gepubliceerd op 27 mei 2003
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen, betreffende het brugpensioen op 58 jaar
20 JANUARI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen, betreffende het brugpensioen op 58 jaar (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen, betreffende het brugpensioen op 58 jaar.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 januari 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 januari 1975.
Bijlage Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 mei 2001 Brugpensioen op 58 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 10 augustus 2001 onder het nummer 58496/CO/303.03) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen.
Onder "werknemers" verstaat men : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendenpersoneel. HOOFDSTUK II. - Brugpensioen op 58 jaar
Art. 2.De brugpensioenleeftijd, bepaald in artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, wordt vanaf 1 januari 2002 tot 30 juni 2003 verlaagd tot 58 jaar voor de werknemers met een beroepsloopbaan van 25 jaar en 10 jaar ononderbroken anciënniteit in de sector.
Art. 3.De aanvullende vergoeding ten laste van de werkgever is gelijk aan de helft van het verschil tussen het netto maandloon en de normale werkloosheidsuitkering.
Het laatste bruto maandloon voor een volledige maand, berekend en geplafoneerd volgens de bepalingen voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad wordt als refertemaand genomen voor de berekening van het laatste netto maandloon. Voor de vaststelling van het netto maandloon wordt voor de werklieden en werksters de inhouding van de sociale zekerheid berekend op 100 pct. van het loon en niet op 108 pct.
Het laatste bruto maandloon omvat enerzijds de wedde van de laatste volledige kalendermaand en de contractuele premies die rechtstreeks verbonden zijn aan de door de werknemer verrichte prestaties waarop de inhouding voor sociale zekerheid worden gedaan en waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt.
Op deze bijkomende vergoeding worden desgevallend de wettelijke inhoudingen verricht.
Art. 4.De regeling van dit conventioneel brugpensioen geldt voor de werknemers van 58 jaar en ouder en die, rekening houdend met de in de collectieve arbeidsovereenkomst nr 17 van de Nationale Arbeidsraad voorziene overlegprocedure, worden ontslagen, behalve om dringende redenen.
De datum die in acht moet worden genomen om de leeftijd en de anciënniteitsvoorwaarden te bepalen is deze waarop de arbeidsovereenkomst effectief verstrijkt.
De opzeggingstermijnen zijn deze die bepaald zijn overeenkomstig de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2002 en treedt buiten werking op 30 juni 2003.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 januari 2003.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX