19 MEI 1998. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 22 december 1997 waarbij sommige producten van dierlijke oorsprong in verband met overdraagbare spongiforme encefalopathieën schadelijk worden verklaard en van het ministerieel besluit van 9 januari 1998 houdende wijziging van het ministerieel besluit van 4 juli 1997 inzake sommige spoedmaatregelen ter bescherming tegen boviene spongiforme encefalopathie (B.S.E.)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1° en § 3, vervangen door de wet van 18 juli 1990;

Gelet op de ontwerpen van officiële Duitse vertaling - van het koninklijk besluit van 22 december 1997 waarbij sommige producten van dierlijke oorsprong in verband met overdraagbare spongiforme encefalopathieën schadelijk worden verklaard, - van het ministerieel besluit van 9 januari 1998 houdende wijziging van het ministerieel besluit van 4 juli 1997 inzake sommige spoedmaatregelen ter bescherming tegen boviene spongiforme encefalopathie (B.S.E.), opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling van het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De bij dit besluit respectievelijk in bijlagen 1 en 2 gevoegde teksten zijn de officiële Duitse vertaling : - van het koninklijk besluit van 22 december 1997 waarbij sommige producten van dierlijke oorsprong in verband met overdraagbare spongiforme encefalopathieën schadelijk worden verklaard, - van het ministerieel besluit van 9 januari 1998 houdende wijziging van het ministerieel besluit van 4 juli 1997 inzake sommige spoedmaatregelen ter bescherming tegen boviene spongiforme encefalopathie (B.S.E.).

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 mei 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. TOBBACK

Bijlage 1 MINISTERIUM DER SOZIALEN ANGELEGENHEITEN, DER VOLKSGESUNDHEIT UND DER UMWELT 22. DEZEMBER 1997 - Königlicher Erlass zur Erklärung der Schädlichkeit bestimmter Erzeugnisse tierischen Ursprungs angesichts der Möglichkeit der Ubertragung transmissibler spongiformer Enzephalopathien ALBERT II., König der Belgier, Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Aufgrund des Gesetzes vom 5. September 1952 über die Fleischbeschau und den Handel mit Fleisch, insbesondere des Artikels 13, abgeändert durch die Gesetze vom 15. April 1965 und 27. Mai 1997;

Aufgrund der Entscheidung 97/534/EG der Kommission der Europäischen Union vom 30. Juli 1997 über das Verbot der Verwendung von Material angesichts der Möglichkeit der |$$|AdUbertragung transmissibler spongiformer Enzephalopathien;

Aufgrund der Stellungnahme des Rates für Veterinärexpertise vom 25.

November 1997;

Aufgrund der Dringlichkeit, begründet durch den Umstand, dass das Risiko einer bertragung des Erregers von boviner spongiformer Enzephalopathie (BSE) auf den Menschen oder auf andere Tiere nicht ausgeschlossen werden kann, und aufgrund der Tatsache, dass es infolgedessen notwendig ist, - unter Berücksichtigung der Zeit, die die Betreffenden benötigen, um den neuen Bestimmungen nachzukommen, - die Rechtsvorschriften anzupassen, so dass Teile oder Erzeugnisse von Tieren mit Anzeichen einer transmissiblen spongiformen Enzephalopathie nicht in die Nahrungsmittelkette gelangen können;

Aufgrund des Gutachtens des Staatsrates vom 11. Dezember 1997 in Anwendung von Artikel 84 Absatz 1 Nr. 2 der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze über den Staatsrat, ersetzt durch das Gesetz vom 4. August 1996; Auf Vorschlag Unseres Ministers der Volksgesundheit, Haben Wir beschlossen und erlassen Wir:

Artikel 1.Für schädlich erklärt werden: a) Schädel sowie Gehirn, Augen, Mandeln und Rückenmark: - von über 12 Monate alten Rindern, - von Schafen und Ziegen, die über zwölf Monate alt sind oder bei denen ein permanenter Schneidezahn das Zahnfleisch durchbrochen hat, b) Milz von Schafen und Ziegen.

Art. 2.Die gemäss Artikel 1 für schädlich erklärten Erzeugnisse dürfen nicht verwendet, sondern müssen vom Betreiber eingefärbt und unschädlich beseitigt werden.

Art. 3.Vorliegender Erlass tritt am 1. Februar 1998 in Kraft.

Art. 4.Unser Minister der Volksgesundheit ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.

Gegeben zu Brüssel, den 22. Dezember 1997 ALBERT Von Königs wegen: Der Minister der Volksgesundheit M. COLLA Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 mei 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. TOBBACK

Bijlage 2 - Annexe 2 MINISTERIUM DES MITTELSTANDS UND DER LANDWIRTSCHAFT 9. JANUAR 1998 - Ministerieller Erlass zur Abänderung des Ministeriellen Erlasses vom 4.Juli 1997 über bestimmte Dringlichkeitsmassnahmen zum Schutz gegen die spongiforme Rinderenzephalopathie (B.S.E.) Der Minister der Landwirtschaft und der Kleinen und Mittleren Betriebe, Aufgrund des Gesetzes vom 11. Juli 1969 über die Pestizide und die Rohstoffe für die Landwirtschaft, den Gartenbau, die Forstwirtschaft und die Viehzucht;

Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 10. September 1987 über den Gebrauch von Stoffen für die Tierfütterung und den Handel damit;

Aufgrund des Ministeriellen Erlasses vom 4. Juli 1997 über bestimmte Dringlichkeitsmassnahmen zum Schutz gegen die spongiforme Rinderenzephalopathie (B.S.E.);

Aufgrund der Entscheidung Nr. 97/534/EG der Kommission der Europäischen Gemeinschaften vom 30. Juli 1997 über das Verbot der Verwendung von Material angesichts der Möglichkeit der |$$|AdUbertragung transmissibler spongiformer Enzephalopathien;

Aufgrund der am 12. Januar 1973 koordinierten Gesetze über den Staatsrat, insbesondere des Artikels 3 § 1, abgeändert durch die Gesetze vom 9. August 1980, 16. Juni 1989, 4. Juli 1989 und 4. August 1996;

Aufgrund der Dringlichkeit;

In der Erwägung, dass empfohlen wird, spezifiziertes Risikomaterial, definiert als Gehirn, Rückenmark und Augen von über zwölf Monate alten Rindern, Schafen und Ziegen sowie Milz von über sechs Monate alten Schafen und Ziegen, in allen Ländern oder Regionen, in denen ein potentielles Risiko besteht, aus der Nahrungs- und Futtermittelkette zu entfernen und, im Fall verendeter Rinder, Schafe und Ziegen, entweder das spezifizierte Risikomaterial zu entfernen, damit es nicht in die Nahrungs- oder Futtermittelkette gelangt, oder den gesamten Tierkörper unschädlich zu beseitigen;

In der Erwägung, dass aus praktischen Gründen die Verwendung von Milz von Schafen und Ziegen jeglichen Alters ausgeschlossen werden muss, Erlässt:

Artikel 1.Artikel 4 des Ministeriellen Erlasses vom 4. Juli 1997 über bestimmte Dringlichkeitsmassnahmen zum Schutz gegen die spongiforme Rinderenzephalopathie (B.S.E.) wird durch folgende Bestimmung ersetzt: « Artikel 4 - Unbeschadet der Bestimmungen von Artikel 24 des Königlichen Erlasses vom 10. September 1987 über den Gebrauch von Stoffen für die Tierfütterung und den Handel damit hinsichtlich der Angaben für das Etikett müssen bei der Vermarktung der in Artikel 1 erwähnten Erzeugnisse folgende zusätzliche Angaben auf dem Etikett oder dem Begleitdokument vermerkt sein: - die Zulassungsnummer des Verarbeitungsbetriebs, - das Verarbeitungsverfahren, - die Angabe, ob das Erzeugnis aus Wiederkäuern gewonnene eiweisshaltige Futtermittel enthält, - der Vermerk: « Dieses Erzeugnis ist aus der Verarbeitung von tierischen Abfällen gewonnen, die folgendes spezifizierte Risikomaterial nicht enthalten: a) Schädel, einschliesslich Gehirn und Augen, Mandeln sowie Rückenmark: - von über 12 Monate alten Rindern, - von Schafen und Ziegen, die über zwölf Monate alt sind oder bei denen ein permanenter Schneidezahn das Zahnfleisch durchbrochen hat, b) Milz von Schafen und Ziegen.»

Art. 2.Vorliegender Erlass tritt am Tag seiner Veröffentlichung im Belgischen Staatsblatt in Kraft.

Brüssel, den 9. Januar 1998 K. PINXTEN Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 mei 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. TOBBACK