gepubliceerd op 10 maart 1998
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 1997, gesloten in het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997 gesloten in het kader van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen
22 FEBRUARI 1998. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 1997, gesloten in het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997 gesloten in het kader van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 1997, gesloten in het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997 gesloten in het kader van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen.
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 februari 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, M. SMET
Bijlage Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 1997 Wijziging van collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997 gesloten in het kader van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Overeenkomst geregistreerd op 18 november 1997 onder het nummer 46012/CO/218) Het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) in naam van de werkgeversorganisaties vertegenwoordigd in het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden, het Algemeen Belgisch Vakverbond (ABVV), de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België (ACLVB), het Algemeen Christelijk Vakverbond van België (ACV), hebben tijdens de vergadering van het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor bedienden van 11 juni 1997, volgende collectieve arbeidsovereenkomst gesloten.
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en bedienden van de ondernemingen die ressorteren onder het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden.
Art. 2.Artikel 15 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997, gesloten in het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden, gesloten in het kader van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen wordt ingetrokken.
Art. 3.Er wordt een artikel 18bis ingevoegd in de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997 dat luidt als volgt : "
Art. 18bis.De werkgever kan, voor de bedienden die daadwerkelijk na 2 januari 1997 bij toepassing van artikel 17 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1995 op brugpensioen gaan, ten laste van het "Sociaal Fonds", de terugbetaling bekomen van de aanvullende vergoeding gedurende 3 jaar vanaf het ogenblik dat de betrokken bediende de leeftijd van 58 jaar bereikt heeft.
De terugbetaling van de aanvullende vergoeding wordt beperkt tot het bedrag dat is bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1994, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen.".
Art. 4.Artikel 20, § 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997 gesloten in het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor bedienden wordt vervangen door de volgende bepalingen. "
Art. 20.§ 4. Onverminderd de toepassing van de op leeftijd en/of anciënniteit gebaseerde annalen die voortvloeien uit een op ondernemingsvlak verworven loonschaal, zijn de voordelen bepaald in de vorige paragraaf niet van toepassing voor de bedienden die, tijdens de looptijd van huidige overeenkomst, volgens bedrijfseigen modaliteiten, effectieve verhogingen van het loon en/of andere voordelen toegekend kregen die ten minste gelijkwaardig zijn aan deze hierboven vermelde.
Deze verhogingen en/of voordelen van welke aard ook zijn per bediende voor hun brutowaarde aan te rekenen op de voordelen bepaald door huidige overeenkomst.
Indien de voordelen van welke aard ook niet op hun brutowaarde kunnen geschat en/of niet voor elke werknemer afzonderlijk kunnen worden berekend, kunnen zij worden aangerekend op de verplichtingen van § 3 supra, op voorwaarde dat : 1. in de onderneming met een vakbondsafvaardiging een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten wordt met alle vakbondsorganisaties die in de vakbondsafvaardiging vertegenwoordigd zijn en 2.in de andere ondernemingen een collectieve arbeidsovereenkomst ter goedkeuring aan het paritair comité wordt voorgelegd.".
Art.5. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft dezelfde geldigheidsduur als deze die ze wijzigt.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 februari 1998.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld