28 FEBRUARI 1999. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van firma's belast met de afgifte van een verklaring van lossing en invoer voor verbruik of van een verklaring van lossing, in het land van bestemming, van goederen uitgevoerd in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten, met name artikel 3, paragraaf 1, 1°, gewijzigd bij de wet van 29 december 1990;

Gelet op de Verordening (EEG) nr. 3665/87 van de Commissie van 27 november 1987 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwprodukten, met name artikel 18, gewijzigd bij de Verordening (EEG) nr. 354/90 van de Commissie van 9 februari 1990, Verordening (EEG) nr. 887/92 van de Commissie van 8 april 1992 en Verordening (EG) nr. 2955/94 van de Commissie van 5 december 1994;

Gelet op het koninklijk besluit van 4 januari 1985 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van de firma's belast met het afgeven van een verklaring inzake de lossing, in het land van bestemming, van goederen uitgevoerd in het kader van de gemeenschappelijke landbouwpolitiek;

Gelet op het overleg met de Gewestregeringen;

Gelet op het advies van de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° De Minister : de Minister die de Landbouw onder zijn bevoegdheid heeft.2° Erkenning: de vereiste vergunning krachtens artikel 18, paragraaf 1 onder b) en paragraaf 2 onder c) van Verordening (EEG) nr.3665/87 van de Commissie van 27 november 1987 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwprodukten. 3° Verklaring : een verklaring van lossing en invoer voor verbruik in de zin van artikel 18, lid 1, onder b, of een verklaring van lossing in de zin van artikel 18, lid 2, onder c, van voormelde Verordening (EEG) nr.3665/87.

Art. 2.§ 1. De erkenning wordt door België verleend als de betreffende firma aan de volgende vereisten voldoet: 1° De firma moet bewijzen: a) dat zij in België in het handelsregister ingeschreven is;b) dat uit de statuten blijkt dat zij op internationaal niveau gespecialiseerd is in controle en toezicht;c) dat zij wereldwijd werkzaam is;d) dat zij een op internationale ervaring gebaseerde reputatie heeft op het gebied van controle en toezicht in het algemeen en meer in het bijzonder op het gebied van controles van landbouwproducten en levensmiddelen;e) dat zij over het nodige personeel en de nodige technische en financiële middelen kan beschikken, voor de uitvoering van haar opdracht.2° De firma gaat de verbintenis aan: a) hoofdelijk aansprakelijk te zijn met de andere partijen die deelnemen aan of betrokken zijn bij de uitvoerverrichtingen voor de financiële gevolgen van de door haar opgestelde verklaringen;b) te allen tijde toegang tot haar gebouwen en inzage van al de op de afgegeven verklaringen betrekking hebbende documenten te verlenen aan de ambtenaren die belast zijn met het opsporen van overtredingen van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten en van de krachtens die wet uitgevaardigde bepalingen;c) de lijst mede te delen van de landen waarin zij werkzaam is en onmiddellijk kennis te geven van elke verandering in deze lijst. § 2. Door België erkende firma's moeten in alle omstandigheden hun onafhankelijkheid en onpartijdigheid bewaren. Ze mogen geen banden hebben met één van de bij de te controleren transactie betrokken partijen.

Art. 3.In België wordt de erkenning verleend door het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau.

De erkenning kan in de tijd en tot bepaalde activiteiten beperkt zijn.

Art. 4.De aanvraag tot erkenning wordt gericht aan het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau. Ze is vergezeld van de stukken waaruit blijkt dat aan de door dit besluit gestelde voorwaarden is voldaan.

Art. 5.§ 1. Onverminderd de toepassing van de straffen gesteld in de wet van 28 maart 1975, kan de Minister de erkenning geheel of gedeeltelijk schorsen of intrekken wanneer aan een van de in artikel 2 bepaalde voorwaarden niet meer is voldaan of wanneer de voorwaarden niet worden nageleefd.

Hij deelt die redenen, samen met de voorgenomen maatregel, mee aan de betrokken firma. § 2. Deze laatste beschikt op straffe van verval over vijftien werkdagen volgend op de kennisgeving om bij aangetekende brief haar bezwaren kenbaar te maken.

Daarna beschikt de Minister over dertig werkdagen om een beslissing te nemen. § 3. De beslissing van de Minister wordt, bij aangetekende brief, aan de betrokkene medegedeeld.

Art. 6.De verklaringen worden ingediend bij het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau in het kader van de toepassing van beschikkingen in verband met het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

De verklaringen van lossing en invoer voor verbruik moeten de gegevens bevatten zoals vermeld in het model in bijlage 1, en de verklaringen van lossing moeten de gegevens bevatten zoals vermeld in het model in bijlage 2.

Art. 7.Het koninklijk besluit van 4 januari 1985 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van de firma's belast met het afgeven van een verklaring inzake de lossing, in het land van bestemming, van goederen uitgevoerd in het kader van de gemeenschappelijke landbouwpolitiek wordt opgeheven.

Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995.

Art. 9.Onze Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 februari 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN

Bijlage I Bijlage bij het koninklijk besluit van 28 februari 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van firma's belast met de afgifte van een verklaring van lossing en invoer voor verbruik of van een verklaring van lossing, in het land van bestemming, van goederen uitgevoerd in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder b) van de Verordening (EEG) nr. 3665/87 van 27 november 1987. 1. Verklaring inzake de lossing en de invoer voor verbruik Nummer : 2.Exporteur : 3. EU-uitvoerland : 4.Land van bestemming : 5. Beschrijving van de goederen en restitutiecode : 6.Hoeveelheid en beschrijving van de verpakking : 6.1 - brutogewicht (kg) - nettogewicht (kg) 6.2 Aantal eenheden (als de restitutie wordt vastgesteld per eenheid). 6.3 Beschrijving van de verpakking : De hoeveelheid onverpakte producten of het aantal en het type verpakkingen.

Containers : aantal en soort. 7. Identiteit van het vervoermiddel : 7.1 Vervoerdocument : soort, nummer en datum 8. Plaats van lossing : 8.1 Plaats van controle (haven, luchthaven, spoorwegstation) : 9. Datum van aankomst op de plaats van lossing : 9.1 Begindatum lossing : 9.2 Einddatum lossing : 10. Hoeveelheidscontrole : 10.1 Methoden : Toezicht op het wegen, tellen en identificeren van de goederen bij de lossing Beschrijving 10.2 Uitkomsten en opmerkingen : 11. Datum en nummer van het douanedocument voor invoer tot verbruik : 12.Andere opmerkingen : 13. Verklaring afgegeven door : 13.1 Datum en plaats : 13.2 Naam, adres en handtekening van de persoon die de goederen heeft gecontroleerd : 13.3 Handtekening met stempel van de controlefirma : Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 28 februari 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN

Bijlage II Bijlage bij het koninklijk besluit van 28 februari 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning van firma's belast met de afgifte van een verklaring van lossing en invoer voor verbruik of van een verklaring van lossing, in het land van bestemming, van goederen uitgevoerd in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, overeenkomstig artikel 18, lid 2, onder c) van de Verordening (EEG) nr. 3665/87 van 27 november 1987. 1. Verklaring inzake de lossing Nummer : 2.Exporteur : 3. EU-uitvoerland : 4.Land van bestemming : 5. Beschrijving van de goederen en restitutiecode : 6.Hoeveelheid en beschrijving van de verpakking : 6.1 - brutogewicht (kg) - nettogewicht (kg) 6.2 Aantal eenheden (als de restitutie wordt vastgesteld per eenheid). 6.3 Beschrijving van de verpakking : De hoeveelheid onverpakte producten of het aantal en het type verpakkingen.

Containers : aantal en soort. 7. Identiteit van het vervoermiddel : 7.1 Vervoerdocument : soort, nummer en datum 8. Plaats van lossing : 8.1 Plaats van controle (haven, luchthaven, spoorwegstation) : 9. Datum van aankomst op de plaats van lossing : 9.1 Begindatum lossing : 9.2 Einddatum lossing : 10. Hoeveelheidscontrole : 10.1 Methoden : Toezicht op het wegen, tellen en identificeren van de goederen bij de lossing Beschrijving 10.2 Uitkomsten en opmerkingen : 11. Datum waarop de goederen het havengebied hebben verlaten : ................... of in de periode van .............. tot ................... 11.1 Vervoermiddel : 11.2 Verklaring inzake niet-wederuitvoer overeenkomstig artikel 18, lid 2, onder c) 11.3 Eindbestemming (opmerkingen) : 12. Andere opmerkingen : 13.Verklaring afgegeven door : 13.1 Datum en plaats : 13.2 Naam, adres en handtekening van de persoon die de goederen heeft gecontroleerd : 13.3 Handtekening met stempel van de controlefirma : Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 28 februari 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN