Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 januari 2024
gepubliceerd op 08 februari 2024

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor de betonindustrie, betreffende de toekenning van een bedrijfstoeslag bij het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 62 jaar (1)

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2024200196
pub.
08/02/2024
prom.
24/01/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

24 JANUARI 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor de betonindustrie, betreffende de toekenning van een bedrijfstoeslag bij het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) op 62 jaar (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de betonindustrie;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor de betonindustrie, betreffende de toekenning van een bedrijfstoeslag bij het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) op 62 jaar.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 24 januari 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de betonindustrie Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 september 2023 Toekenning van een bedrijfstoeslag bij het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) op 62 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 6 oktober 2023 onder het nummer 182858/CO/106.02) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de betonindustrie ressorteren (PSC 106.02).

Onder "arbeiders" wordt verstaan : de arbeiders en de arbeidsters.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten in uitvoering van artikel 2 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie sluiten (Belgisch Staatsblad van 8 juni 2007) tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten in het kader van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten in het kader van artikel 3 van de statuten van het "Sociaal Fonds van de betonindustrie" (SFBI) vastgesteld bij collectieve arbeidsovereenkomst van 13 mei 1981 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten, gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2009 (koninklijk besluit van 18 november 2009, Belgisch Staatsblad van 12 januari 2010, nr. 92722). HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden

Art. 3.Komen in aanmerking voor een bedrijfstoeslag in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT), uitgekeerd door het SFBI, de arbeiders : 1° die worden ontslagen, behalve om een dringende reden in de zin van de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten, gedurende de periode van 1 juli 2023 tot 30 juni 2025, en die;2° gedurende de periode van 1 juli 2023 tot 30 juni 2025 en uiterlijk op het ogenblik van het einde van hun arbeidsovereenkomst, 62 jaar of ouder zijn, en die;3° uiterlijk op het einde van hun arbeidsovereenkomst een beroepsverleden als loontrekkende kunnen laten gelden : - van ten minste 40 jaar voor de mannen; - of van ten minste respectievelijk 39 jaar in 2023 en 40 jaar vanaf 2024 voor de vrouwen, en die; 4° recht hebben op wettelijke werkloosheidsuitkeringen, en die;5° enkel indien ze voorafgaand aan hun arbeidersovereenkomst in dezelfde onderneming een bediendenovereenkomst hadden, uiterlijk op het ogenblik van het einde van hun arbeidsovereenkomst een anciënniteit van ten minste 5 jaar arbeidersdienst kunnen bewijzen in een of meerdere ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de betonindustrie vallen, tijdens de laatste 5 jaren voorafgaande het einde van hun arbeidsovereenkomst.

Art. 4.Hoofdverblijfplaats buiten België In afwijking van artikel 3, 4°, hebben de in artikel 3 bedoelde arbeiders die hun hoofdverblijfplaats hebben in een land van de Europese Economische Ruimte, ook recht op een bedrijfstoeslag ten laste van het SFBI zelfs als zij geen werkloosheidsuitkeringen kunnen genieten of kunnen blijven genieten in het kader van de regelgeving inzake het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, alleen omdat zij hun hoofdverblijfplaats niet of niet meer in België hebben in de zin van artikel 66 van het koninklijk besluit van 25 november 1991Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 06/11/2020 numac 2020015855 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel V type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 05/11/2018 numac 2018014576 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel I type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 24/05/2019 numac 2019012364 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel II type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 04/11/2021 numac 2021033562 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel VIII sluiten houdende werkloosheidsreglementering en voor zover zij werkloosheidsuitkeringen genieten krachtens de wetgeving van hun woonland.

Die bedrijfstoeslag moet berekend worden alsof die arbeiders werkloosheidsuitkeringen genieten op basis van de Belgische wetgeving.

Art. 5.Overlegprocedure Vooraleer over te gaan tot het ontslag, overlegt de werkgever met de betrokken arbeider en wint hij het advies in van de ondernemingsraad of bij ontstentenis, van de syndicale afvaardiging of bij ontstentenis, van de vertegenwoordigers van de representatieve werknemersorganisaties.

De betekening van het ontslag gebeurt binnen de zeven kalenderdagen volgend op het tijdens dit overleg getroffen gemeenschappelijk besluit.

Art. 6.Aanvang en einde Het SWT gaat in op het einde van de arbeidsovereenkomst.

Het SWT vervalt : 1° bij overlijden van de gerechtigde;2° wanneer het wettelijk pensioen van de gerechtigde ingaat. HOOFDSTUK III. - Bedrag en uitkering

Art. 7.Bedrag § 1. De bedrijfstoeslag is gelijk aan de helft van het verschil tussen het nettoreferteloon en de werkloosheidsuitkering. § 2. Het nettoreferteloon is gelijk aan het brutomaandloon zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, verminderd met de persoonlijke socialezekerheidsbijdragen en de fiscale inhouding. De persoonlijke socialezekerheidsbijdragen worden berekend op basis van het brutoloon aan 100 pct.

Het nettorefertemaandloon wordt berekend, rekening houdend met de werkbonus toegekend aan werknemers met een laag loon.

Het brutomaandloon wordt als volgt bepaald : 1° het omvat de contractuele premies die rechtstreeks zijn gebonden aan de door de arbeider verrichte prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden gedaan en waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt.Het omvat ook de voordelen in natura die aan inhoudingen voor sociale zekerheid zijn onderworpen.

Daarentegen worden de premies of vergoedingen die als tegenwaarde van werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen. 2° voor de per maand betaalde arbeider wordt het loon verdiend in de refertemaand, bepaald in 6° van deze paragraaf, als brutoloon beschouwd.3° voor de arbeider die niet per maand wordt betaald, wordt het brutomaandloon berekend op grond van het normale uurloon.Het normale uurloon wordt bekomen door het loon van de normale arbeidsprestaties van de refertemaand te delen door het aantal normale arbeidsuren die tijdens deze periode werden verricht. Het aldus bekomen resultaat wordt vermenigvuldigd met het aantal arbeidsuren dat is bepaald bij de wekelijkse arbeidsregeling van de arbeider. Dat product, vermenigvuldigd met 52 en gedeeld door 12, stemt overeen met het maandloon. 4° het brutomaandloon van een arbeider die gedurende de ganse refertemaand niet heeft gewerkt, wordt berekend alsof hij aanwezig was geweest op alle arbeidsdagen van desbetreffende maand.Indien een arbeider, krachtens de bepalingen van de arbeidsovereenkomst slechts gedurende een gedeelte van de refertemaand moet werken en al die tijd niet heeft gewerkt, wordt het brutomaandloon berekend op grond van het aantal arbeidsdagen dat in de arbeidsovereenkomst is vastgesteld. 5° het door de arbeider verdiende brutomaandloon, ongeacht of het per maand of op een andere wijze wordt betaald, wordt vermeerderd met een twaalfde van het totaal van de contractuele premies en van de veranderlijke bezoldigingen waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt en in de loop van de twaalf maanden die aan het ontslag voorafgaan, afzonderlijk werden ontvangen.6° tijdens voorafgaandelijk overleg wordt in onderling akkoord bepaald met welke refertemaand rekening moet worden gehouden.Indien geen refertemaand is vastgesteld, wordt de kalendermaand, die de datum van het ontslag voorafgaat, in aanmerking genomen. 7° het nettoreferteloon wordt berekend op basis van de voltijdse arbeidsprestaties die de arbeider uitoefende vóór de aanvang van eventuele deeltijdse prestaties in het kader van het tijdskrediet.8° het nettoreferteloon wordt tot de hogere euro afgerond. § 3. Het bedrag van de bedrijfstoeslag wordt gebonden aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, volgens de modaliteiten die van toepassing zijn inzake werkloosheidsuitkeringen.

Het bedrag van deze vergoeding wordt daarenboven elk jaar op 1 januari door de Nationale Arbeidsraad herzien, in functie van de ontwikkeling van de regelingslonen.

Voor de arbeiders die in de loop van het jaar tot de regeling toetreden, wordt de aanpassing op grond van het verloop van de regelingslonen verricht, rekening houdend met het ogenblik van het jaar waarop zij in het stelsel treden; elk kwartaal wordt in aanmerking genomen voor de berekening van de aanpassing.

Art. 8.Uitkering De maandelijkse bedrijfstoeslag wordt uitgekeerd aan de gerechtigde in de loop van de maand volgend op de maand waarop hij recht heeft op de werkloosheidsuitkering.

De toekenning gebeurt op voorlegging van een aanvraagdossier dat de vereisten van het SFBI naleeft, zoals beschreven op haar website (www.fondsbeton.be).

Het SFBI betaalt de bedrijfstoeslag behalve wanneer de wetgeving betreffende de sluiting van ondernemingen van toepassing is.

Art. 9.Cumulatie met andere voordelen De bedrijfstoeslag mag niet worden gecumuleerd met andere wegens afdanking verleende speciale vergoedingen of toeslagen, die worden toegekend krachtens wettelijke of reglementaire bepalingen. De arbeider, die onder de in artikel 3 voorziene voorwaarden ontslagen wordt, zal dus eerst de uit die bepalingen voortvloeiende rechten moeten uitputten, alvorens aanspraak te kunnen maken op de bedrijfstoeslag.

Art. 10.Werkhervatting Met toepassing van de artikelen 4bis, 4ter en 4quater van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals gewijzigd door collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, wordt het recht op de bedrijfstoeslag toegekend aan de arbeiders die ontslagen werden in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden ten laste van de vorige werkgever, wanneer deze arbeiders het werk als loontrekkende hervatten bij een andere werkgever dan die welke hen ontslagen heeft en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.

Het recht op de bedrijfstoeslag toegekend aan de arbeiders die ontslagen zijn in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt eveneens behouden ten laste van de vorige werkgever in geval van uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit, op voorwaarde dat deze activiteit niet uitgeoefend wordt voor rekening van de werkgever die hen ontslagen heeft of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.

De arbeiders beoogd in dit artikel behouden het recht op de bedrijfstoeslag zodra een einde werd gemaakt aan hun tewerkstelling in het kader van een arbeidsovereenkomst of aan de uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit. Zij leveren in dit geval aan hun vorige werkgever (in de zin van het eerste lid van dit artikel) het bewijs van hun recht op werkloosheidsuitkeringen.

In het geval beoogd in het vorige lid mogen arbeiders geen twee of meer aanvullende stelsels cumuleren. Wanneer zij zich in de omstandigheden bevinden om verscheidene aanvullende stelsels te genieten, behouden zij het recht op het stelsel dat toegekend werd door de werkgever die hen ontslagen heeft (in de zin van het eerste lid van dit artikel). HOOFDSTUK IV. - Toezicht

Art. 11.In de schoot van het SFBI wordt een toezichtcomité opgericht, waarvan de leden door de raad van beheer van het fonds worden aangeduid. Dit toezichtcomité heeft tot taak : 1° zich uit te spreken over de aanvragen;2° te waken over de vervanging van de arbeiders die genieten van het SWT, zoals voorzien in de wet;3° advies te geven aan de raad van beheer over uitzonderlijke gevallen;4° verslag uit te brengen aan de raad van beheer van het fonds over de uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK V. - Geldigheidsduur

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2023 en treedt buiten werking op 30 juni 2025.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 januari 2024.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^