26 MAART 2005. - Koninklijk besluit betreffende de toewijzing van bepaalde niet-fiscale ontvangsten aan het Zilverfonds

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 september 2001 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van een Zilverfonds, inzonderheid op de artikelen 26 en 27;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 21 februari 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 24 februari 2005;

Overwegende dat het Zilverfonds voor de verwezenlijking van de taken die hem werden toevertrouwd, onverwijld de aard en het bedrag moet kennen van de niet-fiscale ontvangst die hem zal toegewezen worden;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, van Onze Minister van Begroting en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Overeenkomstig de bepalingen van artikel 27 van de wet van 5 september 2001 tot waarborging van een voortdurende vermindering van de overheidsschuld en tot oprichting van een Zilverfonds, wordt de niet-fiscale ontvangst gerealiseerd op de Rijksmiddelenbegrotingen voor de begrotingsjaren 2004 en 2005, titel I, hoofdstuk 18, § 1, artikel 37.04 - « Opbrengst van de eenmalige bevrijdende aangifte. (Ontvangsten toegewezen aan het programma 51-45-3) » toegewezen aan het Zilverfonds door storting aan het begrotingsfonds « Diverse niet-fiscale ontvangsten bestemd voor het Zilverfonds ».

Art. 2.Overeenkomstig de bepalingen van artikel 27 van dezelfde wet, wordt de niet-fiscale ontvangst gerealiseerd op de Rijksmiddelen-begroting voor het begrotingsjaar 2004, titel II, hoofdstuk 18, § 1, artikel 57.02 - « Ontvangst afkomstig uit de verkoop van Credibe. (Ontvangsten toegewezen aan het programma 51-45-3) », voor een bedrag van 19.754.399,06 euro toegewezen aan het Zilverfonds door storting aan het begrotingsfonds « Diverse niet-fiscale ontvangsten bestemd voor het Zilverfonds ».

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Nice, 26 maart 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Begroting, J. VANDE LANOTTE