gepubliceerd op 20 mei 2022
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 december 1999 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand
15 MEI 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 december 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/12/1999 pub. 29/12/2016 numac 2016000839 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op artikel 508/19, § 4, ingevoegd bij de wet van 23 november 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/11/1998 pub. 22/12/1998 numac 1998009936 bron ministerie van justitie Wet betreffende de juridische bijstand sluiten betreffende de juridische bijstand, gewijzigd bij de wet van 21 december 2018;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 december 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/12/1999 pub. 29/12/2016 numac 2016000839 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 18 december 2003, van 10 juni 2006, 21 juli 2016 en van 9 oktober 2018;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 april 2022;
Gelet op het advies van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 4 mei 2022;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat veel pro deo advocaten wachten op de uitbetaling van de gelden. Zij krijgen dit slechts één keer per jaar uitbetaald. Veel advocaten schieten kosten voor (zoals bijvoorbeeld vervoerskosten van en naar de rechtbank). Er zijn ook advocaten die uitsluitend pro deo dossiers behartigen en dus in een volledige prefinanciering van hun kantoorkosten dienen te voorzien (uitbetalen medewerkers, secretariaat,...). Zij rekenen erop dat de jaarlijkse uitbetaling tijdig en uiterlijk in de maand mei 2022 gebeurt.
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 10 mei 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat het advies van het Rekenhof bij het wetsvoorstel tot verbetering van de toegang tot de juridische tweedelijnsbijstand door de ter zake geldende inkomensmaxima te verhogen van 20 februari 2020 (DOC 55 0175/002) slechts een schatting is en we de impact pas echt zullen kunnen inschatten na een paar jaar. Deze schatting kan dus nog geen deel uitmaken van de gesloten enveloppe om de waarde van het punt te berekenen.
Overwegende dat de berekening van de waarde van het punt niet kan gebeuren volgens de gebruikelijke regels.
Overwegende dat door de evolutie van de inflatie zich een aanpassing van de waarde van het punt opdringt en dit op basis van de gezondheidsindex.
Op de voordracht van de Minister van Justitie en op het advies van Onze in Raad vergaderde ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In het artikel 2 van het koninklijk besluit van 20 december 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/12/1999 pub. 29/12/2016 numac 2016000839 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende uitvoeringsbepalingen inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand en inzake de subsidie voor de kosten verbonden aan de organisatie van de bureaus voor juridische bijstand, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 juli 2016 en 9 oktober 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de bepaling onder 3° wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd, luidende: " In afwijking van het tweede lid wordt de waarde van het punt voor de uitbetaling van de prestaties voor het gerechtelijk jaar 2020-2021 in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand vastgelegd op 81,23 euro. 2° in de Nederlandstalige versie worden de volgende woorden in de bepaling onder 4° "en stelt hij de waarde vast van één punt vast" vervangen door "en stelt hij de waarde vast van één punt.".
Art. 2.De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 mei 2022.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE