16 APRIL 2000. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van wijzigingen in de statuten van de gemeenschappelijke verzekeringskas tegen arbeidsongevallen "Gemeenschappelijke verzekeringskas ASSUBEL", gevestigd te Brussel

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, inzonderheid op artikel 53;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 december 1971 houdende uitvoering van sommige bepalingen van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, inzonderheid op artikel 3, §§ 2 en 3;

Gelet op het verzoekschrift van 15 juni 1999 van de gemeenschappelijke verzekeringskas tegen arbeidsongevallen "Gemeenschappelijke verzekeringskas ASSUBEL" waarvan de zetel gevestigd is te Brussel tot goedkeuring van wijzigingen aan haar statuten;

Gelet op de beslissing van 26 mei 1999 van de buitengewone algemene vergadering van de gemeenschappelijke verzekeringskas tegen arbeidsongevallen "Gemeenschappelijke verzekeringskas ASSUBEL", te Brussel, waarbij zij de wijzigingen aan haar statuten aanneemt;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor arbeidsongevallen van 29 november 1999;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De wijzigingen aangebracht aan en opgenomen in de statuten van de gemeenschappelijke verzekeringskas tegen arbeidsongevallen "Gemeenschappelijke verzekeringskas ASSUBEL" bij beslissing van 26 mei 1999, van de buitengewone algemene vergadering, worden goedgekeurd.

Art. 2.Een gecoördineerde tekst van de statuten zoals tot op heden gewijzigd, wordt gevoegd als bijlage bij dit besluit.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Aalst, 16 april 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE

Bijlage Statuten INHOUDSOPGAVE INLEIDEND HOOFDSTUK : Bepalingen.

HOOFDSTUK I : Benaming, doel, zetel en duur van de Gemeenschappelijke Kas. Artikel 1 : Benaming.

Artikel 2 : Doel.

Artikel 3 : Zetel en duur van de Gemeenschappelijke Kas. HOOFDSTUK II : Waarborgfonds. Artikel 4 : Samenstelling.

Artikel 5 : Waarborgaandelen. HOOFDSTUK III : Aansluiting en verplichtingen van de verenigingsleden. Artikel 6 : Aansluiting. HOOFDSTUK IV : Bijdragen, verplichtingen van de verenigingsleden Artikel 7 : Omvang van de verplichtingen van de verenigingsleden.

Artikel 8 : Uitsluiting van het verenigingslid. HOOFDSTUK V : Geneeskundige dienst, vergoedingen. Artikel 9 : Geneeskundige, heelkundige, farmaceutische en ziekenhuisdienst.

Artikel 10 : Betaling der vergoedingen. HOOFDSTUK VI : Raad van bestuur. Artikel 11 : Bestuurders.

Artikel 12 : Voorzitterschap.

Artikel 13 : Vergaderingen, beraadslagingen, notulen.

Artikel 14 : Machten.

Artikel 15 : Delegaties en ondertekening der verbintenissen. HOOFDSTUK VII : Directie. Artikel 16 : Benoeming.

Artikel 17 : Vertegenwoordiging van de Gemeenschappelijke Kas. HOOFDSTUK VIII : Toezicht. Artikel 18 : Commissarissen. HOOFDSTUK IX : Raadgevend comité. Artikel 19 : Samenstelling.

Artikel 20 : Functies. HOOFDSTUK X : Gemeenschappelijke bepalingen die voor de diverse colleges gelden. Artikel 21 : Vernieuwing van de colleges.

Artikel 22 : Bezoldiging.

Artikel 23 : Aansprakelijkheid. HOOFDSTUK XI : Algemene vergaderingen. Artikel 24 : Samenstelling en bevoegdheden.

Artikel 25 : Algemene vergaderingen.

Artikel 26 : Bijeenroepingen.

Artikel 27 : Bureau van de vergadering.

Artikel 28 : Wijze van beraadslaging.

Artikel 29 : Notulen. HOOFDSTUK XII : Jaarrekening, verdeling van de winst. Artikel 30 : Boekjaar.

Artikel 31 : Jaarrekening.

Artikel 32 : Overschot.

Artikel 33 : Verdeling van het overschot, reserves, ristorno's.

Artikel 34 : Beleggingen.

Artikel 35 : Verjaring. HOOFDSTUK XIII : Ontbinding, vereffening Artikel 36 : Ontbinding.

Artikel 37 : Vereffening.

Artikel 38 : Verdeling van het saldo. HOOFDSTUK XIV : Beschikkingen van diverse aard Artikel 39 : Toepassing van de gewijzigde statuten.

Artikel 40 : Berichtgevingen.

STATUTEN INLEIDEND HOOFDSTUK. - Bepalingen Voor de interpretatie van de statuten en van het aansluitingscontract dient verstaan onder : Gemeenschappelijke Kas : "ASSUBEL-Arbeidsongevallen", wetmatig gemachtigde Gemeenschappelijke Kas waarbij het verzekeringscontract aangegaan wordt. De Gemeenschappelijke Kas is de verzekeraar waarvan sprake in de algemene voorwaarden.

De Wet : de wet van 10 april 1971 op de arbeidsongevallen, iedere uitbreiding en wijziging van deze wetgeving, alsmede de besluiten en andere reglementaire uitvoeringsmaatregelen (hieronder afgekort tot "de wet van 1971");

De wet van 3 juli 1967 betreffende de schadevergoedingen voor arbeidsongevallen en ongevallen op de weg naar en van het werk in de overheidssector, iedere uitbreiding en wijziging van deze wetgeving, alsmede de besluiten en andere reglementaire uitvoeringsmaatregelen (hieronder afgekort tot "wet van 1967").

Verenigingslid : de natuurlijke of rechtspersoon, lid van de Gemeenschappelijke Kas, die het verzekeringscontract aangaat en tegelijk als verzekerde en als verzekeraar deelneemt aan de verrichtingen van de vereniging van onderlinge verzekering. Het verenigingslid is de verzekeringnemer waarvan sprake in de algemene voorwaarden.

Begunstigde : iedere persoon ten voordele van wie de verzekeringnemer het contract heeft aangegaan.

Loon : het loon zoals het door de wet wordt omschreven.

Ongeval : het ongeval overkomen op het werk of op de weg van en naar het werk. HOOFDSTUK I. - Benaming, doel, zetel en duur van de Gemeenschappelijke Kas

Artikel 1.Benaming De Gemeenschappelijke Kas (bestaande uit de huidige en toekomstige verenigingsleden) draagt de benaming : "ASSUBEL - Arbeidsongevallen", Gemeenschappelijke Kas, in het Frans "ASSUBEL - Accidents du Travail", caisse commune en in het Duits "ASSUBEL - Arbeitsunfälle", Gemeinschaftskasse.

De Nederlandse, Franse en Duitse benamingen kunnen samen of afzonderlijk gebruikt worden.

Art. 2.Doel De Gemeenschappelijke Kas heeft als doel : a) de verzekering tegen arbeidsongevallen overeenkomstig de wet van 1971;op aanvraag van de verenigingsleden kan de Gemeenschappelijke Kas de waarborg uitbreiden tot de betaling van de hieronder nader omschreven vergoedingen die op de door de wet van 1971 vastgestelde basissen berekend worden : A. vergoedingen die overeenstemmen met een jaarloon dat het wettelijk maximum overschrijdt, B. vergoedingen van in het bedrijf tewerkgestelde personen buiten de bedrijfsleider zelf, die de bepalingen van de wet van 1971 niet genieten en het slachtoffer van een ongeval worden tijdens en door hun beroepsbedrijvigheid in het bedrijf, b) geneeskundige, heelkundige, farmaceutische en wederaanpassingsdiensten op te richten voor verzorging, behandeling en opneming in een ziekenhuis van de slachtoffers;daartoe kan zij allerlei instellingen oprichten of financieel steunen of allerlei overeenkomsten met derden afsluiten; c) de technische en psychologische voorkoming van ongevallen in te richten;daartoe kan zij allerlei diensten oprichten of financieel steunen en allerlei overeenkomsten met derden afsluiten; d) in te staan voor de dienst van de renten die in geval van overlijden of blijvende ongeschiktheid verschuldigd zijn;e) de verzekering tegen arbeidsongevallen en ongevallen op de weg naar en van het werk in de overheidssector, overeenkomstig de wet van 3 juli 1967 en in de mate dat die wet en haar uitvoeringsmaatregelen zulks toelaten, de uitbreidingen bedoeld bij punt a) hierboven;f) de overeenkomstig de wet door één of meer andere gemachtigde verzekeraars direct verzekerde risico's volgens de evenredigheidsregel te herverzekeren, met dien verstande dat de herverzekeringsactiviteit beperkt wordt tot de Belgische wetgeving inzake arbeidsongevallen.

Art. 3.Zetel en duur van de Gemeenschappelijke Kas De Gemeenschappelijke Kas heeft haar zetel in de Brusselse agglomeratie. Die kan bij beslissing van de raad van bestuur naar om het even welke andere plaats in België worden verplaatst. De Gemeenschappelijke Kas kan overal waar zij zulks gepast acht administratieve zetels, bijkantoren of agentschappen openen.

Zij wordt opgericht voor een onbepaalde duur en kan slechts met inachtneming van de door de statuten bepaalde voorwaarden en vormen ontbonden worden.

De Gemeenschappelijke Kas wordt van rechtswege ontbonden zodra haar machtiging ingetrokken wordt. HOOFDSTUK II. - Waarborgfonds

Art. 4.Samenstelling Voor de samenstelling van de door de wet opgelegde waarborgen wordt de raad van bestuur gemachtigd om het even welke samenstellingswijze aan te wenden en inzonderheid waarborgaandelen te vormen.

Art. 5.Waarborgaandelen Zij zijn op naam en hun bedrag, intekenings-, innings-, afschrijvings- en afstandsvoorwaarden worden door de raad van bestuur in een reglement vastgesteld. HOOFDSTUK III. - Aansluiting en verplichtingen van de verenigingsleden

Art. 6.Aansluiting Wie ook zich bij de Gemeenschappelijke Kas wil aansluiten moet haar de gevraagde inlichtingen verschaffen overeenkomstig een daartoe opgestelde vragenlijst.

De aansluiting is verworven op het ogenblik waarop de toestemmingen geldig werden uitgewisseld; zij wordt namelijk vastgesteld door het verzekeringscontract ondertekend door het verenigingslid en door een bestuurder van de Gemeenschappelijke Kas of, volgens het door de raad van bestuur opgesteld reglement, door een lid van de directie of nog door een daartoe gemachtigd personeelslid.

Die aansluiting zal pas uitwerking hebben op de aanvangsdatum van het verzekeringscontract. Zij wordt samen met dat contract beëindigd. HOOFDSTUK IV. - Bijdragen, verplichtingen van de verenigingsleden

Art. 7.Omvang van de verplichtingen van de verenigingsleden Er bestaat geen enkele solidariteit tussen de verenigingsleden.

Zij zijn enkel aansprakelijk tot beloop van hun verbintenissen zoals die voortvloeien uit de statuten en het verzekeringscontract.

Ieder verenigingslid kan eventueel buiten de bijdragen van een kalenderjaar overeenkomstig de wetgeving terzake gebonden worden tot betaling van een extrabijdrage die gelijk is aan die voor het lopende kalenderjaar. Deze extrabijdrage vormt het waarborgkapitaal waarin de wet voorziet.

Art. 8.Uitsluiting van het verenigingslid Een verenigingslid kan uit de Gemeenschappelijke Kas worden uitgesloten ten gevolge van handelingen die in strijd zijn met de belangen van de Gemeenschappelijke Kas. Uitsluitingen worden uitgesproken door de raad van bestuur na gemotiveerde beslissing en nadat het verenigingslid de gelegenheid gekregen heeft om over zijn handelingen te worden gehoord. De kennisgeving van de uitsluiting wordt aan betrokkene per aangetekende brief betekend.

Ze wordt effectief één maand na kennisgeving.

De uitsluiting brengt het verlies mee van alle rechten op de eigen middelen, vrije reserves of ristorno's van de Gemeenschappelijke Kas. HOOFDSTUK V. - Geneeskundige dienst, vergoedingen

Art. 9.Geneeskundige, heelkundige, farmaceutische en ziekenhuisdienst 1. Indien de Gemeenschappelijke Kas te haren laste alleen, geneeskundige heelkundige, farmaceutische of ziekenhuisdiensten inricht, wordt de inrichting van deze diensten overeenkomstig de wet ter kennis van de begunstigden gebracht.2. Indien het verenigingslid deze diensten zelf op eigen kosten alleen inricht, moet het evenwel op het eerste verzoek van de Gemeenschappelijke Kas aantonen dat het de plichten vervult die hem krachtens de Wet zijn opgelegd.Heeft het verenigingslid de voornoemde verplichtingen niet correct uitgevoerd, kan het van de Gemeenschappelijke Kas uitgesloten worden. 3. Indien de Gemeenschappelijke Kas deze diensten niet op haar eigen kosten alleen ingericht heeft, betaalt zij aan deze die ze ten laste nemen - onder de voorwaarden en binnen de perken die door de desbetreffende koninklijke besluiten opgelegd worden - de vergoedingen voor geneeskundige, heelkundige, farmaceutische, ziekenhuis- en prothesekosten uit.

Art. 10.Betaling van de vergoedingen en de bovenwettelijke vergoedingen De vergoedingen worden door de Gemeenschappelijke Kas aan de begunstigden of rechthebbenden betaald overeenkomstig de voorschriften van de Wet en in voorkomend geval overeenkomstig de voorschriften van de wet van 3 juli 1967 voor de door die wet gedekte risico's.

Op grond van een speciale overeenkomst kunnen de vergoedingen voor tijdelijke arbeidsongeschiktheid tijdens de door de Wet toegestane maximumtermijn en vanaf de dag na het begin van de arbeidsongeschiktheid rechtstreeks door het verenigingslid aan de begunstigden worden betaald onder waarborg van de Gemeenschappelijke Kas.

De vergoedingen die het verenigingslid krachtens de vorige alinea aan de begunstigden betaalt, zullen hem worden terugbetaald na voorlegging van de bewijsstukken en volgens de regels die bepaald zijn in de speciale overeenkomst bedoeld in de vorige alinea.

De verwijlintresten die krachtens de Wet of in voorkomend geval krachtens de wet van 3 juli 1967 verschuldigd zijn op de vergoedingen die het verenigingslid niet aan de begunstigden zou hebben betaald op de datum van de opeisbaarheid ervan, vallen ten laste van het verenigingslid; ofwel betaalt het verenigingslid het bedrag ervan rechtstreeks aan de betrokkenen, of wel stort het dit bedrag terug aan de Gemeenschappelijke Kas die de vergoedingen aan de begunstigden zou hebben betaald.

De betalingen van vergoedingen die volgens een bijzondere overeenkomst worden uitgevoerd boven de wettelijke verplichtingen van het verenigingslid of in uitvoering van de wet van 3 juli 1967, worden door de Gemeenschappelijke Kas uitgevoerd tegen subrogatie van deze laatste in alle rechten en vorderingen tegen iedere voor het ongeval aansprakelijke derde en ten belope van de gedane uitgaven.

Binnen deze perken zal ieder beding van verval, uitsluiting of schorsing zowel tegen de begunstigden van deze betalingen als tegen het verenigingslid kunnen worden ingeroepen. HOOFDSTUK VI. - Raad van bestuur

Art. 11.Bestuurders De Gemeenschappelijke Kas wordt beheerd door een raad bestaande uit ten minste vijf en ten hoogste vijftien leden, die de algemene vergadering in meerderheid onder de verenigingsleden benoemt en die ze altijd kan afzetten.

In geval van vacatuur van één of meer zetels hebben de overblijvende bestuurders het recht hierin voorlopig te voorzien. De algemene vergadering gaat bij haar eerstvolgende bijeenkomst tot de definitieve verkiezing over.

De bestuurder die in vervanging van een andere benoemd wordt, beëindigt het mandaat van de titularis die hij vervangt.

Art. 12.Voorzitterschap De raad van bestuur kiest onder zijn leden een voorzitter en zo hij dit nuttig acht een ondervoorzitter.

In geval van afwezigheid van de voorzitter en van de ondervoorzitter duidt de raad één van zijn leden aan om de functie van voorzitter te vervullen.

Art. 13.Vergaderingen, beraadslagingen, notulen De raad vergadert op bijeenroeping van de voorzitter telkens als de belangen van de Gemeenschappelijke Kas dit vergen.

Hij moet bijeengeroepen worden telkens als ten minste twee bestuurders dit vragen.

De vergaderingen geschieden op de in de bijeenroepingen aangegeven plaats.

De raad kan slechts geldig beraadslagen indien de meerderheid van zijn leden aanwezig of vertegenwoordigd is. Iedere bestuurder kan zich door één van zijn collega's laten vertegenwoordigen. Geen enkele bestuurder kan meer dan één collega vertegenwoordigen.

Het hoogste lid in graad onder de directieleden woont de vergaderingen bij met raadgevend stemrecht, de anderen kunnen ertoe geroepen worden.

De besluiten worden met meerderheid van stemmen getroffen; bij staking van stemmen is die van de voorzitter van de vergadering doorslaggevend.

De bestuurder die persoonlijk betrokken is bij een aan de beslissing van de raad voorgelegde kwestie is gehouden zich te onthouden en hiervan zal melding gemaakt worden in de notulen van de zitting.

De beslissingen van de raad worden in notulen vastgelegd die in een daartoe bestemd register worden opgeschreven en door de voorzitter van de zitting of door ten minste twee op de vergadering aanwezige bestuurders ondertekend worden.

De aan het gerecht of elders voor te leggen kopieën of uittreksels worden door twee bestuurders ondertekend.

Art. 14.Machten De raad van bestuur heeft de meest uitgebreide machten om alle daden van beheer en beschikking te stellen met het oog op de verwezenlijking van het maatschappelijk doel. Al wat door de statuten of door de wetgeving terzake niet aan de algemene vergadering voorbehouden werd, valt onder de bevoegdheid van de raad.

Art. 15.Delegaties en ondertekening der verbintenissen De raad van bestuur kan onder zijn leden een gedelegeerd bestuurder benoemen om het dagelijks beheer waar te nemen en hem ten overstaan van derden en van de directie te vertegenwoordigen.

De raad kan bijzondere machten aan één of meer van zijn leden, aan directieleden of zelfs aan derden verlenen.

Hij bepaalt het bedrag van de bezoldiging van de diverse delegaties die hij verleent.

Behalve in geval van speciale delegatie aan één van de leden van de raad, van de directie of aan iedere andere persoon, worden de stukken die de Gemeenschappelijke Kas verbinden andere dan deze in verband met het dagelijks beheer, door twee bestuurders ondertekend die zich tegenover derden niet hoeven te beroepen op een voorafgaande beraadslaging van de raad. HOOFDSTUK VII. - Directie

Art. 16.Benoeming De raad van bestuur benoemt de leden van de directie op voorstel van de voorzitter; één van hen kan tot directeur-generaal benoemd worden.

De raad bepaalt de duur van hun verbintenis, de specifieke bevoegdheden van ieder van hen, hun bezoldiging en eventueel hun borgtocht.

Art. 17.Vertegenwoordiging van de Gemeenschappelijke Kas Het dagelijks beheer wordt aan de directie toevertrouwd, overeenkomstig een door de raad van bestuur vastgesteld reglement.

De leden van de directie vertegenwoordigen de Gemeenschappelijke Kas tegenover derden; zij voeren de beslissingen van de algemene vergadering en van de raad van bestuur uit.

De leden van de directie stellen, in naam van de Gemeenschappelijke Kas, zelfs individueel, en zowel als eiser als verweerder, iedere rechtsvordering of andere vordering in, vervolgen en steunen ze, zonder dat zij zich tegenover derden hoeven te beroepen op een voorafgaande beslissing van de raad van bestuur. Daartoe kunnen zij volmacht verlenen.

In het algemeen wordt iedere daad of verrichting die erop gericht is over de roerende maatschappelijke goederen te beschikken, door twee personen ondertekend die ofwel bestuurder, ofwel directielid, ofwel een daartoe gemachtigd personeelslid moeten zijn.

De stukken in verband met andere verrichtingen van het dagelijks beheer en de briefwisseling worden door een bestuurder of een lid van de directie of een daartoe overeenkomstig het door de raad van bestuur opgesteld reglement gemachtigd personeelslid ondertekend.

De personeelsleden die met de in dit artikel opgesomde verrichtingen belast worden, worden door de raad van bestuur op voorstel van de directie aangeduid. HOOFDSTUK VIII. - Toezicht

Art. 18.Commissarissen Met eerbiediging van de wettelijke en reglementaire voorschriften zal de algemene vergadering de controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid, vanuit het oogpunt van de wetgeving en van de statuten, van de in de jaarrekening weer te geven verrichtingen, toevertrouwen aan één of meer commissarissen.

Als er meerdere commissarissen zijn, hebben zij gezamenlijk of individueel alle machten en rechten van controle die hun door de wetgeving terzake worden verleend.

De algemene vergadering benoemt de commissaris(sen), waarvan minstens één gekozen wordt onder de leden van het Instituut der Bedrijfsrevisoren.

De commissarissen stellen een verslag op met het oog op de algemene vergadering. Zij wonen de algemene vergaderingen bij wanneer deze moeten beraadslagen op basis van een door hen opgesteld verslag. Zij hebben het recht de algemene vergadering te woord te staan in verband met de uitvoering van hun functies.

Bij ontstentenis van commissaris of wanneer de commissaris of alle commissarissen zich in de onmogelijkheid bevinden hun functies uit te oefenen, roept de raad van bestuur onmiddellijk de algemene vergadering bijeen om te voorzien in hun benoeming of in hun vervanging. HOOFDSTUK IX. - Raadgevend comité

Art. 19.Samenstelling Er bestaat een raadgevend comité dat samengesteld is uit ten minste twintig verenigingsleden die door de algemene vergadering op voorstel van de raad van bestuur benoemd worden.

Het hoogste lid in graad onder de directieleden woont de vergaderingen van het raadgevend comité bij met raadgevend stemrecht. De anderen kunnen ertoe geroepen worden.

Art. 20.Functies Het raadgevend comité wordt verzocht zijn mening te doen kennen telkens als de raad van bestuur dit nuttig acht.

Het wordt geraadpleegd inzake wijziging van de statuten, van de algemene voorwaarden, inzake tarieven en in geval van benoeming van een bestuurder.

Om de zes jaar stelt het zijn bureau samen bij iedere vernieuwing van het mandaat van zijn leden.

Het raadgevend comité vergadert op bijeenroeping van zijn voorzitter of op aanvraag van ten minste een vierde van het aantal leden of op verzoek van de raad van bestuur.

Het beraadslaagt geldig, wat ook het aantal aanwezige leden weze, met inachtneming van dezelfde vormen als de raad van bestuur. HOOFDSTUK X. - Gemeenschappelijke bepalingen voor de diverse colleges

Art. 21.Vernieuwing van de colleges De gewone algemene vergadering gaat ieder jaar over tot de vervanging of de herkiezing van één of meer bestuurders en commissarissen.

De rangorde van aftreding geschiedt met inachtneming van de anciënniteit.

De toerbeurt wordt op zulke manier vastgesteld dat geen enkel mandaat door één of meer aftredingen de duur van zes jaar overschrijdt.

De afgevaardigden van het raadgevend comité worden om de zes jaar herkozen.

De uittredende leden zijn herkiesbaar.

De mandaten der niet herkozen leden nemen onmiddellijk na de jaarlijkse vergadering een einde.

Art. 22.Bezoldiging De algemene vergadering bepaalt het bedrag van de vaste bezoldiging of de zitpenning van de leden van de diverse colleges, evenals het bedrag van de vergoeding voor reiskosten.

Art. 23.Aansprakelijkheid De bestuurders, commissarissen en leden van het raadgevend comité gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan met betrekking tot de verbintenissen van de Gemeenschappelijke Kas; zij zijn enkel aansprakelijk voor de uitvoering van hun mandaat. HOOFDSTUK XI. - Algemene vergaderingen

Art. 24.Samenstelling en bevoegdheden De regelmatig samengestelde vergadering vertegenwoordigt het geheel der verenigingsleden en haar beslissingen zijn bindend voor allen.

Zij heeft de bevoegdheden die haar worden toegewezen door de statuten en door elke wetgeving toepasselijk terzake.

Ieder verenigingslid aanwezig of vertegenwoordigd op de vergadering heeft recht op één stem.

Het is toegelaten zich te laten vertegenwoordigen door een mandataris die zelf het recht heeft op de algemene vergadering aanwezig te zijn.

Niemand kan meer dan vijf verenigingsleven vertegenwoordigen.

De volmachten moeten op de maatschappelijke zetel ten laatste vijf dagen vóór de vergadering neergelegd worden.

De vorm van de volmachten kan door de raad van bestuur bepaald worden.

Deze laatste stelt een presentielijst op die door iedere betrokkene moet ondertekend worden vóór hij tot de zitting toegelaten wordt.

Art. 25.Algemene vergaderingen Jaarlijks wordt er op de laatste woensdag van de maand mei, of de dag daarop volgend zo het een feestdag is, een gewone algemene vergadering gehouden ofwel op de zetel van de Gemeenschappelijke Kas, ofwel in ieder ander in de bijeenroeping te bepalen lokaal.

Deze algemene vergadering luistert naar het verslag van de bestuurders, van de commissaris(sen) en van het raadgevend comité, zij beraadslaagt over de goedkeuring van de jaarrekeningen en over de decharge aan de bestuurders en commissaris(sen); vervolgens spreekt zij zich bij speciale stemming uit over deze onderwerpen. Tot slot gaat zij over tot de herverkiezing of de vervanging van de uittredende leden van de raad van bestuur en van het raadgevend comité.

De algemene vergadering kan te allen tijde in buitengewone vergadering bijeengeroepen worden door de raad van bestuur of door de commissaris(sen).

De raad van bestuur is gehouden de vergadering bijeen te roepen binnen een termijn die geen dertig dagen mag overschrijden, op schriftelijk verzoek van ten minste één tiende van het aantal verenigingsleden of op verzoek van het raadgevend comité, met aangifte in beide gevallen van de punten die op de agenda dienen te staan.

In geval van verkiezing moeten de voorgestelde kandidaturen door ten minste tien verenigingsleden ondertekend worden en vijftien dagen vóór de vergadering bij de raad van bestuur per aangetekende brief toekomen.

De lijst der behoorlijk voorgestelde kandidaten moet aan de verenigingsleden terzelfdertijd als de bijeenroeping gestuurd worden.

Art. 26.Bijeenroepingen De bijeenroepingen voor iedere gewone algemene vergadering bevatten de agenda. Zij worden in het "Belgisch Staatsblad" en in minstens één dagblad met grote oplage in elke landstaal gepubliceerd. Tevens worden de verenigingsleden met meer dan 25 000 euro jaarlijkse bijdragen voor het voorbije boekjaar, ten minste acht dagen vóór de vergadering, per omzendbrief verwittigd.

De bijeenroepingen voor iedere buitengewone algemene vergadering worden per omzendbrief naar alle leden gestuurd.

Art. 27.Bureau van de vergadering De algemene vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur, in zijn ontstentenis door de ondervoorzitter of in geval van afwezigheid van beiden, door de oudste der aanwezige bestuurders.

De voorzitter duidt de secretaris aan. De vergadering benoemt twee van haar leden tot stemopnemers.

Maken eveneens deel uit van het bureau, de aanwezige bestuurders en commissarissen.

Art. 28.Wijze van beraadslaging De vergadering beraadslaagt met gewone meerderheid van stemmen, wat ook het aantal aanwezige of vertegenwoordigde verenigingsleden weze.

De volgende regels moeten evenwel in acht genomen worden telkens als het gaat om een beraadslaging over statutenwijzigingen : a) De vergadering is slechts geldig samengesteld zo ten minste de helft der verenigingsleden aanwezig of vertegenwoordigd is;zo niet wordt er binnen de vijftien dagen een nieuwe vergadering bijeengeroepen die geldig zal beraadslagen wat ook het aantal aanwezige of vertegenwoordigde verenigingsleden weze. b) in alle gevallen wordt een besluit slechts aanvaard als het twee derden der uitgebrachte stemmen op zich verenigt.

Art. 29.Notulen De besluiten van de algemene vergadering worden vastgelegd in de notulen die in een daartoe bestemd register opgetekend en door de leden van het bureau ondertekend worden die hiervoor uitdrukkelijk volmacht krijgen, zelfs voor authentieke akten.

De kopieën of uittreksels van deze beraadslagingen worden door twee bestuurders ondertekend. HOOFDSTUK XII. - Jaarrekening, verdeling van het overschot

Art. 30.Boekjaar Het boekjaar vangt aan op 1 januari en eindigt op 31 december.

Art. 31.Jaarrekening De boeken van de Gemeenschappelijke Kas worden ieder jaar op 31 december afgesloten; de raad van bestuur maakt de inventaris op en stelt de jaarrekening op die bestaat uit de balans, de resultatenrekening, alsook de toelichting.

Ten minste dertig dagen vóór de gewone algemene vergadering overhandigt de raad van bestuur de stukken met een verslag over de verrichtingen van de Gemeenschappelijke Kas aan de commissaris(sen) die binnen vijftien dagen een verslag moet(en) opmaken met zijn (hun) opmerkingen en bevindingen.

De balans en de resultatenrekening alsook alle verslagen van de raad van bestuur en van de commissaris(sen) worden op kosten van de Gemeenschappelijke Kas verzonden naar alle verenigingsleden die erom vragen; bovendien kunnen de verenigingsleden deze documenten inzien op de zetel van de Gemeenschappelijke Kas. De bijeenroeping moet gewag maken van deze mogelijkheid.

Art. 32.Overschot Het overschot van het boekjaar wordt gevormd door het verschil tussen enerzijds het bedrag van de inkomsten en anderzijds de last der schadegevallen, met inbegrip van de gereserveerde bedragen, de algemene kosten, de afschrijvingen en andere lasten van de Gemeenschappelijke Kas.

Art. 33.Verdeling van het overschot, reserves, ristorno's 1. Op voorstel van de raad van bestuur bepaalt de algemene vergadering het gedeelte van het overschot dat na voorafneming van de bedragen die nodig zijn voor de afschrijving van de waarborgaandelen, aan de ristorno's zal kunnen worden toegewezen en het gedeelte dat zal bestemd zijn voor het stijven van het voorzorgfonds of van een buitengewone reserve.De voorstellen van de raad van bestuur kunnen door de algemene vergadering slechts met een meerderheid van twee derden der stemmen die er aanwezig of vertegenwoordigd zijn, verworpen worden. 2. De eventuele ristorno's worden onder voorbehoud van de bepalingen van punt 4 onder alle verenigingsleden verdeeld voor 25 % naar rata van hun globale bijdragen van het boekjaar en voor 75 % naar rata van de boni van hun eigen rekeningen van het boekjaar, waarbij alles op definitieve wijze per 31 juli van het jaar volgend op het boekjaar als volgt wordt waargenomen.Deze datum van 31 juli kan door de Algemene Vergadering gewijzigd worden : - op het debet : de kosten van de schadegevallen van het verenigingslid die hun beroepsrisico tijdens het boekjaar troffen (bedragen uitgekeerd of in reserve geplaatst), verhoogd met het aandeel van het verenigingslid in de algemene kosten en andere lasten van de Gemeenschappelijke Kas bepaald in verhouding tot de totale kostprijs van de schadegevallen die betrekking heeft op het beroepsrisico en het risico « weg van en naar het werk » van het boekjaar; - op het credit : de bijdragen van het boekjaar voor het beroepsrisico. 3. De ristorno's van minder dan 40 euro worden niet toegekend aan betrokken verenigingslid, maar worden gestort in het voorzorgfonds.4. De contracten die op de datum vastgesteld voor de berekening van de ristorno's, werden opgezegd wegens niet-betaling van hun bijdragen in het betrokken boekjaar, worden uitgesloten uit de verdeling van de ristorno's.De contracten waarvoor de regularisatie van de bijdragen van het boekjaar niet heeft kunnen plaats hebben vóór de datum vastgesteld voor de berekening van de ristorno's, alsmede de contracten die onmiddellijk geregulariseerd worden op basis van een schatting, zullen in aanmerking komen in de verdeling.

De ristorno's zijn betaalbaar in de loop van het tweede semester van het jaar volgend op het betrokken boekjaar.

Art. 34.Beleggingen Zonder afbreuk te doen aan de financiële verplichtingen bedoeld in het Koninklijk Besluit van 21 december 1971, worden de bedragen die niet noodzakelijk zijn om te voorzien in de kasbehoeften evenals het voorzorgsfonds en de buitengewone reserve, belegd in Staatseffecten of in effecten met Staatswaarborg, in obligaties van de Belgische provincies en gemeenten, in leningen uitgegeven door de gemeenschappen en de gewesten, in effecten van buitenlandse Staten en in obligaties uitgegeven door internationale instellingen waar België lid van is, in hypothecaire leningen, in onroerende goederen en in aandelen of obligaties van vennootschappen, of op iedere andere door de raad van bestuur besliste wijze.

Art. 35.Verjaring De hierboven vermelde intresten en ristorno's verjaren na vijf jaar.

Op dat ogenblik zijn zij aan de Gemeenschappelijke Kas verworven en worden zij in de buitengewone reserve gestort. HOOFDSTUK XIII. - Ontbinding, vereffening

Art. 36.Ontbinding De ontbinding van de Gemeenschappelijke Kas kan slechts door de algemene vergadering uitgesproken worden zo de twee derden der verenigingsleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.

Zo deze voorwaarde niet vervuld wordt, zal er een tweede vergadering belegd worden die geldig beraadslaagt wat ook het aantal aanwezige of vertegenwoordigde verenigingsleven weze.

Ieder verenigingslid heeft echter zonder onderscheid het recht om deel te nemen aan en te stemmen op deze algemene vergadering en op alle vergaderingen die later in verband met de ontbinding en de vereffening zouden worden bijeengeroepen.

Tot de ontbinding kan slechts besloten worden zo zij met een meerderheid van twee derden der uitgebrachte stemmen aangenomen werd.

De ontbinding wordt slechts effectief na bekendmaking van het koninklijk goedkeuringsbesluit.

Zodra dit besluit gepubliceerd is, wordt de Gemeenschappelijke Kas vereffend : ze kan niet meer overgaan tot nieuwe aansluitingen en geen nieuwe verzekeringscontracten meer sluiten; door middel van een ter post aangetekende brief zegt ze uiterlijk binnen drie maanden na de publicatie van het koninklijk goedkeuringsbesluit de lopende contracten, inclusief de geschorste contracten op.

Deze opzegging is pas geldig na het verstrijken van het lopende verzekeringsjaar (ongeacht trouwens de looptijd van het op dat ogenblik geldende verzekeringscontract).

Indien pas op minder dan drie maanden vóór het verstrijken van het lopende verzekeringsjaar kennis kan worden gegeven van deze opzegging, wordt de opzegging evenwel pas drie maanden na de datum van de aangetekende brief geldig.

Art. 37.Vereffening Onverminderd de aanduiding van de persoon of personen belast met de waarneming van de belangen van de verenigingsleden en van de begunstigden overeenkomstig de wetgeving terzake zal de vereffening door toedoen van de bestuurders en commissarissen in functie op het ogenblik van de vereffening geschieden. De werkingsregels van dit college van vereffenaars en de bevoegdheden waarover zij beschikken zijn dezelfde als die van de raad van bestuur.

Ze zijn ertoe gehouden één maal per jaar op de algemene vergadering verslag uit te brengen over hun bedrijvigheid en de staat van de vereffening. Deze algemene vergadering is bovendien samengesteld uit de leden die tot de Gemeenschappelijke Kas hebben behoord tijdens de periode van drie jaar voorafgaand aan de ontbinding ervan.

Dit verslag wordt bij de jaarrekening gevoegd. De werkingsregels van de algemene vergadering zijn dezelfde als die van de gewone jaarlijkse algemene vergaderingen.

Tijdens de vereffeningsperiode is de activiteit van de Gemeenschappelijke Kas beperkt tot de vergoeding van de ongevallen.

Tijdens de vereffening en ieder geval aan het einde ervan worden de reserves ter dekking van de vergoedingen, bijslagen en renten overeenkomstig de Wet aan één of meerdere door de vereffenaars gekozen instellingen gestort.

Aan het einde van de vereffening roepen de vereffenaars en/of de personen van wie sprake is in het eerste lid van dit artikel onverwijld een algemene vergadering bijeen die inzonderheid de volgende punten op de agenda zal hebben : a) het bedrijvigheidsverslag over de laatste verrichtingen tot vergoeding van de ongevallen;b) het ontwerp tot verdeling van het batig overschot;c) het voorstel voor een aanvraag om intrekking van machtiging.

Art. 38.Verdeling van het saldo De netto-opbrengst van de vereffening, na aftrek van de nodige bedragen voor de nog te regelen schadegevallen, voor de aanzuivering van de schulden van de Gemeenschappelijke Kas en voor de betaling van de vereffeningskosten, wordt verdeeld onder de leden en de oud-leden die tot de Gemeenschappelijke Kas hebben behoord tijdens de periode van 3 jaar voorafgaand aan de ontbinding.

De verdeling zal geschieden naar rata van het bedrag der onderscheiden bijdragen die ieder van hen gedurende de laatste tien boekjaren van het bestaan van de Gemeenschappelijke Kas betaald heeft.

Na decharge van de vereffenaars en goedkeuring van de verdeling van het batig overschot : - wijst de algemene vergadering de plaats aan waar de boeken en documenten van de Gemeenschappelijke Kas gedurende minstens vijf jaar zullen worden bewaard, onverminderd de wets- of verordeningsbepalingen; - neemt ze de nodige maatregelen voor de betaling van de verdeelde activa of de bewaring van de sommen die de schuldeisers of verenigingsleden toekomen en hen nog niet bezorgd konden worden.

Onmiddellijk na de publicatie van het koninklijke besluit tot intrekking van de machtiging verdelen de vereffenaars het saldo overeenkomstig de beslissingen van de algemene vergadering. HOOFDSTUK XIV. - Beschikkingen van diverse aard

Art. 39.Toepassing van de gewijzigde statuten De wijzigingen die in de statuten door de buitengewone algemene vergadering aangebracht worden, worden van kracht op de dag van hun publicatie in het "Belgisch Staatsblad", na hun goedkeuring door de Koning, en zullen ter kennis gebracht worden van de verenigingsleden bij middel van een gewone brief of met inachtneming van alle andere vormen die door de raad van bestuur vastgesteld worden.

In afwachting dat de Koning de gewijzigde statuten goedkeurt, brengt de Gemeenschappelijke Kas de verenigingsleden zo vlug mogelijk op de hoogte van de wettelijke wijzigingen die de statuten aanbelanden, op de door de raad van bestuur vastgestelde wijze.

In geval van wijziging van de wetgeving vervallen de statutaire bepalingen die niet meer conform zouden zijn. De onderwerpen die worden behandeld in die bepalingen zullen dan onder de toepassing van de nieuwe wet vallen.

Art. 40.Berichtgevingen Om geldig te zijn, moeten de mededelingen of berichtgevingen die voor de Gemeenschappelijke Kas bestemd zijn op de maatschappelijke zetel gedaan worden. Deze van de Gemeenschappelijke Kas aan het worden geldig gedaan aan het door de Gemeenschappelijke Kas gekende adres, of bij gebrek eraan, aan het adres dat in het contract voorkomt of dat het verenigingslid naderhand zou medegedeeld hebben.

Gezien te worden gevoegd bij Ons besluit van 16 april 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE