gepubliceerd op 06 maart 2007
Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 juni 2006 betreffende de tussenkomstmodaliteiten van het Fonds voor de beroepsziekten in de verplaatsingskosten van de slachtoffers in het kader van de behandeling van een beroepsziekte
26 JANUARI 2007. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 juni 2006 betreffende de tussenkomstmodaliteiten van het Fonds voor de beroepsziekten in de verplaatsingskosten van de slachtoffers in het kader van de behandeling van een beroepsziekte
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°, en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;
Gelet op het ontwerp van officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 juni 2006 betreffende de tussenkomstmodaliteiten van het Fonds voor de beroepsziekten in de verplaatsingskosten van de slachtoffers in het kader van de behandeling van een beroepsziekte, opgemaakt door de Centrale Dienst voor Duitse vertaling bij het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De bij dit besluit gevoegde tekst is de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 juni 2006 betreffende de tussenkomstmodaliteiten van het Fonds voor de beroepsziekten in de verplaatsingskosten van de slachtoffers in het kader van de behandeling van een beroepsziekte.
Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 januari 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL
Bijlage FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST SOZIALE SICHERHEIT 22. JUNI 2006 - Königlicher Erlass über die Modalitäten der Beteiligung des Fonds für Berufskrankheiten an den Fahrtkosten der Opfer im Rahmen der Behandlung einer Berufskrankheit ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Aufgrund der am 3. Juni 1970 koordinierten Gesetze über die Entschädigung für Berufskrankheiten, insbesondere des Artikels 41ter, eingefügt durch das Gesetz vom 27. Dezember 2005;
Aufgrund der Stellungnahme des Geschäftsführenden Ausschusses des Fonds für Berufskrankheiten vom 12. Mai 2004;
Aufgrund der Stellungnahme des Finanzinspektors vom 21. Februar 2005;
Aufgrund des Einverständnisses Unseres Ministers des Haushalts vom 3.
Januar 2006;
Aufgrund des Gutachtens Nr. 39.820/1 des Staatsrates vom 16. Februar 2006, abgegeben in Anwendung von Artikel 84 § 1 Absatz 1 Nr. 1 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat;
Auf Vorschlag Unseres Ministers der Sozialen Angelegenheiten und Unseres Ministers der Beschäftigung, Haben Wir beschlossen und erlassen Wir: Artikel 1 - Im Falle einer Krankenwagenfahrt erstattet der Fonds für Berufskrankheiten die Fahrtkosten, insofern der Arzt des Fonds sein vorheriges Einverständnis bezüglich der Notwendigkeit dieser Transportart gegeben hat. Wenn die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung sich an den Kosten für eine Krankenwagenfahrt beteiligt, erstattet der Fonds für Berufskrankheiten nur den Anteil dieser Kosten, der zu Lasten des Opfers bleibt.
Die Erstattung erfolgt auf der Grundlage der Rechnung.
Art. 2 - Unbeschadet der Bestimmungen der Artikel 1 und 4 beteiligt sich der Fonds für Berufskrankheiten an den Kosten für die Fahrten, die ein Opfer zur Behandlung seiner Berufskrankheit im Laufe eines Zeitraums zeitweiliger körperlicher Arbeitsunfähigkeit unternimmt, in Höhe einer Pauschalentschädigung von 0,70 Euro pro Tag.
Der vorhergehende Absatz findet keine Anwendung im Falle einer zeitweiligen Entfernung schwangerer Arbeitnehmerinnen aus dem gesundheitsschädlichen Umfeld.
Art. 3 - Unbeschadet der Bestimmungen von Artikel 1 beteiligt sich der Fonds für Berufskrankheiten an den Kosten für die Fahrten, die ein Opfer mit bleibender körperlicher Arbeitsunfähigkeit von mehr als 66 Prozent zur Behandlung seiner Berufskrankheit unternimmt, in Höhe eines monatlichen Pauschalbetrags von 20 Euro.
Der vorhergehende Absatz findet keine Anwendung auf Fälle bleibender Arbeitsunfähigkeit, die aufgrund berufsbedingter Taubheit gewährt wird.
Art. 4 - Wenn im Laufe eines Kalendermonats eine bleibende körperliche Arbeitsunfähigkeit von mehr als 66 Prozent auf eine zeitweilige Unfähigkeit folgt, beteiligt sich der Fonds für Berufskrankheiten auf der Grundlage von Artikel 3 des vorliegenden Erlasses.
Art. 5 - Die Zahlung der Fahrtkosten durch den Fonds für Berufskrankheiten erfolgt in denselben Zeiträumen wie die Entschädigungen.
Art. 6 - Vorliegender Erlass wird wirksam mit 1. Januar 2006.
Art. 7 - Unser für die Sozialen Angelegenheiten zuständiger Minister und Unser für die Beschäftigung zuständiger Minister sind, jeder für seinen Bereich, mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.
Gegeben zu Brüssel, den 22. Juni 2006 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Sozialen Angelegenheiten R. DEMOTTE Der Minister der Beschäftigung P. VANVELTHOVEN Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 26 januari 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL