gepubliceerd op 25 september 2006
Koninklijk besluit betreffende het invoeren van een toelage voor voorlichtings- en vormingsevenementen over het thema klimaatverandering
15 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit betreffende het invoeren van een toelage voor voorlichtings- en vormingsevenementen over het thema klimaatverandering
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 108 van de Grondwet;
Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd door het koninklijk besluit van 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 12, derde lid;
Gelet op artikel 2.25.4, programma 25.55.2, van de wet van 20 december 2005 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 30 maart 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 21 juni 2006;
Gelet op het advies nr. 40.990/1/V van de Raad van State, gegeven op 17 augustus 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Leefmilieu, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Toepassingssfeer
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op het organiseren van voorlichtings- en/of vormingsvergaderingen voor het grote publiek over de problematiek van de klimaatverandering of over een problematiek die er nauw bij aansluit.
Begripsomschrijvingen
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° « de aanvrager » : de natuurlijke of rechtsperso(o)n(en) die het evenement organise(ert)(eren) en om de in dit besluit bepaalde toelage verzoek(t)(en);2° « het evenement » : de voorlichtings- en/of vormingsbijeenkomst over het thema klimaatverandering, bestemd voor het grote publiek en subsidieerbaar overeenkomstig de bepalingen van dit besluit;3° « de Dienst » : de Dienst Klimaatverandering van het Directoraat-generaal Leefmilieu, binnen de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;4° « de toelage » : de toelage door de federale overheid toegekend overeenkomstig de bepalingen van dit besluit. Toelage
Art. 3.Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten en volgens de in dit besluit bepaalde voorwaarden, kan de Minister tot wiens bevoegdheid het Leefmilieu behoort, subsidies toekennen voor de organisatie van evenementen. Deze toelagen zijn geplafonneerd tot een bedrag van 500 EUR per evenement.
Voorzover de uitgaven beperkt blijven in overeenstemming met de aard en de omvang van het voorziene evenement, zijn de begrotingsposten die in aanmerking kunnen genomen worden voor de toelage de volgende : - de huur van de lokalen waarin het evenement plaatsheeft; - de huur van de technische uitrusting, voorzover die voor het evenement noodzakelijk is; - de uitgaven in verband met de bekendmaking van het evenement.
De financiële tegemoetkoming die de toelage vertegenwoordigt mag 75 % van de totale kosten van de begrotingsposten die overeenkomstig het tweede lid in aanmerking komen niet overschrijden; deze totale kost wordt vastgesteld na aftrek van de uitgaven die eventueel via andere bronnen worden gefinancierd.
Elke bijkomende financiering, afkomstig van de publieke sector of van de privésector, moet op het aanvraagformulier worden vermeld. Geen enkele uitgave mag het voorwerp zijn van een dubbele financiering.
Voorwaarden voor toekenning van de toelage
Art. 4.De informatie die naar aanleiding van het evenement wordt verspreid moet wetenschappelijk gezien juist zijn en, in het bijzonder, in overeenstemming met de conclusies van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering en met de informatie, verschaft door de federale of gewestelijke overheden door middel van de websites, brochures of andere informatieve middelen.
De informatie die tijdens het evenement wordt verstrekt mag niet louter theoretisch blijven, maar moet hoofdzakelijk een oplossingsgericht karakter hebben, in het bijzonder door technieken, maatregelen en concrete acties voor te stellen die kunnen bijdragen aan het tegengaan van klimaatveranderingen en de gevolgen ervan.
De aanvrager moet, bij het aanvraagformulier en overeenkomstig de vermeldingen die het bevat, bewijzen dat de sprekers op het gebied van klimaatveranderingen over een voldoende kennis beschikken, hetzij door de beroepsbezigheden die zij uitoefenen, hetzij dankzij een persoonlijke belangstelling ontwikkeld voor deze problematiek.
Art. 5.Onverminderd artikel 6, alinea 5, moet de aanvrager, op het aanvraagformulier en overeenkomstig de vermeldingen die het bevat, aantonen dat de organisatie van het evenement gepaard zal gaan met een voldoende publiciteit om de gebeurtenis en zijn modaliteiten op grote schaal aan de voorziene doelgroepen aan te kondigen en hem een redelijke opkomst te verzekeren.
De samenwerking met name met de lokale overheden, belangengroepen, en de niet-gouvernementele organisaties op het gebied van de organisatie of de kennisgeving is niet verplicht maar kan een aanzienlijke meerwaarde betekenen op het ogenblik van de evaluatie van het dossier van de subsidieaanvraag.
Procedure voor de aanvraag en toekenning van de toelage
Art. 6.De aanvrager stuurt, ten laatste een maand vóór het evenement, per brief of per elektronische post, een aanvraagformulier aan de Dienst.
Het aanvraagdossier is samengesteld uit een volledig en gedetailleerd ingevuld aanvraagformulier, eventueel aangevuld met de reeds beschikbare bewijsstukken.
De Dienst stuurt zo spoedig mogelijk aan de aanvrager een principeakkoord, dat op geen enkele wijze een betalingsverbintenis inhoudt.
Uiterlijk twee weken voor het evenement, ontvangt de Dienst een persoonlijke uitnodiging.
Binnen de twee maanden volgend op het evenement stuurt de aanvrager een dossier naar de Dienst met de nodige bewijsstukken van het evenement (voorlegging van een voor echt en waar verklaarde staat van inkomsten en uitgaven vergezeld van de verantwoordingsstukken) alsmede van een evenementenverslag.
De Dienst evalueert het dossier, stelt het bedrag van de toelage vast en legt een voorstel van besluit voor aan de Minister van Leefmilieu.
Van zodra deze het heeft goedgekeurd en ondertekend, wordt de betaling van de toelage vastgelegd en een kopie van het besluit aan de aanvrager toegestuurd.
Art. 7.De Dienst behoudt zich het recht voor de toelage niet toe te kennen ingeval zij oordeelt dat de aanvraag en/of het evenement niet voldoet aan de bepalingsvoorwaarden van dit besluit.
Art. 8.Het aanvraagformulier kan bij het secretariaat van de Dienst bekomen worden.
Art. 9.Alle schriftelijke, elektronische en telefonische contacten gebeuren alleen en rechtstreeks via het secretariaat van de Dienst.
Art. 10.Onze Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 11.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 15 september 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Leefmilieu, B. TOBBACK