Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 april 2022
gepubliceerd op 14 juni 2022

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende de koopkracht in het kader van het koninklijk besluit van 30 juli 2021 tot uitvoering van artikel 7, § 1 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2022201837
pub.
14/06/2022
prom.
24/04/2022
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

24 APRIL 2022. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende de koopkracht in het kader van het koninklijk besluit van 30 juli 2021 tot uitvoering van artikel 7, § 1 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende de koopkracht in het kader van het koninklijk besluit van 30 juli 2021 tot uitvoering van artikel 7, § 1 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 24 april 2022.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2021 Koopkracht in het kader van het koninklijk besluit van 30 juli 2021 tot uitvoering van artikel 7, § 1 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Overeenkomst geregistreerd op 13 december 2021 onder het nummer 168826/CO/200) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de ondernemingen, welke tot de bevoegdheid behoren van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden.

Onder "bedienden" wordt verstaan : mannelijke en vrouwelijke bedienden. HOOFDSTUK II. - Maximale marge van 0,4 pct. voor de loonkostenontwikkeling periode 2021-2022

Art. 2.§ 1. Met ingang van 1 december 2021 worden de sectorale minimumloonschalen verhoogd met 0,4 pct. § 2. Met ingang van 1 december 2021 worden de reële bruto maandlonen verhoogd met 0,4 pct. § 3. De in § 2 vermelde verhoging van de reële maandlonen is niet van toepassing op de bedienden die in de periode 2021-2022 volgens de modaliteiten eigen aan de onderneming effectieve loonsverhogingen en/of andere voordelen in koopkracht toegekend krijgen die gelijkwaardig zijn.

Eenmalige premies kunnen worden aangerekend voor zover zij toegekend zijn in de periode 2021-2022. De brutoloonsverhoging van 0,4 pct. of het gelijkwaardig voordeel moet recurrent zijn vanaf uiterlijk 1 januari 2023. § 4. De verhogingen van het loon en/of voordelen in koopkracht van welke aard ook zijn per bediende voor hun totale kost aan te rekenen op de loonkost (bruto + patronale Rijksdienst voor Sociale Zekerheid-bijdragen) van de in § 2 vermelde verhoging van de reële maandlonen. § 5. Jaarlijkse loonsverhogingen die automatisch voortvloeien uit de toepassing van de op beroepservaring gebaseerde minimumloonschalen zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016 betreffende de sectorale minimumloonschalen of uit loonschalen op ondernemingsvlak gebaseerd op beroepservaring en/of anciënniteit worden niet aangerekend op de in § 2 vermelde verhoging van de reële maandlonen. § 6. In de ondernemingen met een syndicale afvaardiging gebeurt de toepassing van het gelijkwaardig voordeel mits bedrijfsakkoord tegen uiterlijk 30 november 2021. Het overleg heeft enkel betrekking op de toepassing van het gelijkwaardig voordeel.

In de ondernemingen zonder syndicale afvaardiging, informeert de werkgever de bediende schriftelijk en individueel omtrent de toepassing van het gelijkwaardig voordeel tegen uiterlijk 30 november 2021. HOOFDSTUK III. - Sociale vrede

Art. 3.De in het APCB vertegenwoordigde vakorganisaties verbinden zich ertoe om tijdens de geldigheidsduur van deze overeenkomst geen bijkomende eisen te stellen op het niveau van het paritair comité en van de ondernemingen in verband met de materies die in deze overeenkomst zijn vervat. HOOFDSTUK IV. - Duur

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor onbepaalde duur met ingang van 1 januari 2021.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door één van de partijen opgezegd worden mits een opzegging van 3 maanden gericht bij aangetekende brief aan de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden en aan de ondertekenende organisaties.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 april 2022.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^