Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 januari 2000
gepubliceerd op 26 februari 2000

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 augustus 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden in de ondernemingen van mailhousing en prepostaal verwerken van mailings

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2000012030
pub.
26/02/2000
prom.
19/01/2000
ELI
eli/besluit/2000/01/19/2000012030/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 JANUARI 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 augustus 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden in de ondernemingen van mailhousing en prepostaal verwerken van mailings (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomstvan 28 augustus 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden in de ondernemingen van mailhousing en prepostaal verwerken van mailings.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 januari 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 augustus 1997 Vaststelling van de arbeidsvoorwaarden in de ondernemingen van mailhousing en prepostaal verwerken van mailings (Overeenkomst geregistreerd op 19 november 1997 onder het nummer 46098/CO140.09) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de in paragraaf 2 van dit artikel bedoelde werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer alsook op hun werklieden. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die zich inlaten met mailhousing en/of met het prepostaal verwerken van mailings voor rekening van derden.

Onder "mailhousing" wordt bedoeld het sorteren en het verzendklaar maken van internationale post voor rekening van derden.

Onder "prepostaal verwerken van mailings" wordt bedoeld het geheel of een gedeelte van de volgende verwerkingen : het behandelen van documenten, brochures en/of pakketten voor het samenstellen van mailings (vouwen, onder folie of omslag brengen, adresseren, enz...) alsook het sorteren en het postklaar maken van deze mailings voor rekening van derden. § 3. Onder werklieden, wordt bedoeld de werklieden en werksters. HOOFDSTUK II. - Juridisch kader

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van hoofdstuk IV van Titel III van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen en van het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden met betrekking tot de tewerkstellingsakkoorden in toepassing van de artikelen 7, § 2, 30, § 2 en 33 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen.

Zij voert het artikel 3 uit van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 houdende een tewerkstellingsakkoord in de subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden en ten aanzien van het niet rijdend personeel van de ondernemingen van goederenvervoer ten lande voor rekening van derden. De in deze overeenkomst bedoelde werkgevers ressorteren onder de subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden. HOOFDSTUK III. - Functieclassificatie

Art. 3.De functieclassificatie opgenomen in artikel 4 wordt toegepast in de ondernemingen behorend tot de subsector van de goederenbehandeling voor rekening van derden die zich inlaten met mailhousing voor rekening van derden en/of met het prepostaal verwerken van mailings.

Art. 4.De functieclassificatie omvat de volgende categorieën : a) categorie I : de werklieden die de volgende activiteiten of een gedeelte ervan verrichten : stamping, stickering, sorting en export : onder "stamping" wordt bedoeld het afstempelen van het binnengekomen materiaal, het handmatig stickeren van materiaal dat niet machinaal kan gestempeld worden, het doorgeven van afgestempeld materiaal aan het sorting / export departement, al of niet gebundeld; onder "stickering" wordt bedoeld het al dan niet machinaal stickeren van materiaal; onder "sorting" wordt bedoeld het sorteren van het binnengekomen materiaal volgens de geldende routing en/of "disposal matrixen"; onder "export" wordt bedoeld het sorteren, bundelen en inpakken van binnenkomend materiaal volgens de geldende "routing matrix", het aanmaken van I.T.L.'s en andere begeleidingsdocumenten, het doorgeven van de nodige documenten aan de administratie. b) categorie II : de werklieden die de activiteit van bagging verrichten : onder "bagging", wordt bedoeld het sorteren in zakken van het gebundelde materiaal, het sluiten en wegen van de gevulde zakken, het intypen van de zakgegevens in de P.C., het verdelen en faxen van het papierwerk; c) categorie III : 1° de werklieden die de activiteit van check-in verrichten : onder "check-in" wordt bedoeld het controleren van gewicht, aantal stukken en conditie van het binnenkomend materiaal, het scannen van alle binnenkomende begeleidingsdocumenten, het doorgeven van het ingecheckte materiaal aan de verschillende departementen;2° de polyvalente werklieden, namelijk de werklieden die zowel de activiteiten omschreven onder categorie I als deze omschreven onder categorie II en de activiteit van check-in verrichten;d) categorie IV : de ploegbaas die de verantwoordelijkheid draagt ten aanzien van minimum zes werklieden en van maximum twintig;e) categorie V : de ploegbaas die de verantwoordelijkheid van meer dan twintig werklieden draagt.

Art. 5.De werkman die machineoperator is, met uitzondering van de operator van frankeer-, stempels- en/of stickersmachine, geniet van de lonen vastgesteld voor categorie II. De machineoperator die met frankeer-, stempels- en/of stuckersmachine werkt behoort tot categorie I. HOOFDSTUK IV. - Lonen

Art. 6.In het 40-urenweekstelsel worden de minimum uurlonen met ingang van 1 juli 1997 vastgesteld als volgt : 1° categorie I : 296,10 F;2° de werkman die de activiteiten verricht die onder categorie II gerangschikt zijn en die geen zes maanden anciënniteit in de sector heeft : 296,10 F;3° de werkman die tot categorie II behoren en die minstens zes maanden anciënniteit in de sector heeft : 310 F;4° de werkman die activiteiten verricht behorend tot categorie III en die geen zes maanden anciënniteit in de sector heeft : 310 F;5° de werkman die activiteiten verricht behorend tot categorie III en die zes maanden anciënniteit in de sector heeft : 315,48 F;6° ploegbaas die de verantwoordelijkheid draagt ten aanzien van minimum zes werklieden en van maximum twintig : 334,70 F;7° ploegbaas die de verantwoordelijkheid van meer dan twintig werklieden draagt : 348,75 F.

Art. 7.De gunstigere loonsvoorwaarden blijven van toepassing. HOOFDSTUK V. - Arbeidsduur

Art. 8.De wekelijkse arbeidsduur is op 40 uur per week vastgesteld.

Art. 9.De gunstigere voorwaarden die op ondernemingsvlak bestaan blijven van toepassing.

Art. 10.In de ondernemingen waar de wekelijkse arbeidsduur lager is dan 40-uren per week moeten de minimumuurlonen vastgesteld door artikel 6 geherwaardeerd worden.

Art. 11.De arbeidsduur voortspruitend uit de toepassing van dit hoofdstuk moet nageleefd worden over een gemiddelde periode van zes maanden.

In alle ondernemingen dekt de periode van zes maanden enerzijds de periode lopend van 1 januari tot 30 juni en anderzijds de periode lopend van 1 juli tot 31 december.

Art. 12.Bij ondernemingsovereenkomst getekend door minstens de gewestelijke secretarissen van de twee beroepscentrales die in het Paritair Comité voor het vervoer zetelen, kan overeengekomen worden dat de arbeidsduur voortspruitend uit de toepassing van dit hoofdstuk moet nageleefd worden op jaarbasis.

In alle ondernemingen bedoeld in het vorig lid, dekt het jaar de periode lopend van 1 januari tot 31 december. HOOFDSTUK VI. Indexering van de lonen

Art. 13.De lonen voortspruitend uit de toepassing van deze overeenkomst worden geïndexeerd overeenkomstig het stelsel voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 februari 1984 tot vaststelling van de minimumlonen van de werklieden van de ondernemingen van goederenvervoer en vervoer van bestelgoederen en koppeling van deze lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 21 juni 1984 (Belgisch Staatsblad van 20 juli 1984). HOOFDSTUK VII. - Geldigheidsduur

Art. 14.Deze overeenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juli 1997 en is voor onbepaalde duur gesloten.

Zij kan door iedere partij worden opgezegd mits betekening per aangetekende brief aan de voorzitter van het paritair comité van een opzeggingstermijn van zes maanden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 januari 2000.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^