gepubliceerd op 24 augustus 2001
Koninklijk besluit houdende benoeming van de voorzitter, de ondervoorzitter en één lid van de Raad voor de Mededinging
17 JULI 2001. - Koninklijk besluit houdende benoeming van de voorzitter, de ondervoorzitter en één lid van de Raad voor de Mededinging
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 augustus 1991 tot bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 1 juli 1999, inzonderheid op de artikelen 16 en 17;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 april 1999 bepalend de voorwaarden tot benoeming van de voorzitter, de ondervoorzitter en de andere leden die hun ambt voltijds uitoefenen;
Gelet op de oproep tot kandidaten gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 20 december 2000;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 25 juni 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Justitie;
Overwegende dat de Raad voor de Mededinging een administratief rechtscollege is;
Overwegende dat acht personen zich kandidaat hebben gesteld voor het ambt van voorzitter of ondervoorzitter van de Raad voor de Mededinging;
Overwegende dat tussen die kandidaatstellingen deze van Mevr. Béatrice Ponet en van de heer Patrick De Wolf vermeld worden;
Overwegende dat Mevr. Béatrice Ponet rechter in de Rechtbank van Koophandel te Hasselt is;
Dat zij houder is van het door artikel 43quinquies van de wet van 15 juni 1935 op het taalgebruik in gerechtszaken bedoelde getuigschrift van de vereiste taalkennis;
Dat zij een belangrijke ervaring aantoont die het kader van de magistratuur overstijgt;
Dat zij advocaat was en dat zij een belangrijke professionele activiteit kan aantonen, gericht op het economisch recht en op het mededingsrecht in het bijzonder;
Dat zij daarenboven ook lid van de Raad voor de Mededinging is;
Dat zij derhalve de vereiste kwaliteiten heeft om benoemd te worden tot voorzitter van de Raad voor de Mededinging;
Overwegende dat de heer Patrick De Wolf Eerste Substituut van de Procureur des Konings bij de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel is; dat hij houder is van het door artikel 43quinquies van de wet van juni 1935 op het taalgebruik in gerechtszaken bedoelde getuigschrift van de vereiste taalkennis;
Dat hij een afwisselende beroepsloopbaan heeft, die hem de mogelijkheid bood grondige kennis te verwerven van het handelsrecht en het fiscaal recht;
Dat hij derhalve de vereiste kwaliteiten heeft om benoemd te worden in de hoedanigheid van ondervoorzitter van de Raad voor de Mededinging;
Overwegende dat zestien personen zich kandidaat hebben gesteld voor het ambt van lid van de Raad voor de Mededinging, lid dat zijn functies voltijds bekleedt;
Overwegende dat de heer Geert Zonnekeyn licentiaat in de rechten is en houder van een Master in Internationaal Recht en in Europees Recht;
Dat hij advocaat is, gespecialiseerd in het mededingingsrecht, daarenboven auteur van veel verhandelingen over het Belgisch en Europees mededingingsrecht;
Overwegende dat hij derhalve de vereiste kwaliteiten heeft om benoemd te worden in de hoedanigheid van lid van de Raad voor de Mededinging, lid dat zijn ambt voltijds bekleedt;
Op voordracht van Onze Minister van Economie en op advies van Onze Ministers, na overleg in de Ministerraad, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Mevr. Béatrice Ponet wordt benoemd tot voorzitter van de Raad voor de Mededinging.
Art. 2.De heer Patrick De Wolf wordt benoemd tot ondervoorzitter van de Raad voor de Mededinging.
Art. 3.De heer Geert Zonnekeyn wordt benoemd tot lid van de Raad voor de Mededinging, lid dat zijn functies voltijds bekleedt.
Art. 4.Onverminderd artikel 17, § 2, van de wet op de bescherming van de economische mededinging, gecoördineerd op 1 juli 1999, zijn de benoemingen, gedaan krachtens dit besluit, geldig voor een duur van zes jaar.
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2001.
In afwijking van het voorgaande lid, treden de artikelen 2 en 3 in werking op 1 oktober 2001.
Art. 6.Onze Minister tot wiens bevoegdheid de Economische Zaken behoren, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 juli 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economische Zaken, Ch. PICQUE