gepubliceerd op 20 december 2001
Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma 16-50-6 van de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 2001 en bestemd om de uitgaven betreffende de specifieke maatregelen voor de verjonging van de Strijdkrachten te dekken
22 NOVEMBER 2001. - Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma 16-50-6 van de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 2001 en bestemd om de uitgaven betreffende de specifieke maatregelen voor de verjonging van de Strijdkrachten te dekken
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 22 december 2000 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2001; inzonderheid op artikel 2.16.28;
Gelet op de wet van 27 juli 2001 houdende de eerste aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 2001;
Overwegende dat op het programma 16-50-6 van het wetsontwerp betreffende de aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2001 een provisioneel krediet is ingeschreven ten belope van 500 miljoen, bestemd tot dekking van de uitgaven van allerhande aard betreffende de specifieke maatregelen voor de verjonging van de Strijdkrachten;
Overwegende dat artikel 2.16.28 van de wet van 22 december 2000 houdende de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 2001 aan de Minister van Landsverdediging de toelating verleent, om mits akkoord van de Minister van Begroting, door middel van een koninklijk besluit, het interdepartementaal provisioneel krediet ingeschreven in het programma 16-50-6 volgens de behoeften naar de passende programma's te verdelen;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 november 2001;
Op de voordracht van Onze Minister van Landsverdediging, Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Een bedrag van 496 miljoen wordt afgenomen van het provisioneel krediet ingeschreven op het programma 16-50-6, onder de basisallocatie 50-61-0101 van de aangepaste algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2001 en wordt verdeeld naar de volgende basisallocaties : 489 miljoen voor de basisallocatie 16-50-01-1103 en 7 miljoen voor de basisallocatie 16-70-41-1103. Deze bedragen worden toegevoegd aan de voor het begrotingsjaar 2001 voorziene kredieten voor de betrokken programma's en basisallocaties om aldus de kosten tengevolge van de revalorisatie van de barema's van het militair personeel van de niveaus drie en vier te dekken.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en Onze Minister van Landsverdediging zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 november 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, Maatschappelijke Integratie en Sociale Economie, J. VANDE LANOTTE De Minister van Landsverdediging, A. FLAHAUT