gepubliceerd op 15 september 1999
Koninklijk besluit tot oprichting van paritaire subcomités voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp en tot vaststelling van hun benaming en hun bevoegdheid
21 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot oprichting van paritaire subcomités voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp en tot vaststelling van hun benaming en hun bevoegdheid (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op de artikelen 8 en 37;
Gelet op het koninklijk besluit van 4 oktober 1971 houdende oprichting van het Paritair Comité voor de gezins- en bejaardenhelpsters en tot vaststelling van het aantal leden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 september 1973 en 12 december 1991;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp tot oprichting van paritaire subcomités;
Gelet op het advies van het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp betreffende het ressort van de paritaire subcomités;
Gelet op het eensluidend advies van het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp betreffende de goedkeuring, door dit comité, van de collectieve arbeidsovereenkomsten die in de paritaire subcomités gesloten zijn;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat in de huidige stand van de collectieve onderhandelingen het noodzakelijk is gebleken om zonder verwijl over te gaan tot de oprichting van paritaire subcomités binnen het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, ten einde de harmonieuze ontwikkeling van het sociaal overleg te bevorderen en sociale onrust te voorkomen;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Er worden paritaire subcomités opgericht, genaamd « Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap » en « Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap ».
Art. 2.Het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap is bevoegd voor de werknemers in het algemeen en hun werkgevers, te weten de diensten gesubsidieerd door het Waalse Gewest, de Franse of Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissies van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest of de Duitstalige Gemeenschap.
Het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap is bevoegd voor de werknemers in het algemeen en hun werkgevers, te weten de diensten gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of de Vlaamse Gemeenschaps-commissie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 3.De collectieve arbeidsovereenkomsten, gesloten in de bij artikel 1 opgerichte paritaire subcomités, moeten niet door het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp worden goedgekeurd.
Art. 4.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 juni 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 4 oktober 1971, Belgisch Staatsblad van 28 oktober 1971.
Koninklijk besluit van 14 september 1973, Belgisch Staatsblad van 25 oktober 1973.
Koninklijk besluit van 12 december 1991, Belgisch Staatsblad van 20 december 1991.