Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 20 juli 2004
gepubliceerd op 23 december 2004

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 oktober 2002 tot regeling van de samenstelling en de werking van de Raad voor Dierenwelzijn

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2004022784
pub.
23/12/2004
prom.
20/07/2004
ELI
eli/besluit/2004/07/20/2004022784/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 JULI 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 oktober 2002 tot regeling van de samenstelling en de werking van de Raad voor Dierenwelzijn


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, inzonderheid op de artikelen 31 en 32;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het nodig is om binnen de Raad voor Dierenwelzijn de aanwezigheid van de dierenbescherming te versterken en de vertegenwoordiging van de verenigingen die actief zijn op het gebied van de dierenasielen veilig te stellen;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volks- gezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het artikel 2 van het koninklijk besluit van 7 oktober 2002 tot regeling van de samenstelling en de werking van de Raad voor Dierenwelzijn wordt vervangen door een artikel luidend als volgt :

Art. 2.Buiten de Voorzitter, bestaat de Raad uit ten hoogste 18 leden. De Raad omvat evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden.

Volgende verdeling wordt in acht genomen : § 1. Vanwege de dierenbeschermingsverenigingen : 1° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Nationale Raad voor Dierenbescherming »; 2° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Nationale Vereniging voor Dierenbescherming »; 3° één lid voorgesteld door de v.z.w. « GAIA »; 4° één lid voorgesteld door de v.z..w. « Koninklijk Belgisch Verbond voor de Bescherming van de Vogels »; 5° één lid voorgesteld door de « Stichting Prins Laurent »; 6° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Animaux en péril »; 7° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Dieren in Nood ». § 2. Vanwege de verenigingen van gebruikers en fokkers van dieren : 1° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Belgische beroepsfederatie van handelaars in vogels, gezelschapsdieren en toebehoren » (ANDIBEL); 2° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Nationale Raad van Dierenkwekers en Liefhebbers »; 3° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Koninklijke Maatschappij Sint-Hubertus »; 4° één lid voorgesteld door de Nationale Landbouwraad. § 3. Vanwege de verbruikersverenigingen : 1° één lid voorgesteld door het Onderzoeks- en Informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties (OIVO). § 4. Vanwege de beroepsverenigingen van dierenartsen : 1° één lid voorgedragen door de v.z.w. « Union professionnelle vétérinaire », in afwisseling met een lid voorgedragen door de v.z.w. « Vlaamse Dierenartsen Vereniging »; 2° één lid voorgesteld door de v.z.w. « Dierenartsen Belangen - Interêts vétérinaires ». § 5. Vanwege de wetenschappelijke sector : 15° vijf deskundigen uit de universitaire wereld.»

Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, wordt in fine het volgend lid toegevoegd : « De verenigingen bedoeld onder het artikel 2, § 1, 1° tot 5°, §§ 2, 3 en 4, 2°, stellen aan de Minister een Franstalig lid en een Nederlandstalig lid voor. »

Art. 3.Aan hetzelfde besluit wordt artikel 5bis toegevoegd, opgesteld als volgt : «

Artikel 5bis.Op voorstel van de in art. 2, § 5, 15° bedoelde universitaire deskundigen kan de Raad een werkgroep oprichten. Deze werkgroep moet evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden omvatten.

Een werkgroep omvat maximum tien personen, al dan niet lid van de Raad. De werkgroep moet vertegenwoordigers omvatten van het geheel van de personen die bij de door de werkgroep behandelde problematiek betrokken zijn. »

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Art. 5.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 juli 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^