gepubliceerd op 11 juli 2000
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk
18 APRIL 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 mei 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 8 december 1995;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de landbouw;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, tot vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Aalst, 18 april 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Koninklijk besluit van 8 december 1995, Belgisch Staatsblad van 17 februari 1996.
Bijlage Paritair Comité voor de landbouw Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 Vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden voor seizoen- en gelegenheidswerk (Overeenkomst geregistreerd op 11 juni 1999 onder het nummer 50939/CO/144) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor de landbouw, en op de door hen als arbeider of arbeidster tewerkgesteld gelegenheidspersoneel in uitvoering van de voor de sector geldende regeling inzake seizoen- en gelegenheidswerk. HOOFDSTUK II. - Lonen
Art. 2.§ 1. Op 1 april 1999 is volgend minimumuurloon van toepassing op het in artikel 1 bedoelde gelegenheidspersoneel : 257,90 F. § 2. De in § 1 vermelde minimumlonen en de werkelijk betaalde lonen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, betreffende de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw. HOOFDSTUK III. - Eindejaarspremie
Art. 3.Het in artikel 1 bedoelde gelegenheidspersoneel, dat in de loop van de referteperiode, lopende van 1 januari tot 31 december van het jaar, minstens 30 dagen aangegeven op de landbouwkaart heeft in één of meerdere in artikel 1 bedoelde ondernemingen, heeft vanaf 1 januari 2000, ten laste van het Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw, recht op een eindejaarspremie van 2.500 F. De praktische uitkeringsmodaliteiten van de eindejaarspremie worden bepaald door de raad van beheer van het Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw. HOOFDSTUK IV. - Syndicale premie
Art. 4.Het in artikel 1 bedoelde gelegenheidspersoneel dat aangesloten is bij één van de representatieve interprofessionele werknemersorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor de landbouw, heeft vanaf 1 januari 2000, ten laste van het Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw, recht op een syndicale premie van 500 F indien het recht heeft op een eindejaarspremie zoals bedoeld in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK V. - Geldigheid
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 1999 en is gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits een opzegging van ten minste drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de landbouw.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 april 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX