gepubliceerd op 06 april 2000
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de beroepsvorming tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de afhandeling op luchthavens
25 JANUARI 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de beroepsvorming tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de afhandeling op luchthavens (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de beroepsvorming tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de afhandeling op luchthavens.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 januari 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 Beroepsvorming tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de afhandeling op luchthavens (Overeenkomst geregistreerd op 15 september 1997 onder het nummer 44841/CO/140.08) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied Artikel. 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en die tot de subsector van afhandeling op luchthavens behoren alsook op hun werklieden.
Onder werklieden wordt bedoeld de werklieden en werksters.
Onder "afhandeling op luchthavens", wordt onder andere verstaan : logistieke en administratieve bijstand verlenen aan luchtvaartuigen, aan bemanningsleden, aan passagiers, aan bagage, aan post en/of aan vracht (afhandeling, sortering, verzending) zowel op de inschepingsvloer, in en rond de vliegtuigen en in de luchthavengebouwen.
Worden niet beschouwd onder "afhandeling op luchthavens" de volgende activiteiten : de bevoorrading met motorbrandstoffen en smeermiddelen alsook de bereiding van maaltijden "inflight catering" genoemd. HOOFDSTUK II. - Juridisch kader Art.2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van hoofdstuk IV van titel III van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen en van het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden met betrekking tot de tewerkstellingsakkoorden in toepassing van de artikelen 7, § 2, 30, § 2 en 33 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen.
Zij voert de artikelen 10 en 11 uit van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 houdende een tewerkstellingsakkoord in de subsector voor de afhandeling op luchthavens. HOOFDSTUK III. - Algemene bepalingen Afdeling 1. - Opleiding : een recht en een plicht
Art. 3.Zowel de werkgever als de werkman moeten de mogelijkheid krijgen gebruik te maken van een in de subsector uitgewerkte opleidingsmodule.
Art. 4.De opleidingsmodules uitgewerkt door de subsector overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk IV van deze collectieve arbeidsovereenkomst zullen zowel basisopleidingen als opleidingen gericht naar de specifieke behoeften van de ondernemingen bevatten.
Art. 5.Indien de vorming binnen de onderneming gegeven wordt zal haar organisatie het voorwerp uitmaken van overleg in de schoot van het beperkt comité opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 houdende oprichting van een beperkt comité bevoegd voor de subsector voor de afhandeling op luchthavens.
Art. 6.Zowel werkgever als werkman zullen positief ingaan op het initiatief inzake opleiding van de andere partij. Afdeling II. - Opleiding : begeleidingsmaatregel
Art. 7.De werkgever die een herstructurering overweegt is ertoe gehouden er het voormeld beperkt comité van in te lichten.
De werkgever is ertoe gehouden bij- of herscholingsmaatregelen te overwegen.
Art. 8.Het beperkt comité zal de opleidingsmaatregelen bepalen die moeten uitgewerkt worden om het hoofd te bieden aan deze toestand. HOOFDSTUK IV. - Rol van het beperkt comité en van de "opleidingscel" van het sociaal fonds
Art. 9.Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder : - "Sociaal fonds" : het "Sociaal fonds voor het vervoer van goederen met motorvoertuigen"; - "beperkt comité" : het beperkt comité opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 houdende oprichting van een beperkt comité bevoegd voor de subsector voor de afhandeling op luchthavens; - "opleidingscel" : de instantie opgericht op het vlak van het sociaal fonds om de beroepsopleiding en de risicogroepen ten laste te nemen.
Art. 10.De voorzitter van het beperkt comité is ertoe gehouden de inlichtingen verkregen in het kader van een herstructureringsplan aan de agenda van het comité te plaatsen.
Hij is er eveneens toe gehouden de dossiers bedoeld in artikel 5 van deze overeenkomst aan de agenda van het comité te plaatsen.
Het comité zal binnen de maand zijn advies verstrekken.
Art. 11.Het beperkt comité functioneert als stuurgroep ten aanzien van de "opleidingscel" van het sociaal fonds.
Het stelt de prioriteiten vast, geeft de doelgroepen aan en volgt de genomen initiatieven op.
Het beperkt comité laat zich bijstaan door de opleidingscel ten einde : - een databank samen te stellen van het opleidingsaanbod; - de kostprijs van elke opleiding vast te stellen alsook de financiële inbreng van overheids- en andere instanties nauwkeurig in kaart te brengen. - de opleidingsmodules uit te werken.
Art. 12.De werkgevers worden uitgenodigd aan de voorzitter van het paritair comité de volgende inlichtingen mede te delen : - de lijst en de inhoud van de opleidingsprogramma's die zij op ondernemingsvlak organiseren; - de huidige behoeften inzake opleiding binnen hun onderneming; - eventueel, voorstellen inzake opleiding. HOOFDSTUK V. - Geldigheidsduur
Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 15 mei 1997 en is voor een duur van twee jaar gesloten.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 25 januari 2000.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX