17 SEPTEMBER 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 maart 1994 betreffende de erkenning van melkinrichtingen en kopers

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw, tuinbouw- en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990 en 5 februari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 maart 1994 betreffende de erkenning van melkinrichtingen. gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 mei 1995 en 8 augustus 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 oktober 1976 betreffende boter en botermengsels en houdende de oprichting van een officiële controle van de boter, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 6 mei 1988 en 26 april 1990;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1993, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat onmiddellijk maatregelen moeten genomen worden om de zuivelreglementering aan te passen aan de ervaren praktijkgevallen en om onmiddellijk sancties te kunnen nemen als die reglementering niet nageleefd wordt;

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw en Middenstand, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het opschrift van het koninklijk besluit van 7 maart 1994 betreffende de erkenning van melkinrichtingen wordt vervangen door het volgend opschrift : "Koninklijk besluit van 7 maart 1994 betreffende de erkenning van melkinrichtingen en kopers".

Art. 2.Artikel 1 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de volgende leden : « 5° Koper : een onderneming of een groepering die melk of producten op basis van melk koopt van een producent om die a) te behandelen of te verwerken b) af te staan aan een melkinrichting;6° Producent : de natuurlijke of rechtspersoon of groepering van natuurlijke personen of rechtspersonen of van beide, die op een autonome manier voor eigen profijt en rekening een bedrijf beheert en die uit dien hoofde, rechtstreeks melk of producten op basis van melk aan de eindverbruiker verkoopt of die ze levert aan een koper;7° Melkproductie-eenheid : het geheel van de functioneel samenhangende middelen, door de producent uitgebaat voor de productie van melk, omvattend, voor zijn exclusief gebruik de melkveestal, de voor de melkproductie gebruikte gronden, de melkinstallatie, de melkdieren, de voedervoorraden en de melkkoeltank of de melkkruiken;8° Bedrijf : het geheel van de door de producent beheerde en uitgebate melkproductieeenheden; 9° Bevoegde controledienst : het Bestuur voor de Dierengezondheid en de Kwaliteit van de Dierlijke Producten van het Ministerie van Middenstand en Landbouw."

Art. 3.Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling : "

Artikel 2.Dit besluit is niet van toepassing op : 1° melkproductie-eenheden waar de producent enkel niet-voorverpakte rauwe melk rechtstreeks aan de consument verkoopt;2° de inrichtingen die melk en/of producten op basis van melk verwerken om ze hoofdzakelijk te verwerken in producten die niet tot de zuivelsector behoren.»

Art. 4.In artikel 3, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het woord "en" wordt geschrapt;2° de woorden "en kopers" worden ingevoegd tussen de woorden "standaardisering" en "moeten".

Art. 5.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In de huidige tekst die § 1 zal vormen worden de woorden "als melkinrichting" ingevoegd tussen de woorden "worden" en "moeten", 2° Er wordt een § 2, luidend als volgt, ingevoegd : « § 2.Om erkend te worden als koper in de zin van dit besluit moeten de volgende voorwaarden voldaan zijn : 1° voor de koper van koemelk of van producten op basis van die melk, voorafgaandelijk erkend zijn op basis van artikel 7 van de Verordening (EEG) nr.536/93 van de Commissie van 9 maart 1993, tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de extra heffing in de sector melk en zuivelproducten, door het Bestuur voor het Landbouwproductiebeheer van het Ministerie van Middenstand en Landbouw; 2° de bepalingen van het koninklijk besluit van 17 maart 1994 betreffende de productie van melk en tot instelling van een officiële controle van melk geleverd aan kopers respecteren; 3° de voorwaarden bepaald door de Minister m.b.t. de melkafrekeningen aan de producenten naleven.

De kopers die enkel melk van ooien, geiten of buffelkoeien,of producten op basis van die melk kopen, moeten niet erkend worden als koper in de zin van dit besluit. »

Art. 6.In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In de huidige tekst die § 1 zal vormen worden de woorden "als melkinrichting" ingevoegd tussen de woorden "erkenning" en "geheel", 2° Er wordt een § 2, luidend als volgt, ingevoegd : « § 2.De Minister kan de erkenning als koper opschorten of intrekken als de voorwaarden van artikel 4, § 2 niet meer vervuld zijn. »

Art. 7.Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met volgende paragraaf : « § 3. Als de erkenning van een koper ingetrokken of opgeschort wordt, verwittigt de bevoegde controledienst de betrokken producenten. »

Art. 8.Opgeheven worden : 1° het koninklijk besluit van 27 februari 1963 betreffende de verdeling van zuivelproducten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 23 augustus 1968, 18 december 1972, 16 februari 1982, 6 mei 1988, 11 juli 1988, 7 november 1988, 16 juni 1989 en 5 juli 1995;2° de artikelen 13, 14 en 15 van het koninklijk besluit van 22 oktober 1976 betreffende boter en botermengsels en houdende de oprichting van een officiële controle van de boter.

Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 10.Onze Minister van Landbouw en Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 september 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landbouw en Middenstand, J. GABRIELS