Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 oktober 2005
gepubliceerd op 25 november 2005

Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 31 augustus 2005 houdende maatregelen tot verhoging van de operationele capaciteit van de politiediensten

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2005000664
pub.
25/11/2005
prom.
19/10/2005
ELI
eli/besluit/2005/10/19/2005000664/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 OKTOBER 2005. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 31 augustus 2005 houdende maatregelen tot verhoging van de operationele capaciteit van de politiediensten


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°, en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op het ontwerp van officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 31 augustus 2005 houdende maatregelen tot verhoging van de operationele capaciteit van de politiediensten, opgemaakt door de Centrale Dienst voor Duitse vertaling bij het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit gevoegde tekst is de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 31 augustus 2005 houdende maatregelen tot verhoging van de operationele capaciteit van de politiediensten.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 oktober 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

Bijlage FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST JUSTIZ UND FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST INNERES 31. AUGUST 2005 - Königlicher Erlass zur Festlegung von Massnahmen zur Erhöhung der Einsatzkapazität der Polizeidienste ALBERT II, Konig der Belgier, Allen Gegenwartigen und Zukunftigen, Unser Gruss! Aufgrund des Gesetzes vom 7.Dezember 1998 zur Organisation eines auf zwei Ebenen strukturierten integrierten Polizeidienstes, insbesondere des Artikels 121;

Aufgrund des Protokolls Nr. 118 des Verhandlungsausschusses für die Polizeidienste vom 10. Dezember 2003 über die Versammlungen vom 12.

November 2003 und 10. Dezember 2003;

Aufgrund der Stellungnahme des Finanzinspektors vom 14. Mai 2004;

Aufgrund der Stellungnahme des Bürgermeisterbeirats vom 6. Oktober 2004;

Aufgrund des Einverständnisses Unseres Ministers des Haushalts vom 2.

Dezember 2004;

Aufgrund des Einverständnisses Unseres Ministers des Öffentlichen Dienstes vom 20. August 2004;

Aufgrund des Gutachtens 38.153/2 des Staatsrates vom 14. März 2005;

Auf Vorschlag Unseres Ministers der Justiz und Unseres Ministers des Innern Haben Wir beschlossen und beschliessen Wir: Artikel 1 - Das Personalmitglied des Einsatzkaders eines lokalen Polizeikorps, das ein Personalmitglied, das in der vom Generaldirektor des Personals aufgestellten Liste der Personalmitglieder der föderalen Polizei, die eine Verwaltungs- und logistische Funktion ausüben, aufgeführt ist, während eines Praktikums in einem lokalen Polizeikorps begleitet, erhält eine Zulage, deren Betrag dem in Artikel XI.III.25 RSPol erwähnten Betrag entspricht, für jeden Tag, an dem er tatsächlich als Praktikumsmentor aufgetreten ist. In diesem Rahmen kann nur ein Personalmitglied pro Tag als Praktikumsmentor eines begleiteten Personalmitglieds auftreten und dauert das Praktikum höchstens drei Monate.

Art. 2 - Die aufgrund von Artikel 1 gezahlte Zulage geht zu Lasten der föderalen Polizei. Die Gemeinde oder die Mehrgemeindepolizeizone, der der Praktikumsmentor angehört, zahlt als Arbeitgeber die geschuldeten Beträge und beantragt dann nach Abschluss des Praktikums die Rückerstattung bei der föderalen Polizei.

Art. 3 - Wenn ein lokales Polizeikorps vor dem 1. April 2007 ein in der in Artikel 1 erwähnten Liste aufgeführtes Personalmitglied durch Mobilität einstellt, übernimmt die föderale Polizei dessen Gehalt, wie in Artikel XI.I.3 Nr. 1 RSPol erwähnt, während der ersten sechs Monate nach der Einsetzung. Die Gemeinde oder die Mehrgemeindepolizeizone zahlt als Arbeitgeber die geschuldeten Beträge und beantragt alle drei Monate die Rückerstattung bei der föderalen Polizei.

Art. 4 - Vorliegender Erlass wird mit 1. Januar 2005 wirksam.

Art. 5 - Unser Minister der Justiz und Unser Minister des Innern sind, jeder für seinen Bereich, mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.

Gegeben zu Brüssel, den 31. August 2005 ALBERT Von Königs wegen: Die Ministerin der Justiz Frau L. ONKELINX Der Minister des Innern P. DEWAEL Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 oktober 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

^