gepubliceerd op 28 juni 2006
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg
20 JUNI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat ik de eer heb aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen, beoogt de omzetting in Belgisch recht van de Richtlijn 2004/54/EG van 29 april 2004 inzake minimumveiligheidseisen voor tunnels in het trans-Europese wegennet.
Deze Richtlijn beoogt een minimum veiligheidsniveau te verzekeren voor weggebruikers in tunnels van het trans-Europese wegennet door de preventie van kritische gebeurtenissen die mensenlevens, milieu en tunnelinstallaties in gevaar kunnen brengen, en door bescherming te bieden bij ongevallen.
Zij is van toepassing op alle tunnels in het trans-Europese wegennet van meer dan 500 meter lang, ongeacht of deze in gebruik, in aanbouw, dan wel in de ontwerpfase zijn.
Deze Richtlijn beoogt het bereiken van een uniform, constant en hoog niveau van bescherming voor weggebruikers in wegtunnels.
Het gaat hier meer specifiek om de omzetting in het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het gebruik van de openbare weg, van de bepalingen van de richtlijn betreffende de verkeerstekens voor tunnels.
De bepalingen van deze richtlijn tot beveiliging van het verkeer in de tunnels, die vanzelfsprekend bijdragen tot de doelstelling van de wetgever en de regering inzake verkeersveiligheid, meer bepaald het drastisch verminderen van het aantal doden en gewonden op de wegen tegen 2006, moesten omgezet zijn voor 30 april 2006.
Het plaatsen van verkeerstekens in tunnels maakt deel uit van deze maatregelen.
Om dit objectief te bereiken worden verschillende verkeersborden in het koninklijk besluit ingevoegd.
Het zijn aanwijzende verkeersborden die in meerderheid de veiligheidsvoorzieningen aanduiden die ter beschikking staan van de tunnelgebruikers (hulpposten, verkeersborden en -tekens, uitwijkplaatsen, nooduitgangen, in voorkomend geval de heruitzending van radiosignalen).
Speciale verkeersborden worden gebruikt ter aanduiding van alle veiligheidsvoorzieningen voor tunnelgebruikers.
Deze verkeersborden worden in dit besluit beschreven.
Hierna volgt een bespreking van de voorgestelde wijzigingen.
Artikel 2.- Dit artikel voegt een verkeersbord « tunnel » in dat aan elke ingang van een tunnel met een lengte van meer dan 500 meter wordt geplaatst.
De lengte van de tunnel wordt aangeduid op een onderbord.
De naam van de tunnel mag ook worden aangegeven.
Artikel 3.- Dit artikel voegt verkeersborden in die de nooduitgangen in de tunnels aanduiden.
De nooduitgangen leiden, in geval van ongeval of brand, de gebruikers zonder hun auto naar een veilige plaats buiten de tunnel. De hulpdiensten kunnen ook gebruik maken van de nooduitgangen om de tunnel te voet te bereiken.
Artikel 4.- Verkeersborden duiden de vluchtroutes aan om de tunnel in alle veiligheid te verlaten.
De twee dichtstbijzijnde nooduitgangen worden aangeduid door middel van deze verkeersborden die op de tunnelwanden aangebracht zijn.
Artikel 5.- Een verkeersbord duidt aan dat de hulpposten in de tunnels met een brandblusapparaat uitgerust zijn.
Artikel 6.- Een aanwijzingsbord duidt aan dat de hulppost in de tunnel met een noodtelefoon uitgerust is.
Artikel 7.- Dit artikel voegt een verkeersbord in dat de ligging van een vluchthaven aanduidt. Voertuigen kunnen er bij nood stilstaan.
Bestuurders vinden er een hulppost met veiligheidsvoorzieningen zoals een noodtelefoon en een brandblusapparaat.
Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Mobiliteit, R. LANDUYT
20 JUNI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, inzonderheid op artikel 1, eerste lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer inzonderheid op artikel 71, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 23 juni 1978, 8 april 1983, 17 september 1988, 20 juli 1990, 1 februari 1991, 18 september 1991, 16 juli 1997, 9 oktober 1998, 17 oktober 2001 en 4 april 2003;
Gelet op de omstandigheid dat de gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit betrokken zijn;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën gegeven op 26 april 2006;
Gelet op het advies nr. 40.470/4 van de Raad van State, gegeven op 12 juni 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Dit besluit strekt tot de gedeeltelijke omzetting van de Richtlijn 2004/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake minimumveiligheidseisen voor tunnels in het trans-Europese wegennet.
Art. 2.In artikel 71 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 23 juni 1978, 8 april 1983, 17 september 1988, 20 juli 1990, 1 februari 1991, 18 september 1991, 16 juli 1997, 9 oktober 1998, 17 oktober 2001 en 4 april 2003, wordt een verkeersbord F 8 ingevoegd : « F 8 Tunnel. » Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld « Tunnel met een lengte van meer dan 500 meter.
Op onderborden wordt de lengte van de tunnel en eventueel zijn naam aangeduid. »
Art. 3.In artikel 71 van hetzelfde besluit wordt een verkeersbord F 52 ingevoegd : « F 52 Aankondiging van een nooduitgang in tunnels. » Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 4.In artikel 71 van hetzelfde besluit wordt een verkeersbord F 52bis ingevoegd : « F 52bis Vluchtroute : aankondiging van de dichtstbijzijnde nooduitgang, in de aangeduide richting, in tunnels. De afstand in meter is aangeduid op het verkeersbord. » Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 5.In artikel 71 van hetzelfde besluit wordt een verkeersbord F 56 ingevoegd : « F 56 Brandblusapparaat. » Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 6.In artikel 71 van hetzelfde besluit wordt een verkeersbord F 62 ingevoegd : « F 62 Noodtelefoon. » Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 7.In artikel 71 van hetzelfde besluit wordt een verkeersbord F 98 ingevoegd : « F 98 Vluchthaven » Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Een onderbord met volgende symbolen duidt aan dat de vluchthaven uitgerust is met een noodtelefoon en een brandblusser.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 8.Dit besluit treedt in werking twee maanden nadat het in het Belgisch Staatsblad werd bekendgemaakt.
Art. 9.Onze Minister van Mobiliteit is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 juni 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit, R. LANDUYT