Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 februari 2006
gepubliceerd op 16 mei 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende het tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006200509
pub.
16/05/2006
prom.
16/02/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 FEBRUARI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende het tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende het tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 februari 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2005 Tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking (Overeenkomst geregistreerd op 18 november 2005 onder het nummer 77011/CO/326) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die tot het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteit behoren en op de werknemers die zij met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur tewerkstellen.

Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werknemers. HOOFDSTUK II. - Recht op tijdskrediet

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst omschrijft de buitenwettelijke mogelijkheden inzake tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.

Art. 3.In toepassing van artikel 3, § 2, van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis van 19 december 2001, wordt de duur van de uitoefening van het recht op tijdskrediet - vermindering van arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking - uitgebreid vanaf 15 september 2005 tot maximum twee jaar.

Art. 4.De werknemers, tewerkgesteld in een continudienst en/of die ingeschakeld zijn in de wacht- en permanentiediensten hebben recht op een tijdskrediet (volledige onderbreking, vermindering van de arbeidsprestaties in de vorm van een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking of op een loopbaanvermindering ten belope van een dag per week) mits een eventuele bijkomende wachttermijn om de gelegenheid te geven aan het bedrijf zijn werkorganisatie aan te passen.

Deze maximale bijkomende wachttermijnen worden in bijlage gedetailleerd.

Art. 5.In toepassing van artikel 3, § 2, van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis van 19 december 2001, wordt de duur van de uitoefening van het recht op tijdskrediet - voltijdse onderbreking - uitgebreid vanaf 1 januari 2006 tot maximum vijf jaar voor de personeelsleden vanaf de leeftijd van 57 jaar en dit direct voorafgaand aan hun vertrek met pensioen.

Art. 6.In toepassing van artikel 15, § 1, van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis van 19 december 2001 wordt voor de personeelsleden vanaf 52 jaar die gebruik maken van het recht op tijdskrediet - voltijdse onderbreking - geen drempel bepaald. HOOFDSTUK II. - Geldigheidsduur

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 15 september 2005 en is gesloten voor een onbepaalde tijd.

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan, mits het naleven van een opzegtermijn van 6 maanden, door één van de ondertekenende partijen, geheel of gedeeltelijk, worden opgezegd bij aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 februari 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf betreffende het tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking Continudiensten en wacht en permanentie Maximale wachttermijnen Klassieke productie Toezichters, electriciens - 9 maand vanaf de gevraagde datum van vertrek Bedrijfsmeestergasten, blokleider, bedrijfschef : - 12 maand vanaf de gevraagde datum van vertrek Nucleaire productie Functies zonder bevoegdheidsverklaring (toezichter, electricien doorlopende dienst EDD, scheikundige en operator stralingsbescherming SSB) - 12 maand vanaf de gevraagde datum van vertrek Functies met bevoegdheidsverklaring (bedrijfsmeestergasten, adjunct bedrijfsmeestergasten, blokleider, bedrijfschef) - 18 maand vanaf de gevraagde datum van vertrek Wacht en permanenties in alle beroepen, dispatching van distributienetten Transportnetten gas en elektriciteit Bedrijfsmeestergasten : - 15 maand vanaf de gevraagde datum van vertrek Andere functies : - 12 maand vanaf de gevraagde datum van vertrek De hierboven vermelde termijnen zullen het voorwerp uitmaken van een evaluatie ten laatste in juli 2007.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 februari 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^