22 JUNI 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 6 december 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 januari 2005 tot het bepalen van de nadere regels voor de toekenning van de verwarmingstoelage in het kader van het Sociaal Stookoliefonds

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°, en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op het ontwerp van officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 6 december 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 januari 2005 tot het bepalen van de nadere regels voor de toekenning van de verwarmingstoelage in het kader van het Sociaal Stookoliefonds, opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling bij het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit gevoegde tekst is de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 6 december 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 januari 2005 tot het bepalen van de nadere regels voor de toekenning van de verwarmingstoelage in het kader van het Sociaal Stookoliefonds.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 juni 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Bijlage FÖDERALER ÖFFENTLICHER PROGRAMMIERUNGSDIENST SOZIALEINGLIEDERUNG, ARMUTSBEKÄMPFUNG UND SOZIALWIRTSCHAFT 6. DEZEMBER 2005 - Königlicher Erlass zur Abänderung des Königlichen Erlasses vom 9.Januar 2005 zur Festlegung genauerer Regeln für die Gewährung der Heizkostenzulage im Rahmen des Heizölsozialfonds ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Aufgrund der Verfassung, insbesondere des Artikels 108;

Aufgrund des Programmgesetzes vom 27. Dezember 2004, insbesondere der Artikel 207, 208, 210 und 213, abgeändert durch das Gesetz vom 20.

Juli 2005 zur Festlegung verschiedener Bestimmungen;

Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 9. Januar 2005 zur Festlegung genauerer Regeln für die Gewährung der Heizkostenzulage im Rahmen des Heizölsozialfonds, abgeändert durch den Königlichen Erlass vom 10.

August 2005;

Aufgrund der Stellungnahme des Finanzinspektors vom 2. September 2005;

Aufgrund des Einverständnisses des Ministers des Haushalts vom 1.

Dezember 2005;

Aufgrund der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze über den Staatsrat, insbesondere des Artikels 3 § 1, ersetzt durch das Gesetz vom 4. Juli 1989 und abgeändert durch das Gesetz vom 4. August 1996;

Aufgrund der Dringlichkeit;

In der Erwägung, dass durch Artikel 203 und folgende des Programmgesetzes eine strukturelle Massnahme zur Gewährung einer Heizkostenzulage an bestimmte Kategorien von Personen mit geringem Einkommen eingeführt worden ist; dass am 1. September 2005 eine neue Heizperiode beginnt; dass das Gesetz vom 20. Juli 2005 am 31. August 2005 in Kraft tritt; dass der Preis eines Fasses Erdöl weiterhin ansteigt, dass dieser Preisanstieg sich auf den Preis des Heizöls auswirkt, erweist es sich als notwendig, den Betrag der im Rahmen des Heizölsozialfonds gewährten Zulagen anzupassen;

Auf Vorschlag Unseres Ministers der Sozialen Eingliederung und aufgrund der Stellungnahme Unserer Minister, die im Rat darüber beraten haben, Haben Wir beschlossen und erlassen Wir: Artikel 1 - Artikel 1 § 1 Absatz 1 des Königlichen Erlasses vom 9.

Januar 2005 zur Festlegung genauerer Regeln für die Gewährung der Heizkostenzulage im Rahmen des Heizölsozialfonds wird durch folgende Bestimmung ersetzt: « Artikel 1 - § 1 - Sobald der auf der Rechnung angegebene Preis pro Liter Heizöl als Massengut oder Propangas als Massengut den nachstehend festgelegten Grenzwerten entspricht oder sie überschreitet, wird der Betrag der Heizkostenzulage wie folgt festgelegt: - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,4000 EUR und weniger als 0,4250 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 3 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,4250 EUR und weniger als 0,4500 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 5 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,4500 EUR und weniger als 0,4750 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 7 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,4750 EUR und weniger als 0,5000 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 8 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,5000 EUR und weniger als 0,5250 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 9 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,5250 EUR und weniger als 0,5500 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 10 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,5500 EUR und weniger als 0,5750 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 11 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,5750 EUR und weniger als 0,6000 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 12 Cent pro Liter. - Wenn der in Rechnung gestellte Preis mindestens 0,6000 EUR pro Liter beträgt, beläuft sich die Zulage auf 13 Cent pro Liter. » Art. 2 - Vorliegender Erlass wird mit 31. August 2005 wirksam.

Art. 3 - Unser Minister, zu dessen Zuständigkeitsbereich die Soziale Eingliederung gehört, ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.

Gegeben zu Brüssel, den 6. Dezember 2005 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Sozialen Eingliederung Ch. DUPONT Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 22 juni 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL