkheid niet wordt gebruikt om de Commissie doelbewust te laten beslissen over dossiers wanneer het quorum tweemaal na elkaar op dezelfde dag niet wordt bereikt, wordt in het ontwerp van huishoudelijk reglement echter ook gestipuleerd dat twee opeenvolgende vergaderingen waarin het quorum niet wordt bereikt, niet op eenzelfde dag mogen plaatsvinden.
Indien [de Raad] dit echter meer aangewezen acht, kunnen we deze bijkomende nuance ook in het ontwerp van koninklijk besluit opnemen door artikel 2, 2° te vervolledigen als volgt (zie onderlijning): 'Wanneer de Commissie in uitgebreide kamer geen beslissing kan nemen omdat het quorum niet is bereikt, wordt zij geacht geldig te hebben beraadslaagd, ongeacht de samenstelling ervan, indien ook in de volgende vergadering het quorum niet wordt bereikt. Deze tweede vergadering waarbij het quorum evenmin wordt bereikt mag niet plaatsvinden op dezelfde dag als de eerste vergadering.';". 6.2.3. Ter wille van de rechtszekerheid verdient het inderdaad aanbeveling een dergelijke verduidelijking in de tekst zelf van het ontwerp aan te brengen en niet in het huishoudelijk reglement bedoeld in artikel 11 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten. In dit verband dient er immers aan te worden herinnerd dat in een huishoudelijk reglement enkel praktische bepalingen betreffende de werkwijze van het betrokken orgaan worden opgenomen, maar geen verregaande bepalingen zoals inzake onverenigbaarheden of essentiële regels inzake de besluitvorming of de werking van het betrokken orgaan of geen rechten of verplichtingen ten aanzien van derden. [8] Een regel die waarborgt dat de regels inzake het quorum worden nageleefd, lijkt veeleer een essentiële regel inzake de besluitvorming dan een praktische bepaling te zijn, en hoort derhalve thuis in de tekst van het ontwerp.
Artikel 3 7. In artikel 3, 2°, van het ontwerp moet de zinsnede "het eerste streepje" vervangen worden door "het tweede streepje". Artikel 11 8. Artikel 11 strekt ertoe artikel 30 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten te wijzigen.Het genoemde artikel 30 is echter een wijzigende bepaling aangezien die bepaling artikel 17sexies van het koninklijk besluit van 28 november 1969 'tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders' verving. Die bepaling zal krachtens artikel 44 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten in werking treden op de datum die de Koning vaststelt bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad en uiterlijk op 1 januari 2024.
Een wijzigingsbepaling is uitgewerkt zodra ze in werking treedt. De wijziging of vervanging van een wijzigingsbepaling die in werking is getreden, is in beginsel dan ook juridisch betekenisloos. Wanneer men een gewijzigde tekst andermaal wil wijzigen, moet men ingrijpen in de gewijzigde tekst zelf en niet in de wijzigingsbepaling. De miskenning van die wetgevingstechnische regel leidt tot een onduidelijkheid in de regelgeving, en dus tot rechtsonzekerheid.
Volgens de gemachtigde is het niet de bedoeling dat artikel 30 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten nog door de Koning in werking wordt gesteld vóór 1 januari 2024. Wil de wijzigingsbepaling zoals ze is geformuleerd dus zin hebben, dan moeten de stellers van het ontwerp er over waken dat de ontworpen regeling in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt uiterlijk op 21 december 2023. Zoniet zal de wijzigingsbepaling moeten worden omgevormd tot een wijziging van artikel 17sexies van het koninklijk besluit van 28 november 1969. Deze bepaling dient in dat geval bovendien te worden opgenomen als eerste bepaling van de ontworpen regeling.
DE GRIFFIER DE VOORZITTER Greet VERBERCKMOES Marnix VAN DAMME _______ Nota's [1] Zie adv.RvS 72.704/1 van 9 januari 2023 over een ontwerp dat heeft geleid tot het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten, opmerkingen 3.1. tot 4.2. [2] Artikel 2, 3°, dat het begrip 'kunstenfederaties' definieert, bevat immers zelf geen machtiging aan de Koning. [3] I.v.m. de rechtsgrond van het te wijzigen artikel 28, zie adv.RvS 72.704/1 van 9 januari 2023, opm. 3.11. [4] Namelijk andere wijzigingen dan diegene waarvan in dit advies melding wordt gemaakt of wijzigingen die ertoe strekken tegemoet te komen aan hetgeen in dit advies wordt opgemerkt. [5] Het wetsontwerp 'houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken', is ingediend in de Kamer op 16 november 2023 (Parl.St. Kamer 2023-24, nr. 55-3663/001). [6] RvS 7 juni 2000, nr. 87.881, Westgeest; RvS 10 februari 2009, nr. 190.337, Pessemier et al., overw. 3.2.4. [7] Onderlijning door de gemachtigde. [8] Zie o.m. adv.RvS 74.123/1 van 4 oktober 2023 over een voorontwerp van ordonnantie 'houdende de omzetting, reorganisatie en naamswijziging van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven in het Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap', opm. 13 (Parl.St. Br.Parl. 2023-24, nr. A-778/1); adv.RvS 71.412/1 van 25 mei 2022 over een ontwerp dat heeft geleid tot het besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2022Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/07/2022 pub. 25/11/2022 numac 2022033243 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de selectie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van een herwaardering van het lerarenambt sluiten 'over de selectie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van een herwaardering van het lerarenamb' opm. 8.
31 JANUARI 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 108 van de Grondwet;
Gelet op de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, artikel 1bis, ingevoegd door de wet van 24 december 2002 en vervangen door de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten;
Gelet op de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders sluiten tot oprichting van de Kunstwerkcommissie en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers, artikel 3, § 4, 2° en 10° en § 7, artikel 5, derde lid, artikel 7, § § 2 en 7, en artikel 13, § 1, derde lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders;
Gelet op het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 20 juli 2023;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 12 september 2023;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor sociale zekerheid, gegeven op 6 oktober 2023;
Gelet op het advies van het Algemeen Beheerscomité voor het sociaal statuut van de zelfstandigen, gegeven op 12 oktober 2023;
Gelet op het advies nr. 2.387 van de Nationale Arbeidsraad, gegeven op 28 november 2023;
Gelet op de regelgevingsimpactanalyse, uitgevoerd overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op advies nr. 74.870/1 van de Raad van State, gegeven op 8 december 2023, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Werk, de Minister van Zelfstandigen, de Minister van Sociale Zaken en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders
Artikel 1.In artikel 17sexies, § 3, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 3 juli 2005 en vervangen door het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° In paragraaf 3, eerste lid, van het gewijzigde artikel 17sexies worden de woorden "minimaal 45 euro en" opgeheven;2° In paragraaf 3, derde lid, van het gewijzigde artikel 17sexies worden de woorden "lager zijn dan 45 euro of " tweemaal opgeheven;3° In de Nederlandstalige versie van de tekst wordt in paragraaf 3, derde lid, van het gewijzigde artikel 17sexies het woord "zijn" telkens toegevoegd tussen de woorden "hoger" en "dan". HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers
Art. 2.In artikel 4 van het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° In paragraaf 4, tweede lid, worden de woorden "of indien geen beslissing kan worden genomen omdat in twee opeenvolgende vergaderingen het quorum niet is bereikt van eenzelfde beperkte kamer," ingevoegd tussen de woorden "genomen," en de woorden "wordt";2° In paragraaf 4, vierde lid, worden de woorden "in § 1, 2°," vervangen door de woorden "in § 1, 2°, a),";3° In de Franse versie van paragraaf 5, eerste lid, in de Franse tekst, worden de woorden "Le chambre" vervangen door de woorden "La chambre".
Art. 3.In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° In paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter, minstens de helft van" vervangen door de woorden "de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter aanwezig is en dat minstens de helft van";2° Paragraaf 2 wordt aangevuld met een lid, luidende: "Wanneer de Commissie in uitgebreide kamer geen beslissing kan nemen omdat het quorum niet is bereikt, wordt zij geacht geldig te hebben beraadslaagd, ongeacht de samenstelling ervan, indien ook in de volgende vergadering het quorum niet wordt bereikt.Deze tweede vergadering waarbij het quorum evenmin wordt bereikt mag niet plaatsvinden op dezelfde dag als de eerste vergadering."; 3° In paragraaf 3, tweede streepje, worden de woorden "artikel 4, § 3, vierde lid" vervangen door de woorden "artikel 4, § 4, vierde lid".
Art. 4.In artikel 12, § 8, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° Bij het eerste streepje worden de woorden "van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag" vervangen door de woorden "van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag of";2° Bij het tweede streepje worden de woorden "van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag" vervangen door de woorden "van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag of".
Art. 5.In artikel 14 van hetzelfde besluit wordt het derde lid aangevuld met de woorden "onverminderd de bepalingen van artikel 18, § 1, eerste lid".
Art. 6.In artikel 17 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° In paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "artikel 12 paragrafen 3 tot en met 5" vervangen door de woorden "artikel 12, § § 6 tot en met 8";2° In paragraaf 1, tweede lid, 1°, worden de woorden "artikel 12" vervangen door de woorden "artikel 7, § 3, eerste lid, van de wet".
Art. 7.In artikel 18 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) Paragraaf 1 wordt vervangen als volgt: " § 1.Een aanvraag voor een nieuw kunstwerkattest kan op zijn vroegst twee jaar voor het einde van de geldigheidsduur van het geldige attest worden ingediend.
In afwijking van het eerste lid kan, wanneer het geldige attest een gewoon kunstwerkattest is, een aanvraag voor een nieuw kunstwerkattest op zijn vroegst vier jaar voor het einde van de geldigheidsduur van het gewone attest worden ingediend.
In afwijking van het eerste en tweede lid zijn de in het eerste lid en tweede lid genoemde termijnen niet van toepassing wanneer het geldige attest een gewoon kunstwerkattest is dat overeenkomstig artikel 38 is verkregen.
Een te vroeg ingediende aanvraag voor een nieuw kunstwerkattest is niet ontvankelijk.
De Kunstwerkcommissie zal contact opnemen met de kunstwerker: 1° zes maanden vóór het verstrijken van de geldigheidsduur van zijn kunstwerkattest om hem eraan te herinneren dat de geldigheidsduur van zijn kunstwerkattest verstrijkt en hem erop te wijzen dat hij een nieuw kunstwerkattest kan aanvragen; 2° bij het verstrijken van de geldigheidsduur van zijn kunstwerkattest om hem erop te wijzen dat de geldigheidsduur van zijn kunstwerkattest is verstreken."; b) In paragraaf 2, worden de woorden "binnen de in § 1, eerste lid, bedoelde termijn" vervangen door de woorden "binnen de in § 1, eerste, tweede en derde lid, bedoelde termijnen".
Art. 8.In de Nederlandse versie van artikel 19, § 6, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt het woord "betekening" vervangen door het woord "kennisgeving".
Art. 9.In artikel 22, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "of per aangetekende brief aan het secretariaat" opgeheven.
Art. 10.In artikel 27, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "artikel 8, § 1, eerste lid" vervangen door de woorden "artikel 13, § 1, eerste lid".
Art. 11.In artikel 28 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° In paragraaf 2, worden de woorden "naargelang van de taal waarin het kunstwerkattest werd afgeleverd" vervangen door de woorden "naargelang de taal waarin de registratie heeft plaatsgevonden";2° Paragraaf 5 wordt ingetrokken;3° In de Nederlandse versie van paragraaf 7, wordt het woord "betekening" vervangen door het woord "kennisgeving".
Art. 12.In artikel 33 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzingen aangebracht: 1° In paragraaf 2, tweede lid, worden de woorden "per brief" opgeheven; 2° Paragraaf 3, eerste lid, wordt vervangen als volgt: "Uiterlijk vijfenveertig dagen na het verstrijken van de in artikel 32, derde lid, bedoelde termijn van dertig dagen na de bekendmaking van de oproep tot kandidaten in het Belgisch Staatsblad legt het secretariaat een voorstel voor aan de ministers."; 3° In paragraaf 3, tweede lid, worden de woorden "per brief" opgeheven.
Art. 13.In artikel 34 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° In paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "per brief" opgeheven; 2° In paragraaf 3, wordt het eerste lid vervangen als volgt: "Uiterlijk vijfenveertig dagen voor het verstrijken van de lopende erkenning legt het secretariaat een voorstel voor aan de ministers."; 3° In paragraaf 3, tweede lid, worden de woorden "per brief" opgeheven.
Art. 14.In artikel 35, § 2, vierde lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "per brief" opgeheven.
Art. 15.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024.
Art. 16.De minister bevoegd voor Werk, de minister bevoegd voor Zelfstandigen en de minister bevoegd voor Sociale Zaken zijn belast, ieder wat hem betreft, met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 31 januari 2024.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE De Minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE