gepubliceerd op 19 december 2001
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 2000, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden
18 SEPTEMBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 2000, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de landbouw;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 2000, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 september 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de landbouw Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 2000 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 10 juli 2000 onder het nummer 55292/CO/144)
Artikel 1.Artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden wordt vervangen door de volgende bepalingen : «
Art. 2.Het personeel wordt ingedeeld in 3 categorieën : 1. Geschoolden : Het personeel dat het geheel van de landbouwwerkzaamheden die hen worden opgedragen en die verband houden met alle activiteiten van het bedrijf of van een bedrijfstak zelfstandig en volledig kan verrichten, dat alle machines en werktuigen die zij nodig hebben om deze werkzaamheden te verrichten kan bedienen, afstellen en onderhouden.Deze kwalificatie kan worden bereikt hetzij door scholing of bijscholing, hetzij door beroepservaring of door beide samen. 2. Meergeschoolden : Het personeel dat enerzijds al de taken kan verrichten van het geschoold personeel en dat, anderzijds, belast is met het nemen van beslissingen in verband met het geheel van het bedrijf en verantwoordelijk is voor de uitvoering ervan zoals : - het bepalen van de datum en de methode van het grondbewerken; - de bemesting van de grond; - het zaaien en het planten; - de oogst; - de phytosanitaire werkzaamheden; - de verzorging en voeding van de veestapel; - de fokkerij; - het teeltplan.
Dit personeel heeft hetzij een scholing van A2-niveau doorgemaakt, aangevuld met een cursus bedrijfsleiding in het naschoolse onderwijs of een ervaring als bedrijfsleider of -leidster, hetzij een voldoende lange ervaring als bedrijfsleider of -leidster. 3. Ongeschoolden : Het overige permanente personeel.»
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2000 en heeft dezelfde duur als deze die zij wijzigt.
Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits een opzegging van ten minste zes maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de landbouw.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 september 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX