Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 29 januari 2007
gepubliceerd op 09 maart 2007

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 november 2005, gesloten in het Paritair Comité van de handel in voedingswaren, betreffende de eindejaarspremie

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2007200172
pub.
09/03/2007
prom.
29/01/2007
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

29 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 november 2005, gesloten in het Paritair Comité van de handel in voedingswaren, betreffende de eindejaarspremie (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité van de handel in voedingswaren;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 23 november 2005, gesloten in het Paritair Comité van de handel in voedingswaren, betreffende de eindejaarspremie.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 29 januari 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité van de handel in voedingswaren Collectieve arbeidsovereenkomst van 23 november 2005 Eindejaarspremie (Overeenkomst geregistreerd op 13 december 2005 onder het nummer 77649/CO/119) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren. § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II. - Bepalingen

Art. 2.§ 1. Er wordt een eindejaarspremie toegekend aan de arbeiders die minstens drie al dan niet ononderbroken maanden dienst hebben in de onderneming en die : 1. hetzij in dienst zijn op 31 december van het jaar.De werknemers in tijdskrediet, palliatief verlof, verlof voor de verzorging van een zwaar zieke, ouderschapsverlof worden eveneens beschouwd als zijnde in dienst; 2. hetzij door hun werkgever worden afgedankt in de loop van het jaar behalve om dringende reden;3. hetzij de onderneming verlaten wegens één van volgende redenen : brugpensioen, pensioen, invaliditeit, einde van een startbaanovereenkomst, einde van een contract van bepaalde duur, zware fout van de werkgever of overmacht. § 2. Een eindejaarspremie wordt eveneens toegekend aan de arbeiders die niet voldoen aan de in de vorige paragraaf vastgestelde voorwaarden, maar : - die ten minste één jaar anciënniteit hebben in de onderneming en de onderneming vrijwillig verlaten in de loop van het jaar; - die ten minste drie maanden anciënniteit hebben, niet noodzakelijk ononderbroken, in een onderneming die de gewoonte heeft een beroep te doen op werknemers voor seizoenactiviteiten, en dat in het betrokken jaar; - die in dienst zijn getreden van de onderneming in de loop van het jaar en dat binnen de vier maanden die volgen op het eind van hun studies.

Art. 3.Het bedrag van de premie wordt vastgesteld : - voor de arbeiders die het hele jaar tewerkgesteld waren : op hun normaal maandloon (164,66 x het uurloon op basis van 38 uur per week); - voor de andere arbeiders op één twaalfde van de voornoemde eindejaarspremie per volledige maand dienst. Onder "een maand" wordt verstaan : een ononderbroken periode van 30 kalenderdagen (28 of 29 in februari).

Art. 4.Het bedrag van de premie vastgesteld in artikel 3 stemt overeen met voltijdse prestaties. Voor de deeltijds tewerkgestelde arbeiders wordt het bedrag van de premie vastgesteld naar rato van het aantal gewerkte uren.

Art. 5.De premies waarvan sprake in de artikelen 2 en 3 zijn niet automatisch verschuldigd in de ondernemingen waar gelijkaardige voordelen betaald in de loop van het jaar effectief, deze bedragen reeds bereiken of overschrijden.

Art. 6.De berekening van het bedrag van de premies, voorzien in de artikelen 2 en 3 geschiedt op basis van het normale loon op het ogenblik van de uitbetaling.

Art. 7.De eindejaarspremie wordt betaald : - voor de arbeiders in dienst op 31 december : in de tweede helft van de maand december, behoudens afwijking paritair toegestaan op het vlak van de onderneming; - voor de andere arbeiders : op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten.

Art. 8.Het bedrag van de in artikel 3 vastgestelde eindejaarspremie wordt herleid ten belope van de afwezigheden in de loop van het jaar, die niet beschouwd worden als gelijkgestelde afwezigheden, zoals bepaald in de wetgeving betreffende de jaarlijkse vakantie.

Art. 9.Ingevolge een overeenkomst in de onderneming met de afgevaardigden van de meest representatieve arbeidersorganisatie of -organisaties, mag de eindejaarspremie omgezet worden in andere voordelen die een gelijkwaardige compensatie verzekeren. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomsten van 10 september 2003 en 30 september 2005 betreffende de eindejaarspremie en treedt in werking op 1 april 2005 en houdt op van kracht te zijn op 31 maart 2007.

Op 1 april van elk jaar wordt zij stilzwijgend verlengd voor een periode van één jaar, behoudens opzegging door één der partijen uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst bij aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, die de leden hiervan inlicht.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 januari 2007.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^