gepubliceerd op 31 oktober 1997
Koninklijk besluit tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden bij de Controledienst voor de ziekenfondsen en landsbonden van ziekenfondsen
23 JUNI 1997. Koninklijk besluit tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden bij de Controledienst voor de ziekenfondsen en landsbonden van ziekenfondsen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 11, § 1, vervangen bij de wet van 22 juli 1993;
Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid artikel 3, § 1, 3° en 4° en artikel 7, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 mei 1976 en 10 april 1995;
Gelet op het koninklijk van 4 oktober 1996 houdende wijziging van diverse verordeningsbepalingen toepasselijk op de rijksambtenaren;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 juni 1997 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van de ambtenaren van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen;
Gelet op het advies van de Raad van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen;
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 12 december 1996;
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 12 december 1996;
Gelet op het protocol van 26 maart 1997 waarin de conclusies van de onderhandelingen gevoerd binnen het Sectorcomité XII - Sociale zaken worden vermeld;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, laatst gewijzigd bij de wet van 4 juli 1989;
Gelet op de hoogdringendheid;
Overwegende dat de aanpassing van de administratieve loopbaan van de ambtenaren, die titularis zijn van bijzondere graden, op dezelfde wijze dient te geschieden als deze van de ambtenaren, die titularis zijn van gemene graden; dat bijgevolg de weddeschalen van de ambtenaren die titularis zijn van bijzondere graden bij de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen onverwijld dienen te worden vastgesteld;
Op voorstel van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Organieke regeling
Artikel 1.De weddeschaal 16A is verbonden aan de graad van administrateur-generaal (rang 16).
Art. 2.De weddeschaal 15A is verbonden aan de graad van financieel inspecteur-generaal (rang 15).
Art. 3.§ 1. De weddeschaal 10A is verbonden aan de graad van financieel inspecteur (rang 10). § 2. De financieel inspecteur die een graadanciënniteit van vier jaar telt, bekomt de weddeschaal 10B. § 3. De financieel inspecteur die een graadanciënniteit van ten minste twaalf jaar telt, kan, binnen de beperkingen van de openstaande betrekkingen, de weddeschaal 10C bekomen.
Art. 4.§ 1. De weddeschaal 13A is verbonden aan de graad van financieel inspecteur-directeur (rang 13). § 2. De financieel inspecteur-directeur die een graadanciënniteit van ten minste drie jaar telt, kan, binnen de beperkingen van de openstaande betrekkingen, de weddeschaal 13B bekomen.
Art. 5.§ 1. De weddeschaal 10D is verbonden aan de graad van actuaris (rang 10). § 2. De actuaris die een graadanciënniteit van ten minste vier jaar telt, kan, binnen de beperkingen van de openstaande betrekkingen, de weddeschaal 10E bekomen. § 3. De actuaris die een graadanciënniteit van ten minste twaalf jaar telt, kan, binnen de beperkingen van de openstaande betrekkingen, de volgende weddeschaal bekomen : 1 205 758 - 1 713 329 31 x 26 713 82 x 53 429
Art. 6.§ 1. De weddeschaal 26C is verbonden aan de graad van financieel controleur (rang 26). § 2. De financieel controleur die een graadanciënniteit van negen jaar telt, bekomt de weddeschaal 26K.
Art. 7.§ 1. De weddeschaal 28H is verbonden aan de graad van eerstaanwezend financieel controleur (rang 28). § 2. De eerstaanwezend financieel controleur die een graadanciënniteit van ten minste zes jaar telt, kan, binnen de beperkingen van de openstaande betrekkingen, de weddeschaal 28J bekomen. HOOFDSTUK II. - Overgangs- en bijzondere bepalingen
Art. 8.§ 1. De wedde van de ambtenaren die op 1 januari 1994 van ambtswege benoemd werden in een graad, vermeld in artikel 1 van het koninklijk besluit houdende vereenvoudiging van de loopbaan van de ambtenaren van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, wordt vastgesteld in de weddeschaal die in de hierbijgevoegde tabel I met de weddeschaal van de opgerichte graad overeenstemt. § 2. De wedde van de ambtenaren die van ambtswege benoemd werden in een graad vermeld in de artikelen 2, 3, en 4 van het koninklijk besluit houdende vereenvoudiging van de loopbaan van de ambtenaren van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, wordt vastgesteld in de weddeschaal die in de hierbijgevoegde tabel II met de weddeschaal van de opgerichte graad overeenstemt.
Art. 9.De weddeschalen verbonden aan de hiernavermelde bijzondere graden van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen worden vastgesteld als volgt vanaf 22 juni 1991 : Administratief personeel Administrateur-generaal 16/1 Eerste adviseur documentalist 14/3 Actuaris 13/3 Hoofdinspecteur-directeur 13/3 Technisch adviseur 13/2 Eerstaanwezend actuariaatsinspecteur 11/6 Eerstaanwezend inspecteur 11/3 Eerste attaché 11/3 Actuariaatsinspecteur 10/3 Attaché 10/1 Inspecteur boekhouding 10/1 Eerstaanwezend adjunct-inspecteur 25/2 Adjunct-inspecteur 1e klasse 24/1 Adjunct-inspecteur 2e klasse 22/3 Hoofd van de huishoudelijke dienst 35/1 Meester-, vak- en dienstpersoneel Eerste vakman 43/5 Geschoold werkman B 42/3
Art. 10.De ambtenaar benoemd in de graad van klerk, voorheen bekleed met de geschrapte graad van hoofd van de huishoudelijke dienst (rang 35) en die in dienst is op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de hiernavermelde schaal : 619 588 - 829 407 31 x 8 733 42 x 10 655 102 x 14 100 (kl.18 jaar - N4 - G.A.)
Art. 11.De weddeschalen verbonden aan de hiernavermelde bijzondere graden van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen worden vastgesteld als volgt vanaf 1 juni 1994 : - Hoofdinspecteur-directeur (rang 13) 1 226 775 - 1 974 781 142 x 53 429 (kl. 24 jaar - N1 - G.B.) - Eerstaanwezend inspecteur (rang 11) 898 575 - 1 394 575 31 x 24 933 112 x 38 291 (kl. 24 jaar - N1 - G.B.) - Actuariaatsinspecteur (rang 10) na 4 jaar graadanciënniteit 1 143 431 - 1 610 918 31 x 24 933 92 x 43 632 (kl. 24 jaar - N1 - G.B.)
Art. 12.De hiernavermelde bijzondere weddeschaal is verbonden aan de bijzondere graad van inspecteur-directeur vanaf 1 september 1995 : 1 115 290 - 1 703 009 112 x 53 429 (kl. 24 jaar - N1 - G.B.)
Art. 13.§ 1. De weddeschaal 10D is verbonden aan de graad van actuariaatsinspecteur (vlakke loopbaan in uitdoving) (rang 10). § 2. De actuariaatsinspecteur (vlakke loopbaan in uitdoving) die een graadanciënniteit van vier jaar heeft, bekomt de weddeschaal 10E.
Art. 14.De weddeschaal 13C is verbonden aan de graad van actuaris (vlakke loopbaan in uitdoving) (rang 13).
Art. 15.De ambtenaar benoemd in de graad van adviseur, die voordien bekleed was met de opgeheven graad van eerste adviseur documentalist, en die in dienst is op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit, behoudt het voordeel van de hiernavermelde bijzondere schaal : 1 481 802 - 2 069 521 112 x 53 429 (kl. 24 jaar - N1 - G.B.)
Art. 16.De ambtenaar benoemd in de graad van financieel inspecteur-directeur voorheen bekleed met de geschrapte graad van hoofdinspecteur-directeur en in dienst op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit, behoudt het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal voorzover zij voordeliger is dan de weddeschaal 13B : 1 357 137 - 1 944 856 112 x 53 429 (kl. 24 jaar - N1 - G.B.)
Art. 17.De ambtenaar die krachtens artikel 12 van het koninklijk besluit van 6 juni 1991 houdende inrichting, werking en statuut van het personeel van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen ten persoonlijke titel de graad van eerstaanwezend inspecteur-hoofd van dienst behoudt en die van ambtswege wordt benoemd in de graad van financieel-inspecteur (rang 10), behoudt het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 1 018 767 - 1 514 767 31 x 24 933 112 x 38 291 (kl. 24 jaar - N1 - G.B.) HOOFDSTUK IV. - Opheffings- en slotbepalingen
Art. 18.Dit besluit treedt in werking op dezelfde datum als het koninklijk besluit van 14 september 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, met uitzondering van : - artikel 9, dat uitwerking heeft met ingang van 22 juni 1991; - de artikelen 8, § 1, en 10, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 1994; - artikel 11, dat uitwerking heeft met ingang van 1 juni 1994; - artikel 12, dat uitwerking heeft met ingang van 1 september 1995.
Art. 19.§ 1. De weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden die werden opgenomen in artikel 11, § 3, van het koninklijk besluit van 6 juni 1991 houdende inrichting, werking en statuut van het personeel van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen worden vervangen door de weddeschalen vermeld in de artikelen 9, 11 en 12 op de data bedoeld in artikel 18. § 2. Artikel 11, § 3, van het koninklijk besluit van 6 juni 1991 houdende inrichting, werking en statuut van het personeel van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen wordt opgeheven.
Art. 20.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 juni 1997.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld