Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 18 juni 2023
gepubliceerd op 30 juni 2023

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2022, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de financiële bijdrage van de werkgever in de prijs van het vervoer van de arbeiders

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2023202723
pub.
30/06/2023
prom.
18/06/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

18 JUNI 2023. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2022, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de financiële bijdrage van de werkgever in de prijs van het vervoer van de arbeiders (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2022, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de financiële bijdrage van de werkgever in de prijs van het vervoer van de arbeiders.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 18 juni 2023.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2022 Financiële bijdrage van de werkgever in de prijs van het vervoer van de arbeiders (Overeenkomst geregistreerd op 21 oktober 2022 onder het nummer 176220/CO/120.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle textielondernemingen van het administratief arrondissement Verviers en op alle erin tewerkgestelde arbeiders en arbeidsters die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers nr. 120.01. HOOFDSTUK II. - Gemeenschappelijk openbaar treinvervoer

Art. 2.Wat het door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen georganiseerde vervoer betreft, wordt de tegemoetkoming van de werkgever in de prijs van het gebruikte vervoerbewijs, vastgesteld op basis van de tabel opgenomen in bijlage van het koninklijk besluit van 28 juli 1962 dat getroffen werd ter uitvoering van de wet van 27 juli 1962 tot vaststelling van een werkgeversbijdrage in het verlies geleden door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen ingevolge de uitgifte van abonnementen voor werklieden en bedienden, die de bijdrage van de werkgever bepaalt en waarvan de Staat de werknemersbijdrage ten laste neemt, zonder 80 pct. van de prijs van de treinkaart te overschrijden. HOOFDSTUK III. - Gemeenschappelijk openbaar vervoer met uitzondering van het treinvervoer

Art. 3.Wat het gemeenschappelijk openbaar vervoer betreft, andere dan het treinvervoer, wordt de bijdrage van de werkgever in de prijs van de abonnementen bepaald volgens de onderstaande modaliteiten : a) wanneer de prijs van het vervoer in verhouding staat tot de afstand, wordt de bijdrage van de werkgever in het gebruikte vervoersbewijs vastgesteld op 80 pct.; b) wanneer de prijs een eenheidsprijs is, ongeacht de afstand, wordt de bijdrage van de werkgever forfaitair vastgesteld en bedraagt zij 80 pct.van de werkelijk door de arbeider betaalde prijs, zonder evenwel het bedrag van de werkgeversbijdrage, berekend overeenkomstig artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies van 20 februari 2009 opgenomen in de tabel van de forfaitaire bedragen voor een afstand van 7 kilometer te overschrijden. HOOFDSTUK IV. - Gecombineerd gemeenschappelijk openbaar vervoer

Art. 4.Ingeval de werknemer gebruik maakt van een combinatie van de trein en één of verscheidene andere gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen en er wordt slechts één vervoerbewijs afgeleverd voor het geheel van de afstand - zonder dat in dit vervoerbewijs een onderverdeling wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel - wordt de bijdrage van de werkgever vastgesteld op 80 pct. van de prijs van het gebruikte vervoerbewijs.

Art. 5.a) In elk ander geval dan dat bepaald in artikel 5 dat de werknemer meer dan één gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel gebruikt, wordt de bijdrage van de werkgever berekend op basis van de tabel die als bijlage is gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 juli 1962, genomen in uitvoering van de wet van 27 juli 1962 tot vaststelling van een werkgeversbijdrage in het verlies geleden door de NMBS ingevolge de uitgifte van abonnementen voor werklieden en bedienden, die de bijdrage van de werkgever bepaalt en waarvan de Staat de werknemersbijdrage ten laste neemt, voor het totaal aantal kilometers dat overeenstemt met het totaal van de kilometeraantallen die op de onderscheiden vervoerbewijzen vermeld staan, zonder evenwel 80 pct. van de totale prijs van de vervoerbewijzen te overschrijden. b) Wanneer voor één of meerdere gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen de afgelegde afstand niet kan worden nagegaan en dus de afgelegde kilometers niet kunnen worden opgeteld, wordt, voor elk afzonderlijk vervoermiddel waarvan de arbeider gebruik maakt, de werkgeversbijdrage berekend overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 3, 4 en 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst en de aldus bekomen bedragen bij elkaar opgeteld om de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afgelegde afstand vast te stellen. HOOFDSTUK V. - Vervoer van de werknemers dat geheel gedeeltelijk door de onderneming wordt georganiseerd

Art. 6.Wanneer de werkgever zelf volledig of gedeeltelijk het vervoer van de arbeiders inricht, en de arbeider al dan niet bijkomend een openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel gebruikt, zal de financiële last van de arbeider voor de gehele afstand van het vervoer niet hoger mogen liggen dan het verschil tussen de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement en de werkgeversbijdrage in de prijs van deze treinkaart voor een overeenstemmend aantal kilometers.

Hiertoe zullen passende regelingen worden getroffen door de onderneming. HOOFDSTUK VI. - Vervoermiddel ander dan gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel

Art. 7.Wanneer de arbeider gebruik maakt van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, dan wordt, voor de verplaatsing vanaf 5 kilometer, de tegemoetkoming van de werkgever in de prijs van de treinkaart, vastgesteld op basis van de forfaitaire bedragen voorzien in de tabel opgenomen in artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies van 20 februari 2009 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers, voor een overeenstemmend aantal kilometers en zonder dat de tegemoetkoming van de werkgever meer dan 64,9 pct. van de prijs van de treinkaart kan bedragen. HOOFDSTUK VII. - Terugbetalingsmodaliteiten

Art. 8.a) De arbeiders leggen aan de werkgever een ondertekende verklaring voor waarin verzekerd wordt dat zij geregeld een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel benutten om zich van hun woonplaats naar hun plaats van tewerkstelling te begeven. Ingeval de arbeiders gebruik maken van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, preciseren zij bovendien het aantal kilometers die zij gewoonlijk afleggen tussen hun woonplaats en de werkplaats, enkele richting.

Zij zullen ervoor zorgen iedere wijziging van deze toestand in de kortst mogelijke tijd mede te delen. b) De werkgevers mogen op elk ogenblik nagaan of deze verklaring met de werkelijkheid strookt.

Art. 9.De tegemoetkoming van de werkgever in de vervoerkosten van het gemeenschappelijk openbaar vervoer zal betaald worden op voorlegging van de vervoerbewijzen, uitgereikt door de N.M.B.S. en/of de andere maatschappijen van gemeenschappelijk openbaar vervoer.

Art. 10.Wanneer de arbeiders gebruik maken van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, wordt de tegemoetkoming van de werkgevers bepaald per effectief gewerkte dag door het maandbedrag van de werkgeversbijdrage in de prijs van de treinkaart voor het overeenstemmend aantal kilometers te delen door 21,66.

Deze regeling doet geen afbreuk aan bestaande voordeligere regelingen of gebruiken op het vlak van de onderneming (bijvoorbeeld : wanneer de onderneming terugbetaalt op basis van een weekabonnement blijft die regeling gehandhaafd en deelt men het weekbedrag door 5). HOOFDSTUK VIII. - Bijzonder geval van de overbruggingsploegen

Art. 11.a) Aangezien de arbeider in de overbruggingsploegen per dag effectief meer dan 12 uur van huis afwezig is moet, wanneer de arbeider, overeenkomstig artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van de Nationale Arbeidsraad, nachtarbeid verricht hetzij in vaste nachtploeg hetzij in wisselende dag- en nachtploeg, de werkgever in zijn vervoer voorzien. b) Ingeval de werkgever niet in vervoer voorziet, moet hij financieel bijdragen in het vervoer van de arbeider.Die tegemoetkoming van de werkgever is gelijk aan 100 pct. van de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement voor het overeenstemmend aantal kilometers. c) Wordt of kan de prijs van het vervoer worden vastgesteld in functie van het aantal verplaatsingen (bijvoorbeeld treinticket, busticket) dan wordt de tegemoetkoming van de werkgever vastgesteld op 100 pct. van de prijs van de tickets zonder hoger te zijn dan 100 pct. van de prijs van de treinkaart voor het overeenstemmend aantal kilometers. d) Wanneer de arbeiders gebruik maken van een vervoermiddel ander dan een gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel, wordt de tegemoetkoming van de werkgevers bepaald per effectief gewerkte dag door het maandbedrag van de prijs van de treinkaart voor het overeenstemmend aantal kilometers te delen door 21,66. Deze regeling doet geen afbreuk aan bestaande voordeligere regelingen of gebruiken op het vlak van de onderneming (bijvoorbeeld : wanneer de onderneming terugbetaalt op basis van een weekabonnement blijft die regeling gehandhaafd en deelt men het weekbedrag door 5). HOOFDSTUK IX. - Terugbetalingstijdstip

Art. 12.De bijdrage van de werkgever in de door de arbeiders gedragen vervoerkosten zal maandelijks betaald worden voor de arbeider met een maandabonnement, of ter gelegenheid van de betaalperiode die in de onderneming gebruikelijk is voor de vervoerbewijzen die geldig zijn voor een week. HOOFDSTUK X. - Fietsvergoeding

Art. 13.De arbeider die zich ten aanzien van de werkgever in een schriftelijke verklaring engageert om gedurende een ononderbroken periode van minstens 3 maanden de woon-werkverplaatsing met de fiets te doen en ook daadwerkelijk minstens 50 pct. van de dagen van de betrokken maand de woon-werkverplaatsing met de fiets doet, heeft gedurende deze maand ten laste van de werkgever recht op een fietsvergoeding. Deze vergoeding bedraagt 0,24 EUR per kilometer reële afstand (zowel heen als terug) tussen de woonplaats en de werkplaats.

Deze fietsvergoeding kan voor de met de fiets afgelegde kilometers niet worden gecumuleerd met andere werkgeversbijdragen in het woon-werkverkeer ten laste van de werkgever.

Deze regeling doet geen afbreuk aan gunstiger regelingen op ondernemingsvlak noch kan zij gecumuleerd worden met op ondernemingsvlak bestaande regelingen inzake fietsvergoeding. HOOFDSTUK XI. - Inwerkingtreding en duur van de overeenkomst

Art. 14.De overeenkomst treedt in werking op 1 juli 2022. Zij wordt gesloten voor onbepaalde tijd en kan worden opgezegd door elk van de ondertekenende partijen, mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend aan de voorzitter van het paritair comité en aan de organisaties die in het paritair comité vertegenwoordigd zijn. HOOFDSTUK XII. - Slotbepalingen

Art. 15.De ondertekenende partijen vragen dat deze collectieve arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zou verklaard worden bij koninklijk besluit.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 juni 2023.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^