Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 maart 2018
gepubliceerd op 29 maart 2018

Koninklijk besluit betreffende de monsterneming en analyse op bouwproducten in het kader van de wet van 21 december 2013 tot uitvoering van de Verordening nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2018011511
pub.
29/03/2018
prom.
21/03/2018
ELI
eli/besluit/2018/03/21/2018011511/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 MAART 2018. - Koninklijk besluit betreffende de monsterneming en analyse op bouwproducten in het kader van de wet van 21 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2013 pub. 20/01/2014 numac 2014011012 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot uitvoering van de Verordening Nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen (1) sluiten tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2013 pub. 20/01/2014 numac 2014011012 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot uitvoering van de Verordening Nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen (1) sluiten tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen, artikel 3, § 2, 8° ;

Gelet op het advies van de Technische Commissie voor de Bouw, gegeven op 7 juni 2017;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 24 augustus 2017;

Gelet op advies 62.839/1 van de Raad van State, gegeven op16 februari 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de monsterneming en analyse op de bouwproducten die vallen onder het toepassingsgebied van de wet van 21 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2013 pub. 20/01/2014 numac 2014011012 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot uitvoering van de Verordening Nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen (1) sluiten tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit zijn alle definities van de voormelde Verordening (EU) nr. 305/2011 van toepassing en wordt verstaan onder : 1° "monster" : het aantal nodige stuks of nodige hoeveelheid met het oog op het uitvoeren van testen teneinde de prestaties van het bouwproduct met betrekking tot één of meerdere essentiële kenmerken te bepalen;2° "testmethode" : methode vastgelegd in de geharmoniseerde technische specificatie om de prestatie met betrekking tot een essentieel kenmerk te bepalen;3° "accreditatienorm" : geharmoniseerde norm bestemd voor laboratoria, waarvan de referentie is gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie, en bestemd voor accreditatiedoeleinden van de aangemelde instanties;4° "controleur" : ambtenaar aangeduid in uitvoering van het koninklijk besluit van 24 april 2014 tot aanduiding van de ambtenaren belast met het toezicht op de uitvoering van de wet van 21 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2013 pub. 20/01/2014 numac 2014011012 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot uitvoering van de Verordening Nr. 305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen (1) sluiten tot uitvoering van de Verordening (EU) nr.305/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad, en tot opheffing van diverse bepalingen.

Art. 3.De controleur bepaalt zelf de omvang van het te nemen monster op de plaats van monsterneming rekening houdende met de vereisten van de testmethode, tenzij hij hiervan afwijkt bij een met redenen omklede beslissing.

De controleur neemt twee monsters, tenzij dit niet mogelijk is door de beperkte hoeveelheid die beschikbaar is. Het ene monster is bestemd voor analyse in een testlaboratorium, het tweede monster wordt ter beschikking van de marktdeelnemer bewaard voor een eventuele tegenanalyse. In de gevallen die hij zelf bepaalt, kan de controleur het tweede monster echter ter plaatse verzegeld achterlaten laten onder de verantwoordelijkheid van de marktdeelnemer.

Indien de geselecteerde monsters niet beschikbaar zijn op de plaats van monsterneming, of omwille van praktische redenen, kan de controleur de te testen monsters bestellen voorafgaand aan de monsterneming of levering.

Indien het omwille van de aard van het monster niet mogelijk is om het naar een testlaboratorium te brengen, dan worden de twee monsters ter plaatse gelaten en worden de testen, indien mogelijk, ter plaatse uitgevoerd door het aangeduide testlaboratorium.

De kosten met betrekking tot de geselecteerde monsters, met name hun kost- of marktprijs en eventueel de opslag- of transportkosten, zijn ten laste van de eigenaar.

Art. 4.De controleur voorziet de monsters van een unieke identificatie, en indien mogelijk, worden deze zodanig verzegeld dat vervanging, wegneming of wijziging ervan uitgesloten is.

De zegel wordt slechts verwijderd bij analyse van de monsters.

Art. 5.De controleur deelt aan de persoon die de marktdeelnemer vertegenwoordigt mee, ingeval hij aanwezig is : 1° dat het monster bestemd voor tegenanalyse te zijner beschikking blijft voor het overmaken aan een testlaboratorium;2° dat hij binnen een vastgestelde termijn een tegenanalyse kan laten uitvoeren in een testlaboratorium naar keuze dat voldoet aan de criteria vastgelegd in artikel 7;3° dat de tegenanalyses betrekking moeten hebben op de essentiële kenmerken, meegedeeld door de controleur;4° dat de transportkosten van het monster naar het testlaboratorium en de kosten van de tegenanalyse ten laste vallen van de marktdeelnemer. Ingeval het belangrijk is voor de marktdeelnemer dat hij de tegenanalyse kan aanvangen vooraleer het analyseresultaat gekend is, deelt de controleur hem de uiterste termijn mee waarbinnen de eventuele tegenanalyse moet worden aangevat. Deze gegevens worden geacteerd in het proces-verbaal.

Art. 6.§ 1. Bij het nemen van een monster wordt onmiddellijk ter plaatse een proces-verbaal opgesteld met daarin minstens volgende vermeldingen : 1° de naam, voornaam en hoedanigheid van de controleur en het adres van de administratie waartoe hij behoort;2° de datum waarop en het adres waar de monsters genomen worden en zo de monsters tijdens het vervoer ervan genomen zijn, wordt de identificatie van het vervoermiddel aangegeven;3° de naam, de voornaam en de hoedanigheid van de persoon aanwezig tijdens de monsterneming;4° de beschrijving van de monsters en het aantal stuks of de hoeveelheid die elk monster bevat;5° de unieke identificatie van de monsters en de wijze van verzegeling;6° de informatie vermeld in artikel 5, indien van toepassing. § 2. Het proces-verbaal wordt ondertekend door de controleur die het monster genomen heeft en door de persoon aanwezig tijdens de monsterneming. Indien deze laatste weigert te tekenen, wordt daarvan melding gemaakt in het proces-verbaal. § 3. Aan de persoon aanwezig tijdens de monsterneming, wordt een afschrift van het proces-verbaal overhandigd.

Indien deze laatste niet de eigenaar van het monster is of indien deze de eigenaar niet vertegenwoordigt, wordt aan de eigenaar, indien gekend, binnen een termijn van dertig dagen na monstername een afschrift van het proces-verbaal bezorgd.

Art. 7.De administratie waartoe de controleur behoort, verstuurt naar het testlaboratorium de aanvraag waarin de testvereisten vermeld zijn.

Het aangeduide testlaboratorium : 1° is geaccrediteerd overeenkomstig de accreditatienorm of genotificeerd voor de uit te voeren testen;of bij ontstentenis, 2° is geaccrediteerd overeenkomstig de accreditatienorm of genotificeerd voor aanverwante testen;of bij ontstentenis, 3° beschikt over een erkenning of is gecertificeerd in het domein;of bij ontstentenis, 4° past de code van goede praktijken in het domein toe;of bij ontstentenis, 5° is bekwaam op basis van andere technische criteria zoals ervaring in het domein. Het laboratorium verstuurt het rapport naar de administratie waartoe de controleur behoort, alsmede het monster in het geval het niet vernietigd is door het testen ervan.

Art. 8.Op zijn vraag en op zijn kosten zullen de monsters worden teruggegeven aan de marktdeelnemer of de eigenaar, behalve in het geval dat uit de analyse gebleken is dat er een aanwijzing van inbreuk is of in het geval de monsters vernietigd zijn door het testen ervan.

Geen enkele vergoeding kan geëist worden voor de eventuele veroorzaakte schade aan de monsters ingevolge de analyse.

Ingeval na analyse de zaak aan de procureur des Konings is overgezonden, worden de monsters ter beschikking gehouden van het gerecht.

Art. 9.De kosten voor de testen met betrekking tot de essentiële kenmerken, waarvoor de prestaties niet conform bevonden worden met deze die aangegeven zijn, zijn ten laste van de marktdeelnemer.

Art. 10.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 maart 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, K. PEETERS

^