Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 december 2021
gepubliceerd op 22 februari 2022

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren, ter vastlegging van het kader voor levenslang leren en duaal leren

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2021022609
pub.
22/02/2022
prom.
23/12/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 DECEMBER 2021. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren, ter vastlegging van het kader voor levenslang leren en duaal leren (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren, ter vastlegging van het kader voor levenslang leren en duaal leren.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 december 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2021 Vastlegging van het kader voor levenslang leren en duaal leren (Overeenkomst geregistreerd op 25 juni 2021 onder het nummer 165626/CO/202) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de bedienden en de leerlingen van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren (PC 202), met uitzondering van de werkgevers en de bedienden die vallen onder het toepassingsgebied van het Paritair Subcomité voor de middelgrote levensmiddelenbedrijven (PSC 202.01). HOOFDSTUK II. - Nationale coördinatie

Art. 2.§ 1. De sociale partners zullen de initiatieven van de gewesten en de gemeenschappen op het vlak van opleiding voor de handel coördineren op nationaal vlak, binnen de Werkgroep Opleiding van de paritaire comités 202/311/312. § 2. De sociale partners zullen erover waken dat er evenredige aandacht en inspanningen uitgaan naar de drie paritaire comités. § 3. De sociale partners zullen erover waken dat er evenredige aandacht en inspanningen uitgaan naar grote, middelgrote en kleine ondernemingen en hun werknemers. § 4. De sociale partners zullen de subsidiemogelijkheden op het vlak van opleiding in de 3 gewesten en de 3 gemeenschappen nagaan. HOOFDSTUK III. - Kader voor levenslang leren voor werknemers

Art. 3.§ 1. Het sectoraal opleidingsaanbod vanuit de sociale fondsen 202/311/312 zal, binnen de daartoe voorziene budgetten, uitgebreid worden. Een aantal generieke opleidingen, zij het fysiek of digitaal, op het vlak van omgaan met agressie, digitalisering van de job, omgaan met verandering (consumenten/job inhoud), ergonomie, enz. zullen aan de werknemers van de sector aangeboden worden, binnen het eerder vastgelegde kader. § 2. In 2022 zal er binnen dit kader ook een sectorale mentoropleiding aangeboden worden, waarvoor een officiële erkenning bij de gewestelijke overheden aangevraagd zal worden.

Art. 4.De Erkenning van Verworven Competenties (EVC) in de 3 gewesten zal verder aangemoedigd worden in de sector, binnen de wettelijke bepalingen. HOOFDSTUK IV. - Kader voor duaal leren voor leerlingen

Art. 5.§ 1. Het duaal leren (deels les volgen in een onderwijsinstelling/opleidingscentrum en deels competenties aanleren op de werkvloer) zal verder ontwikkeld worden in de sector en dat in de 3 gemeenschappen (Vlaamse Gemeenschap, Franse Gemeenschap en Duitstalige Gemeenschap). § 2. Dit zal steeds gebeuren binnen het daartoe voorziene wettelijke kader op het vlak van vergoeding voor de leerling, verplichte mentor, bepalingen op het vlak van arbeidsduur en vakantie, enz. (cf. overzicht op dit ogenblik in bijlage). Bijkomend wordt voor de handelssector bepaald dat de mentor geen uitzendkracht, student of werknemer met een contract van bepaalde duur kan zijn. § 3. Bedrijven zullen een erkenning moeten aanvragen voor duaal leren, volgens de wettelijke bepalingen, in een tripartite Stuurgroep Duaal leren. § 4. Het stelsel van duaal leren is niet bedoeld om vast personeel te vervangen. De leerlingen worden goed omkaderd in de onderneming (minimum aantal vaste personeelsleden in de winkel, opvolging door de mentor, bijvoorbeeld) en zullen een kwaliteitsvolle opleiding genieten. § 5. Vanaf de ondertekening van deze overeenkomst, worden voorafgaandelijk de ondernemingsraden geconsulteerd over de aanpak en omkadering van het duaal leren in de onderneming. Daarna wordt een jaarlijkse opvolging voorzien. § 6. In het Paritair Comité 202 voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren gaat het voor de leerlingen steeds om een bediendeopleiding (en geen arbeidersopleiding).

Art. 6.§ 1. De sociale partners zullen de overheden verzoeken om de vergaderingen te bundelen tot in principe 1 Stuurgroep per kwartaal, waarop de sectorconsulenten en overheidspartners (onderwijs, administraties,...) uitgenodigd zullen worden (bijvoorbeeld Vlaamse Stuurgroep in de voormiddag en Franstalige Stuurgroep in de namiddag). § 2. Een coördinatie met de andere doelgroepen in de handel (PC 119 arbeiders voedingshandel en PC 201/202.01 bedienden zelfstandige kleinhandel) is hierbij aangewezen. De 3 doelgroepen zouden na elkaar in de Vlaamse Stuurgroep kunnen vergaderen en vervolgens na elkaar in de Franstalige Stuurgroep. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 7.Er wordt een opvolgingscomité over opleiding opgericht in de schoot van het paritair comité, teneinde de opvolging te voorzien van deze overeenkomst, de impact en het aantal deelnemers in uitvoering van de convenanten met de gewesten, over voortgezette opleiding en duaal leren. Het comité vergadert minstens eenmaal per jaar.

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst gaat in op 1 januari 2021 en loopt tot 31 december 2022. Eind 2022 zal een evaluatie voorzien worden.

Art. 9.Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités worden, voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de, door de voorzitter en de secretaris ondertekende en door de leden goedgekeurde notulen van de vergadering.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 december 2021.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

Bijlage 1 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren, ter vastlegging van het kader voor levenslang leren en duaal leren Omkadering duaal leren: wettelijke voorwaarden Duaal leren/Leren en werken Vlaanderen - Brussel Wettelijke verplichtingen Erkenning leerbedrijf per vestiging en per opleiding, erkenning is 5 jaar geldig Voorwaarden: -juiste organisatie en bedrijfsuitrusting om de opleiding te kunnen aanbieden; - voldoende financiële draagkracht hebben om de continuïteit van organisatie te garanderen; - geen veroordelingen die organisatie of leeromgeving van de student in gevaar brengen; - een mentor: van onberispelijk gedrag; minstens 25 jaar oud; minstens 5 jaar ervaring in het beroep; mentoropleiding verplicht gevolgd binnen de 12 maanden.

Overeenkomst tekenen - 3 partijen (leerling, onderneming, opleidingsverstrekker) OAO: Overeenkomst alternerend leren - voor jongeren die enerzijds aan de voltijdse leerplicht hebben voldaan en anderzijds de leeftijd van 25 jaar nog niet hebben bereikt.

De voltijdse leerplicht eindigt indien de leerling 15 jaar is en ten minste de eerste twee jaren van het secundair onderwijs heeft doorlopen ofwel indien hij 16 jaar is; - overeenkomst bepaalde duur van 1 tot 3 jaar; - leervergoeding (betaald door de werkgever) volgens vooropleiding van de leerling: - 471,50 EUR/maand: eerste opleidingsjaar als hij/zij 2de graad secundair onderwijs nog niet met succes beëindigd heeft; - 520,30 EUR/maand: 2de graad secundair onderwijs met succes beëindigd of eerste jaar van een alternerende opleiding met succes beëindigd; - 560,90 EUR/maand: 1ste jaar van derde graad secundair onderwijs met succes beëindigd of al twee opleidingsjaren van een alternerende opleiding met succes beëindigd, of opleidingsvorm 3 met succes beëindigd.

Als werkgever heb je bij het afsluiten van een OAO een aantal sociale verplichtingen: RSZ-aangifte, DIMONA-aangifte, arbeidsongevallenverzekering, preventie, welzijnswet, werkkledij, kosten woon-werkverkeer, vakantiedagen, gewaarborgde vergoeding (bij ziekte).

Betaalde vakantiedagen op basis van gepresteerde dagen in het vorige kalenderjaar: - overeenkomst beëindigen op vraag van leerling of onderneming: wettelijke reden schriftelijk meegedeeld aan trajectbegeleider (verzoeningsperiode 3 weken).

Voorwaarden werkplekleren: - competenties aanleren: ligt vast in standaardtraject, concreet opleidingsplan, activiteitenlijst; - minstens 20u per week gemiddeld op jaarbasis (3 dagen per schoolweek) in leerbedrijf; - arbeidsduur maximum 8u/dag, 40u/week (met inhaalrustdagen); - overwerk enkel "onvoorziene noodzakelijkheid - of dreigend ongeval voorkomen"; - rusttijden: 30 min. na 4,5u of 60 min. na 6u; - vrij op zondag en extra rustdag; - ...

Vakantie De uitvoering van de overeenkomst wordt geschorst tijdens de schoolvakantieweken. Onder bepaalde voorwaarden kan daarvan worden afgeweken (leeropportuniteiten). In dat geval wordt de afwijkende regeling opgenomen.

Jobstudent vs. OAO: Als een leerling een lopende OAO heeft dan kan hij/zij bij dezelfde onderneming geen studentenovereenkomst sluiten van september tot en met juni.

Voorwaarden mentor: - minstens 5 jaar praktijkervaring in het beroep; - ouder dan 25 jaar; - verplicht mentoropleiding volgen binnen één jaar na de erkenning.

Hij/zij kan vrijstelling krijgen indien in het bezit van een pedagogisch diploma of aangetoonde ervaring in het opleiden/begeleiden op organisatieniveau; - bewijs van onberispelijk gedrag model 596.2 (werken met minderjarigen).

Inhoud mentoropleiding: Tijdens een mentoropleiding leert men de nodige vaardigheden om leerlingen en stagiairs op te leiden op de werkvloer: - een opleidingsplan opstellen; - instructies geven; - afdoende communiceren; - vorderingen opvolgen; - feedback geven; - bijsturen; - evalueren.

Mentoropleiding heeft minimum duur van 8 uur (1 dag), fysiek of digitaal.

Een sectorale mentoropleiding bestaat nog niet voor de handel maar maakt deel uit van sectoraal partnerschap dat nu voorligt.

Hoeveel leerlingen per mentor Hangt af van het aantal werknemers in onderneming en vestiging, het aantal mentoren en van de sector. Per sector is namelijk afgesproken hoeveel leerlingen een mentor mag opleiden.

Raadpleeg hier(1) wat de situatie is voor jouw sector of neem contact op met je sectorconsulent.

Vlaams partnerschap 3 leerlingen/1 mentor PC 119: 3 leerlingen/1 mentor Bijkomende informatie Vlaams/Brussels Gewest: https://www.vlaanderen.be/leerlingen-uit-het-secundair-onderwijs-opleiden-op-de-werkplek/overeenkomsten/overeenkomst-vanalternerende-opleiding Waals/Brussels Gewest: https://www.formationalternance.be/file/VDM/VDM%2023% 2009%202020/20200908%20Vademecum20actualis%C323%.pdf https://www.securex.eu/lex-go.nsf/PrintReferences? OpenAgent&Cat3=50[N][N]8[N][N]8&Lang=FR Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 december 2021.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) "Leerling gezocht voor alternerend leren I Vlaanderen.be".

Bijlage 2 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2021, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren, ter vastlegging van het kader voor levenslang leren en duaal leren Omkadering duaal leren: wettelijke voorwaarden Duaal leren - Brussel/Wallonië Wettelijke verplichtingen Erkenning als leerbedrijf voor elke vestigingseenheid en elk beroep dat kan worden onderwezen in het kader van het duaal leren. Er kan een erkenning worden aangevraagd voor meer dan één vestigingseenheid tegelijk. De erkenning is geldig bij alle opleidingscentra (CEFA, IFAPME of SFPME) zonder beperking van duur.

Voorwaarden: - daadwerkelijk de beroepen uitoefenen waarvoor erkenning wordt aangevraagd; - ingeschreven zijn bij de Kruispuntbank van Ondernemingen; - in orde zijn met betrekking tot sociale en fiscale verplichtingen; - de erkenning is niet ingetrokken of geweigerd in het jaar dat aan de aanvraag voorafgaat; - aanwijzen van een mentor voor de betreffende opleiding.

Overeenkomst alternerend leren (tussen onderneming, opleidingsverstrekker en leerling) - toegang: minstens 15 jaar oud zijn en twee volledige schooljaren hebben gevolgd, zonder slaagvereiste, of 16 jaar oud zijn zonder studievoorwaarde. De maximumleeftijd voor toegang is 25 jaar, met uitzonderingen voor bepaalde opleidingen; - minimale duur van één jaar en van maximaal 6 jaar (of 3 maanden in geval van KEL - eenheden); - vergoeding (betaald door de werkgever) in functie van het competentieniveau van de leerling; - berekend op basis van het Gemiddeld Gewaarborgd Minimum Maandinkomen (GGMI) - 1 625,72 EUR (sinds 1 maart 2020); - elke leerling begint zijn cursus op A-niveau. De overgang naar het volgende niveau geschiedt in overleg met de mentor, in functie van het opleidingstraject: - Niveau A: 276,37 EUR/maand of 17 pct. van het GGMM; - Niveau B: 390,17 EUR/maand of 24 pct. van het GGMM; - Niveau C: 520,23 EUR/maand of 32 pct. van het GGMM. De leerling geniet andere voordelen indien deze uitdrukkelijk in de collectieve arbeidsovereenkomsten voorzien zijn voor de leerlingen.

De reiskosten naar de arbeidsplaats zijn ook ten laste van de werkgever.

De werkgever moet voor de leerling een DIMONA-verklaring invullen vóór de aanvang van de overeenkomst. De onderneming stelt ter beschikking: de ondersteuning door de mentor, gereedschap, werkkledij,...

Het werk - Opleidingsplan - competenties - werktijdregeling; - Gemiddelde arbeidsduur van minstens 20u/week op jaarbasis; - Wekelijkse arbeidsduur maximaal 38u (bepaalde sectoren 40u met toekenning van 12 dagen inhaalrust per jaar); - Dagelijkse arbeidsduur beperkt tot 8u; - Pauze na 4,5u of 6u; - Geen werk op zon- of feestdagen. - ...

Vakantie - minstens 3 opeenvolgende weken tussen mei en 31 oktober; - ondernemingen berekenen het aantal jaarlijkse betaalde vakantiedagen, bijgestaan door sociaal secretariaten; - 4 weken onbetaalde schoolvakantie tussen 1 januari en 31 december; - de leerling mag geen studentenovereenkomst sluiten met dezelfde of een andere werkgever tijdens de overeenkomst alternerend leren, met inbegrip tijdens ongeacht welke vakantieperiodes; - tijdens onbetaalde schoolvakanties kan uitzendwerk worden overeengekomen met een andere werkgever (niet in concurrentie).

Erkend mentor - beschikken over minstens 5 jaar ervaring in het beroep bedoeld in het opleidingsplan; minstens 20u/week werken; - houder zijn van een diploma of van een getuigschrift van pedagogische bekwaamheid, van een opleidingscertificaat van mentor of van een getuigschrift van bekwaamheid als mentor; - het bewijs kunnen voorleggen van onberispelijk gedrag (voor een activiteit op het gebied van onderwijs, medisch-sociale begeleiding, jeugdwerk, kinderbescherming, animatie of omkadering van minderjarigen).

Mentoropleiding (kosteloos bij het IFAPME) - rol als mentor; - de leerling motiveren; - de jongere positief evalueren; - beter begrijpen van het opleidingsstelsel waarin de leerling evolueert; - ervoor zorgen dat de leerling steeds stipt is; - voorkomen van contractbreuk.

Om door de sector te worden erkend hoeft de opleiding geen minimumduur te hebben maar moet zij tijdens de werkuren plaatsvinden.

Het aantal leerlingen per mentor (tegelijk in een erkende vestigingseenheid) Er is geen algemene interprofessionele norm voor opleidingscapaciteit.

Wanneer er een sectoraal akkoord is over een norm voor de opleidingscapaciteit, is deze verplicht.

Bij gebrek aan door het sectoraal fonds vastgestelde normen, wordt in de praktijk verwezen naar het kaderakkoord voor samenwerking waarin de norm is vastgelegd van maximaal 2 leerlingen per mentor tegelijk.

Bijkomende informatie Vlaams/Brussels Gewest: https://www.vlaanderen.be/leerlingen-uit-het-secundair-onderwijs-opleiden-op-de-werkplek/overeenkomsten/overeenkomst-vanalternerende-opleiding Waals/Brussels Gewest: https://www.formationalternance.be/file/VDM/VDM%2023% 2009%202020/20200908%20Vademecum20actualis%C323%.pdf Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 december 2021.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^