26 MEI 1998. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 december 1997, tot vaststelling van de algemene bepalingen betreffende een vergoeding voor onkosten gemaakt bij de uitoefening van opdrachten van gerechtelijke politie door leden van de gemeentepolitie

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1° en § 3, vervangen door de wet van 18 juli 1990;

Gelet op het ontwerp van officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 december 1997 tot vaststelling van de algemene bepalingen betreffende een vergoeding voor onkosten gemaakt bij de uitoefening van opdrachten van gerechtelijke politie door leden van de gemeentepolitie, opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling van het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit gevoegde tekst is de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 december 1997 tot vaststelling van de algemene bepalingen betreffende een vergoeding voor onkosten gemaakt bij de uitoefening van opdrachten van gerechtelijke politie door leden van de gemeentepolitie.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 mei 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. TOBBACK

Bijlage 22. DEZEMBER 1997 - Königlicher Erlass zur Festlegung der allgemeinen Bestimmungen über eine Entschädigung für Mitgliedern der Gemeindepolizei bei der Ausführung von gerichtspolizeilichen Aufträgen entstandene Unkosten ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Aufgrund des neuen Gemeindegesetzes, insbesondere des Artikels 189, abgeändert durch das ordentliche Gesetz vom 16. Juli 1993 zur Vollendung der föderalen Staatsstruktur;

Aufgrund der Beteiligung der Regionen;

Aufgrund des Protokolls Nr. 97-08 des Ausschusses der provinzialen und lokalen öffentlichen Dienste vom 25. Juli 1997;

Aufgrund der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze über den Staatsrat, insbesondere des Artikels 3 § 1, ersetzt durch das Gesetz vom 4. Juli 1989 und abgeändert durch das Gesetz vom 4. August 1996;

Aufgrund der Dringlichkeit, begründet durch den Umstand, dass es angesichts der gegenwärtig geführten Diskussion über die Harmonisierung der verschiedenen Polizeidienste erforderlich ist, Mitgliedern der Gemeindepolizei, die im Rahmen ihrer gerichtspolizeilichen Aufträge mit der Durchführung von Ermittlungen beauftragt sind, eine Entschädigung für entstandene Unkosten zu zahlen;

Dass die Mitglieder der Gemeindepolizei gegenüber Mitgliedern anderer Polizeidienste in vorerwähnter Angelegenheit nicht benachteiligt werden dürfen;

Dass die verschiedenen Instanzen bei Diskussionen über diese Problematik davon ausgegangen sind, dass der betreffende Entwurf noch im Laufe desselben Kalenderjahrs in Kraft treten wird, und dass vorerwähnter Regelung daher beim Timing ihrer Aktivitäten Rechnung getragen worden ist;

Auf Vorschlag Unseres Ministers des Innern, Haben Wir beschlossen und erlassen Wir :

Artikel 1.Vorliegender Erlass findet Anwendung auf Mitglieder der Gemeindepolizei, die im Rahmen ihrer gerichtspolizeilichen Aufgaben mit Ermittlungsaufträgen betraut sind.

Art. 2.Der Gemeinderat kann den in Artikel 1 erwähnten Personalmitgliedern eine feste Entschädigung zur Deckung von Unkosten gewähren, die ihnen aufgrund der Ausführung der in Artikel 1 erwähnten Aufträge entstanden sind.

Die Höhe dieser Entschädigung darf nicht mehr als 350 F pro Tag betragen. Dieser Betrag ist an den Schwellenindex 138,01 gebunden und variiert gemäss den Bestimmungen des Gesetzes vom 1. März 1977 zur Einführung einer Regelung zur Kopplung gewisser Ausgaben im öffentlichen Sektor an den Verbraucherpreisindex des Königreiches.

Art. 3.Die in Artikel 2 erwähnte Entschädigung wird nur für die Tage gewährt, an denen der Polizeibeamte tatsächlich und während des gesamten Arbeitstages in Artikel 1 erwähnte Aufträge ausgeführt hat.

Art. 4.Die Entschädigung darf mit keiner anderen Entschädigung für dieselben Unkosten kumuliert werden. Die für das betreffende Personalmitglied vorteilhafteste Entschädigung muss gewährt werden.

Art. 5.Die Entschädigung wird nach Ablauf eines jeden Monats gezahlt.

Art. 6.Unser Minister des Innern ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.

Gegeben zu Brüssel, den 22. Dezember 1997.

ALBERT Von Königs wegen: Der Minister des Innern, J. VANDE LANOTTE Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 26 mei 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. TOBBACK