gepubliceerd op 13 mei 2004
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 oktober 1986 tot uitvoering van artikel 53, achtste lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
25 APRIL 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 oktober 1986 tot uitvoering van artikel 53, achtste lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 53, negende lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 oktober 1986 tot uitvoering van artikel 53, achtste lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 6, tweede lid, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 2 juli 1993, 8 mei 2001 en 8 april 2003;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 20 oktober 2003;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën gegeven op 4 november 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 19 februari 2004;
Gelet op het advies nr. 36.709/1 van de Raad van State, gegeven op 4 maart 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 6, tweede lid van het koninklijk besluit van 10 oktober 1986, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 2 juli 1993, 8 mei 2001 en 8 april 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° De bepaling onder 6° wordt vervangen als volgt : « aan de rechthebbenden op de verhoogde tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, §§ 1 en 19 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 alsmede aan de gerechtigden, bedoeld in artikel 32, eerste lid, 13° en 15° van dezelfde wet en hun personen ten laste, indien zij de verhoogde tegemoetkoming genieten;» 2° De bepaling onder 8°, opgeheven bij het koninklijk besluit van 8 mei 2001, wordt hersteld in de volgende lezing : « 8° aan de rechthebbenden die voor het toepassen van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecontroleerde werklozen zijn, die sedert ten minste zes maanden de hoedanigheid hebben van volledig werkloze als bedoeld in de reglementering betreffende de werkloosheid en in de zin van laatstgenoemde reglementering de hoedanigheid hebben van werknemer met gezinslast of van alleenstaande, alsmede de personen die te hunnen laste zijn;» 3° De bepaling onder 9°, opgeheven bij het koninklijk besluit van 8 mei 2001, wordt hersteld in de volgende lezing : « 9° aan de rechthebbenden op verhoogde kinderbijslag, overeenkomstig artikel 47 van de gecoördineerde wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders of overeenkomstig artikel 20 van het koninklijk besluit van 8 april 1976 houdende regeling van de gezinsbijslagen ten voordele van de zelfstandigen, alsmede de personen die te hunnen laste zijn.»
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 april 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE