gepubliceerd op 27 juni 1998
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 januari 1989 houdende vaststelling van aanvullende normen voor de erkenning van ziekenhuizen en ziekenhuisdiensten alsmede tot nadere omschrijving van de ziekenhuisgroeperingen en van de bijzondere normen waaraan deze moeten voldoen
23 JUNI 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 januari 1989 houdende vaststelling van aanvullende normen voor de erkenning van ziekenhuizen en ziekenhuisdiensten alsmede tot nadere omschrijving van de ziekenhuisgroeperingen en van de bijzondere normen waaraan deze moeten voldoen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987 en gewijzigd door de wetten van 30 december 1988 en 21 december 1994, inzonderheid op artikel 68,1°, en 2°, en artikel 69,3°, gewijzigd bij de wetten van 30 december 1988 en 21 december 1994;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 januari 1989 houdende vaststelling van aanvullende normen voor de erkenning van ziekenhuizen en ziekenhuisdiensten alsmede tot nadere omschrijving van de ziekenhuisgroeperingen en van de bijzondere normen waaraan deze moeten voldoen, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 4 maart 1991, 12 oktober 1993, 23 december 1993, 28 maart 1995, 20 augustus 1996 en 21 januari 1998;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, Afdeling Programmatie en Erkenning, gegeven op 23 februari 1996;
Gelet op de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, §1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989 en 4 juli 1989;
Overwegende dat het dringend geboden is dat zowel een E-dienst als een M-dienst in ziekenhuizen georganiseerd wordt om de continuïteit van de zorg te garanderen;
Overwegende dat het dringend geboden is dat ziekenhuizen, om deze doelstelling te bereiken, gemeenschappelijke, specifieke en functionele samenwerkingsrelaties aangaan om kwalitatieve, mede gelet op het determinerend karakter van het activiteitsvolume op de kwaliteit van de zorg, en geografische en sociaal toegankelijke zorg aan de bevolking te kunnen aanbieden;
Overwegende dat het dringend geboden is dat ziekenhuizen naast de fusie eveneens een associatie, wat een zinvol, flexibel en eenvoudige alternatief is, kunnen realiseren om aan deze behoefte tegemoet te komen;
Overwegende dat gelet op de dreigende sluiting op 1 juli 1998 van de E-diensten en de M-diensten die niet voldoen aan de huidige vereiste bezettingsgraad het dringend noodzakelijk is te bepalen dat het volstaat dat ziekenhuizen hiertoe vóór 1 juli 1998 een ontwerpakkoord voor associatie of fusie ter goedkeuring voorleggen aan de Minister die de erkenning onder zijn bevoegdheid heeft;
Overwegende dat de publicatie van dit besluit dringend geboden is om te beletten dat E-diensten en M-diensten die niet beantwoorden aan de huidige vereiste bezettingsgraad gesloten worden op 1 juli 1998;
Op voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen en Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 20 van het koninklijk besluit van 30 januari 1989 houdende vaststelling van aanvullende normen voor de erkenning van ziekenhuizen en ziekenhuisdiensten alsmede tot nadere omschrijving van de ziekenhuisgroeperingen en van de bijzondere normen waaraan deze moeten voldoen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 2, 1°, wordt vervangen als volgt : « § 2, 1° het ziekenhuis dat over bedoelde kraaminrichting beschikt vóór 1 juli 1998 een ontwerpakkoord voor fusie of associatie ter goedkeuring voorlegt aan de Minister die de erkenning onder zijn bevoegdheid heeft met het oog op het beantwoorden aan deze vereiste. Een kopie van het ontwerpakkoord voor fusie of associatie wordt overgemaakt aan de Ministers die de Volksgezondheid en de Sociale Zaken onder hun bevoegdheid hebben.
In voorkomend geval zal, indien het activiteitsniveau van die kraaminrichting lager is dan 275 bevallingen, de kraaminrichting van het ziekenhuis dat tot fusie of associatie overging, ten laatste twee jaar na de ondertekening van de fusie- of associatieovereenkomst, een homogene dienst op één vestigingsplaats moeten vormen.
Deze gefusioneerde of geassocieerde kraaminrichting zal moeten beantwoorden aan alle vigerende erkenningsnormen en normen inzake activiteitsniveau.' 2° in § 3, worden de eerste, tweede en derde zin vervangen als volgt : « Onverminderd de bepalingen van §5, worden de pediatriediensten (kenletter E), andere dan die bedoeld in §1, tweede lid, en §4, wier bedcapaciteit op 1 oktober 1997 gedaald is tot onder het niveau van 15 bedden gesloten, tenzij het ziekenhuis dat over bedoelde pediatriedienst beschikt vóór 1 juli 1998 een ontwerpakkoord voor fusie of associatie ter goedkeuring voorlegt aan de Minister die de erkenning onder zijn bevoegdheid heeft met het oog op het beantwoorden aan deze vereiste. Een kopie van het ontwerpakkoord voor fusie of associatie wordt overgemaakt aan de Ministers die de Volksgezondheid en de Sociale Zaken onder hun bevoegdheid hebben.
In voorkomend geval zal, indien die pediatriedienst over minder dan 10 bedden beschikt, de pediatriedienst van het ziekenhuis dat tot fusie of associatie overging, ten laatste twee jaar na de ondertekening van de fusie- of associatieovereenkomst, een homogene dienst op één vestigingsplaats moeten vormen.
Deze dienst van het gefusioneerd of geassocieerd ziekenhuis zal moeten beantwoorden aan alle vigerende erkenningsnormen en normen inzake activiteitsniveau. »
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 juni 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN De Minister van Volksgezond heid en Pensioenen, M. COLLA